ReactiesBK veldrijden
De tegenstand over Van Aert: ‘Ik moest mijn tenen uitkuisen om hem één ronde te volgen’
In de schaduw van Belgisch kampioen Wout van Aert kaapten Laurens Sweeck en Quinten Hermans de overige podiumplaatsen weg. Het hoogst haalbare, want ze moesten zoals verwacht hun meerdere erkennen in Van Aert.
Een vijfde podium al voor Laurens Sweeck (28) in zeven deelnames aan het BK bij de elite. Hij finishte nog maar één keer buiten de top vier als het op de tricolore aankomt. “Al de derde keer tweede achter Wout”, grijnsde Sweeck. “Ik had het graag nog eens omgewisseld. Als mijn start niet zo slecht was, had ik misschien een tijdje mee in zijn zog kunnen gaan, maar nu was hij al snel weg. Uiteindelijk belandde ik bij Quinten en toen hij pech kreeg heb ik niet getwijfeld om naar het zilver te rijden. Dit doet deugd en ik merk dat ik beter word. Ik droom zoals iedereen van de wereldtitel en zonder Wout en Mathieu is dit misschien een unieke kans. Ik hoop dat ik deze lijn kan doortrekken tot in de VS.”
Quinten Hermans (26) moest in de finale de duimen leggen voor het zilver toen hij in het zand zijn ketting opnieuw moest opleggen. “Een schakelfoutje van mij”, gaf de Limburger toe. “Tweede lag anders wel binnen de mogelijkheden. Ik had in de eerste ronde een beetje kunnen meesurfen met Wout, maar hij reed toen al indrukwekkend. Ik moest mijn tenen uitkuisen om één ronde te volgen en hij trekt dat gewoon door.” De twee resterende wereldbekermanches vormen nu voor Hermans de aanloop naar het WK. “Daar verwacht ik een open strijd. We zijn met veel goede Belgen en kunnen samenwerken om Pidcock van de titel te houden. Elkaar iets gunnen kan de sleutel tot Belgisch succes zijn.”
Toon Aerts en Eli Iserbyt zakken door het zand
Vooraf werden ze door de kenners als de schaduwfavorieten naar voor geschoven, maar het werd niet het BK van Toon Aerts en Eli Iserbyt. Aerts kon één ronde lang bij Van Aert aanpikken, maar viel daarna steeds verder weg met een zevende plek tot gevolg. Iserbyt kwam nooit in het stuk voor en gaf er halfweg de brui aan.
“Ik was goed gestart”, zuchtte Aerts bij Sporza. “Wout probeerde me even de kop op te dringen, maar ik dacht, dat gaan we niet doen. In de tweede ronde maakte ik een foutje op een helling en vanaf dat moment ging het mis. Die eerste ronde had me veel krachten gekost en het werd een erg frustrerende cross voor mij. Heel moeilijk in te delen. Ik wist niet waar ik wat herstel moest inbouwen. Daar moet ik beter over nadenken. Als ik op de weg op kop reed, moest ik dat op de bergjes bekopen en reden ze daar van me weg. Halfkoers heb ik de moed volledig laten zakken en toen begon ineens alles weer te lukken.”
“Ik had op zich wel een goede dag”, zei Iserbyt achteraf. “Alleen was mijn achterstand al snel redelijk groot na een mindere start. Daarop begaf ook mijn voorderailleur nog en moest ik wisselen van fiets. Vanaf dat moment werd mijn gevoel minder en minder en kwam ik in een positie waarin ik de keuze moest maken tussen afstappen en doorrijden. Gezien de kans die er straks op het WK wacht, besliste ik om te stoppen omdat dat met het oog op de toekomst het beste leek. We gaan nu snel de planning van de laatste weken richting het WK opmaken, maar daar heb ik nu nog geen zicht op.”