AchtergrondVoetbal
Een promotie in 2017, twee bekers en nu ook de titel voor de Great Old? ‘Antwerp is wakker, daar mogen ze Mister Gheysens voor bedanken’
De fundamenten van het huidige Antwerpse succes werden gelegd in 2017. Toen Paul Gheysens nog in de schaduw werkte en de Great Old promoveerde op het veld van Roeselare. Daarna volgde de big bang. ‘Toen al bleek dat de plannen héél, héél groot waren. Ik had in het verleden nog met ambitieuze voorzitters gesproken, maar dit was anders.’
Sven Jaecques, vorig jaar tijdens een interview met Het Laatste Nieuws: “Ik ben hier in 2016 gearriveerd op een parking met putten en bulten, in een gebouw waar alles open was en in een stadion waar alles kapot was. Er waren geen oefenvelden, er was geen warm water, geen structuur en geen visie.”
Ongeduldig
Wim De Decker lacht. De ex-voetballer werd in november 2016 aangesteld als coach van Antwerp. Geen evidente keuze. Niet voor de club, niet voor hem. De Decker had geen trainerservaring. “En hoewel ik niet kan zeggen dat de druk écht verhoogd werd...” Even twijfelt hij. Om er dan aan toe te voegen. “Ik voelde toch dat men binnen de club ongeduldig begon te worden. Er waren meer middelen, er kwamen andere type spelers. Promotie mocht niet veel langer duren. Pas op. Ik vond en vind dat nog steeds logisch. Het was toen ook al moeilijk om uit tweede klasse te geraken.”
De Great Old won onder leiding van De Decker de tweede periode en klopte Roeselare in de promotiematchen - 3-1 op de Bosuil, 1-2 op Schiervelde. “Het gevoel dat ik toen had, is moeilijk onder woorden te brengen”, aldus De Decker, momenteel aan de slag bij Beveren. “Die club is authentiek, puur en ondoorgrondelijk. Die geschiedenis, de fans. Zij voelen voetbal in elke vezel van hun lichaam. Ze brengen dat ook over naar het veld. Weet je, ik heb schrijnende taferelen gezien in mijn tijd als speler van Antwerp. De schuldenput was groot. We zaten enorm diep. Ik heb nog moeten ontbijten terwijl de ramen afgeplakt waren. Uit veiligheidsoverwegingen mochten we op bepaalde plekken niet zitten van de brandweer. En kijk nu. Heel maf om te zien.”
Die metamorfose is (grotendeels) te danken aan Paul Gheysens. Hij reed in 2015 rond de Bosuil en besloot om de club te kopen. Jaecques zei daarover: “Hij was niet alleen bereid om een grote financiële put te dichten, maar hij wilde ook direct investeren om sportief resultaat te halen. Toen de promotie een feit was, moest de voorzitter beslissen waar we als club naartoe wilden. Gestaag groeien of... Wel, Paul Gheysens deed het anders. ‘We zijn hier nu, de club heeft een enorm potentieel en ligt in een wereldstad. We gaan ervoor.’”
Uit de schaduw
In eerste instantie bleef de voorzitter op de achtergrond. “Maar rond die wedstrijd in Roeselare is hij uit de schaduw getreden”, herinnert De Decker zich. “Na de promotie heb ik ook een paar keer met hem samengezeten. Over hoe het nu met mij verder moest. En met de club. (lacht) Toen al bleek dat de plannen héél, héél groot waren. Ik had in het verleden nog met ambitieuze voorzitters gesproken, maar dit was anders. De manier waarop meneer Gheysens de dingen zei, was overtuigend. En hij zette zijn woorden meteen kracht bij.”
Even was er sprake dat Dedecker hoofdcoach zou blijven. Maar uiteindelijk vormde hij een tandem met Laszlo Bölöni. “Ik heb daar toen heel open over gepraat met de voorzitter. Ik zag de club in sneltempo groeien. Hoofdtrainer worden was niet de juiste stap voor mij of voor Antwerp. Mijn foutenmarge als beginnende coach zou miniem zijn. Maar ook in die gesprekken voelde je de kracht van meneer Gheysens. Hij slaagt erin om de juiste mensen op de juiste plaats te zetten. De familie heeft de fundamenten voor het succes gelegd. Door te durven investeren. Geld is daarin natuurlijk ook belangrijk geweest, anders was het niet gelukt.”
In 2020 nam De Decker afscheid van Antwerp. Met een bekerfinale in de rugzak - die door de pandemie pas in de zomer zou gespeeld worden. Maar Bölöni vertrok en Ivan Leko kwam. Voor De Decker was er geen plaats meer in de technische staf. Antwerp zou de beker uiteindelijk winnen na een 2-1-zege tegen Club Brugge.
Leko: “Een groot moment voor de club, voor mij en voor de voorzitter. Niemand gaf ons 1 procent kans om te winnen. But we did it. Ik weet dat de voorzitter zeer blij was om met Antwerp na zoveel jaar een nieuwe trofee te winnen. Hij, zijn vrouw, de hele familie was er om mee te vieren. Iedereen was ook blij voor hen. De familie heeft ons altijd gesteund. (lacht) We weten allemaal dat Mister Gheysens superambitieus is. Dat mag, ook in het dagelijkse leven is hij heel succesvol. Hij heeft trouwens op elk moment open gecommuniceerd over die ambities. En net daar hou ik van. Ambitieuze mensen die graag groot dromen. Het is een geluk geweest voor Antwerp dat de voorzitter de club gekocht heeft. Want uiteindelijk draait het daarom in voetbal. Investeren, de kracht hebben om iets opnieuw op te bouwen. Het is allang geen slapende reus meer, hé. Antwerp is wakker. Daar mogen ze Mister Gheysens voor bedanken.”
Hoge snelheid
In datzelfde interview een jaar geleden zei Jaecques. “We durven zeggen dat we zo snel mogelijk kampioen willen spelen. Gebeurt het dit jaar, zullen we dat natuurlijk meenemen. Maar ik denk dat we er pas volgend seizoen klaar voor zijn.” Woorden die waarheid geworden zijn.
Leko: “Ze hebben alles om kampioen te worden. De club is klaar voor een volgende stap. Ze kunnen de dubbel pakken en Champions League spelen. Het beeld van de club zal veranderen. It would be huge.”
De Decker vult aan. “Het is symbolisch voor de weg die ze op de Bosuil zijn ingeslagen sinds de komst van de familie Gheysens. Ik wist dat het ooit zou gebeuren. Maar met deze snelheid? Neen. (lacht) Dat is Antwerp, hé.”