Contractverlenging Cavendish bij Quick.Step hangt in de lucht

Een beeld van donderdagnacht 2 uur: de lichten branden nog in het Kuipke, maar de mensen zijn naar huis. De kuisploeg is volop bezig, aan de balie met verloren voorwerpen wordt een laatste sukkelaar geholpen. Op weg naar de parking loopt een man voor ons uit. Zwarte trainingsbroek, witte hoodie, zwart petje een heel klein beetje schuin op het hoofd, nonchalante tred. De aanblik van iemand die nog even de hond uitlaat. In werkelijk heeft Mark Cavendish een kleine trolley aan de hand. Hij heeft net gedoucht en is absoluut niet gehaast. Voor hij in zijn Land Rover stapt en richting rennershotel trekt, volgt hij met geamuseerde blik nog even een groepje studenten die in het donker van het Citadelpark verdwijnen.

De zesdaagse betekent duidelijk geen stress voor hem. Het is niet altijd genieten — daarvoor komt hij veel te weinig in het stuk voor — maar dit is een ontspannen Cavendish. Het contrast met twaalf maanden geleden is groot. Eind 2020 was hij de wanhoop nabij. Hij was einde contract bij Bahrain-McLaren en had geen uitzicht op een nieuwe ploeg. Bijna renner-af. Iedereen herinnert zich nog de beelden van de huilende Brit na Gent-Wevelgem. Patrick Lefevere reikte hem de helpende hand. Dezelfde man waarmee hij nu al maanden onderhandelt over een verlengd verblijf van één seizoen bij Quick.Step-Alpha Vinyl. Terwijl Cavendish de rust zelve lijkt (of speelt?), is het geduld van Lefevere stilaan op. “Het werkt op mijn zenuwen dat het zo lang aansleept”, zegt de CEO. “Ik ben er veel te lang mee bezig.”

Hoger basisloon

Nochtans is het simpel: Lefevere wil de renner best nog een jaar houden, en Cavendish wil heel graag bij de ploeg blijven. “Dat zei hij me vorige week nog”, vertelt ploegleider Wilfried Peeters. “‘Renners weten niet hoe goed ze het hier hebben’, zei hij. ‘Ik ben vijf jaar weggeweest en ik heb vijf jaar mijn plan moeten trekken’.”

Wat is dan het probleem? Cavendish wil graag een hoger basisloon, Lefevere werkt liever met een mooi premiestelsel. Cavendish vindt dat zijn naam en faam ook in de cijfertjes van zijn contract mogen terug te vinden zijn, Lefevere houdt meer van resultaten. Lefevere: “Cavendish vindt dat zijn imago ook waarde heeft, maar ik moet vooral aan het imago van mijn ploeg denken. Waar gaat het heen als ik hiermee begin? Dan staat volgende week ‘the next sexy thing’ aan mijn deur.”

Lefevere weet het altijd leuk te verwoorden. Zijn ergernis is zeker niet gespeeld, maar de discussie verloopt nog altijd in een positieve sfeer. “Ik ben optimistisch”, zegt hij. “Ik wil dit zaterdag (vandaag, BA) afronden. Vóór Mark naar huis vertrekt en het weer uitgesteld wordt. Ik weet dat hij dat zelf ook wil. Elke keer als hij iemand van de ploeg hoort, vraagt hij wat ik gezegd heb.”

En de Tour?

Komt ook weer op tafel: de toekomst van Cavendish na zijn actieve carrière. Hij hoopt bij de ploeg te kunnen blijven. Maar hij weet niet precies in welke functie. Lefevere: “Hij wil geen ploegleider worden en ook geen vip-chauffeur. Als ik dan vraag wat wel, zegt hij dat hij met mij wil meelopen en leren. Maar moet ik iemand betalen om te leren?”

Niet gemakkelijk. En toch ligt de uitkomst vast: Cavendish zal bijtekenen, het omgekeerde zou een megaverrassing zijn. “In de programma’s die we maken, staat hij er bij”, zegt Peeters. “De Tour? Normaal is die voor Fabio Jakobsen: hij is de man voor de toekomst en krijgt prioriteit. Ik denk niet dat de Tour voor Mark een breekpunt is. Dit jaar heeft hij het record van Eddy Merckx geëvenaard (34 ritzeges in de Tour, BA), ik heb niet de indruk dat het een obsessie is om dat ook te breken.”

“In essentie is Cavendish content bij ons”, zegt Lefevere. “Hij is ook heel enthousiast over onze Griek (trainer Vasilis Anastopoulos, BA). ‘Als ik die tien jaar geleden had leren kennen, was ik een nog veel betere renner geworden’, zegt hij. Ik heb hem geantwoord: ‘Neen, want je had niet geluisterd’. Dan moet hij lachen.”