ProfielCharles De Ketelaere
‘Charles was anders. Kon alles. En dacht altijd mee’: de weg naar de top van De Ketelaere, door de ogen van zijn (ex-)coaches
‘Tennis, voetbal, Latijn... Andere jongens die hetzelfde probeerden, zaten al snel op hun tandvlees, terwijl Charles doodleuk 90 procent haalde.’ Charles De Ketelaere (20), het wonderkind dat alles kon, maar zich tussendoor afvroeg: ‘Zal ik ooit nog kunnen voetballen?’
Van kleur diende hij niet te veranderen. Charles De Ketelaere was zeven toen hij in 2008 het blauw-zwart van KFC Varsenare inruilde voor dat van Club, drie kilometer verder. Toen al toonde De Ketelaere karaktertrekken die hem vandaag nog steeds typeren.
“Anderen waren minstens even goed als Charles, maar zijn rust en persoonlijkheid vielen meteen op”, weet Rik Van den Bergh nog, zijn toenmalige coach bij de U8 en nu bij KBVB. “Charles was bovendien een enthousiast manneke, dat aan drie belangrijke voorwaarden voldeed. Hij was vriendelijk, geduldig én had gevoel voor humor. Heel beleefd en attent ook – dat is niet ieder kind gegeven. Charles zag voetbal als een spelletje. En ondanks alles wat er de voorbije jaren op hem is afgekomen, is hij tot op vandaag onveranderd gebleven.”
Alleskunner
Toen Van den Bergh vijf jaar later bij de U13 opnieuw met De Ketelaere mocht werken, zag hij “echt dat Charles iets speciaals had”. “Wat je hem ook aanbood, hij was er enorm vaardig in.” ‘De Spelletjes Cup’ – een idee van Van den Bergh en Birger Vandevelde, destijds coach van de U14, vormde hét bewijs. “Dat was een 4 tegen 4-toernooi, met naast rugby, handbal en hockey ook judo, baseball en een partijtje kubb”, legt Vandevelde uit. “Wel, Charles was in alles de beste. En weet je wat nog ongelooflijk was? Hoe gemakkelijk Charles in die periode alles combineerde. Tennis, voetbal, zijn studies Latijn... Andere jongens die hetzelfde probeerden, zaten al snel op hun tandvlees, terwijl Charles doodleuk 90 procent haalde.”
Van den Bergh vult aan: “Op zijn twaalfde behoorde Charles tot de drie à vier beste tennissers van zijn leeftijd, in het topsportcentrum in Wilrijk. Het was fenomenaal om hem te zien spelen.”
De jonge Charles viel tegelijk al vroeg op door zijn attitude en voorkomen. En eens bij de U14 valt zijn uitzonderlijk talent op een voetbalveld niet langer te ontkennen. “Hij is de beste beweger die ik ooit gehad heb”, aldus Vandevelde. “Ik vergeleek hem met een schaatser – iemand die zonder enige moeite over het veld gleed. Dat maakte hem toen al heel uniek. Gelukkig voor Club is Charles altijd onder de radar van andere ploegen gebleven. Wellicht omdat hij op die leeftijd nog niet echt het verschil maakte in de wedstrijden. Hoe goed hij tijdens de week ook was op training.”
Het was pas op het einde van dat seizoen dat De Ketelaere op een toernooi in de buurt van Auxerre zijn gave aan het grotere publiek etaleerde. “We zaten in een poule met Marseille en AS Monaco”, herinnert Vandevelde zich, “en Charles was de enige die echt zijn voet naast of zelfs boven die van hen kon zetten. Toen beseften we echt: hij kan meer dan een ander. Te meer omdat hij zich ook enorm gemakkelijk aanpaste. We logeerden toen in een oud klooster, ver weg van de ouders. Veel kinderen hadden het daar moeilijk mee, maar Charles niet. Die trok zich daar niets van aan.”
Groeipijnen
De toekomst oogde steeds mooier. Tot De Ketelaere bij de U15 te kampen kreeg met groeipijnen. “Charles heeft het toen mentaal enorm moeilijk gehad”, weet Cedric Vlaeminck, De Ketelaeres toenmalige coach. “Je zag dat zijn coördinatie eronder leed. Zijn lichaam was niet meer in balans. Opeens was hij door die blessure niet meer bij de besten van zijn lichting. Zijn mama kwam vaak al huilend bij ons. We hebben haar gerust moeten stellen, dat we het volste vertrouwen hadden in Charles. Terwijl veel omstanders zich afvroegen of hij daadwerkelijk wel een topper zou worden. Of Charles eigenlijk niet meer dan een modale voetballer was. Achteraf bekeken is dat een enorme verdienste van Club geweest. Want zo evident was het allemaal niet. Ik herinner mij nog goed de Kevin De Bruyne Cup, waar we de troostfinale speelden tegen FC Barcelona. Wel, Charles heeft in heel dat toernooi acht minuten gespeeld. Acht! Dat viel hem zwaar.”
Ook in het eerste half jaar bij U16 maakte De Ketelaere weinig minuten. “In zijn beleving stond hij stil”, merkte zijn trainer Carlo Van Grimberghe. “‘Zal ik nog kunnen voetballen? Gaat die pijn aan mijn knieën ooit over?’ Charles had het in die periode heel lastig. Net op een cruciale leeftijd, want bij de U16 wordt naar dat eerste contract toegewerkt. ‘Maar het heeft geen zin om die knieën nu in de vernieling te spelen’, zeiden we tegen Charles. ‘Het is nu niet dat de prijzen verdeeld worden.’ Achteraf gezien is dat een heel belangrijk moment geweest, want later dat seizoen is hij opnieuw boven water gekomen.”
Centrale verdediger
Verlost van alle leed duurde het niet lang tot CDK weer bij de uitblinkers behoorde. Met dank aan zijn techniek en zijn tactisch inzicht. “Maar fysiek was hij nog niet in staat om aan te pikken bij de beloften”, mijmert Maarten Martens (ex-AZ) en destijds coach van de U17. “Ik had vier à vijf goeie middenvelders, en omdat Charles nog groeimarge had – hij was nog niet top –, hebben we in samenspraak met de club besloten hem enkele maanden als centrale verdediger op te stellen. Zodat hij aan duelkracht zou winnen. Meedogenlozer zou worden. Want op dat vlak was het nog te weinig.”
Van Grimberghe: “Charles speelde vaak op de 3, de 4, de 6 of de 8. Veel Belgische jongens – ik ben een Nederlander – knikken vaak, maar durven weinig zeggen. Charles was anders. Hij gaf toen wel aan dat zijn hart hoger op het veld lag.”
De zet om hem even als verdediger te laten spelen, pakte hoe dan ook goed uit. “Eens zijn lichaam meer in balans was, kon je Charles eigenlijk overal zetten”, aldus Martens, huidig coach van Jong AZ. “Je zag dat hij breed geschoold en mentaal stabiel was – hij raakte van die diverse posities niet in de war. Toen Standard tegen ons eens met tien viel, heb ik Charles zelfs op de linksachter gezet. En toen hij in een tumultueuze match op Lokeren geel kreeg en de ref zei: ‘Nog één fout en je gaat eraf’, kwam Charles naar mij. ‘Trainer, je kan me beter naar de kant halen.’ Om maar te zeggen: Charles dacht altijd mee. Toen al.”
Op de bank
Na de hervorming van het nationale jeugdvoetbal – waarbij de U17-categorie verdween –, zag Martens als trainer van de U18 De Ketelaere slechts nog sporadisch. “Vanaf dag één van de voorbereiding trainde hij mee met de beloften, maar in de Youth League speelde Charles niet altijd. Omdat we – samen met Rik De Mil en Carl Hoefkens – vonden dat hij als aanvallende middenvelder nog steeds te weinig ballen recupereerde.”
Beloftencoach De Mil moet erom lachen. “Ik heb hem toen inderdaad op de bank gezet. En Charles was pissed. Kijk, het balverlies-verhaal komt in onze jeugd veel minder aan bod, omdat we altijd dominant zijn. Maar als je dan plots op Atlético moet gaan spelen, heb je elf spelers nodig die goed zijn in balverlies. Niet dat Charles lui was, of niet wilde verdedigen, maar zijn aanvoelen waar en wanneer hij druk moest zetten, zat nog niet goed. ‘Oké, dan gaan we daarop trainen en zorgen dat het erin geraakt’, zei Charles. Ongelooflijk. Elke training was hij ermee bezig. Een maand of drie lang. Vandaag lachen we er nog vaak over”, grijnst De Mil. “Omdat Carl (Hoefkens) en ik daar úren met hem over bezig zijn geweest. Want het was het laatste schakeltje dat Charles nodig had.”
In september 2019 zou een eerste selectie voor de U19 van België volgen, onder Jacky Mathijssen. “Hoe miniem het ook is geweest, we hebben Charles uiteindelijk een duw kunnen geven in zijn ontwikkeling. Door hem rechts in de pocket uit te spelen, met Alexis Saelemaekers op de wingback. ‘Ontwikkel je maar op die positie’, zeiden we hem. Meer en meer mensen die kwamen kijken voorspelden dat Charles het heel ver zou brengen. Die bevestiging kreeg ik nadien ook, bij de U21.”
Glinstering
De Ketelaere was dan al doorgebroken bij Club Brugge. Kort na zijn debuut voor de Belgische U19 kreeg hij van Philippe Clement zijn kans in de bekermatch tegen Francs Borains. En halfweg oktober mocht CDK zelfs beginnen tegen PSG. “Ik weet nog toen ik Charles vertelde dat hij zou spelen in de Champions League, hij geen nerveuze indruk maakte. Integendeel. Ik zag eerder een glinstering in zijn ogen. En een glimlach, van blijdschap. Charles was niet geschrokken of bang, hij smeet zich meteen.”
Het vervolg is alom bekend.
De Ketelaere wordt anno 2022 bedolven onder de complimenten. Zijn nieuwste coach, Alfred Schreuder, noemde hem na amper drie dagen in één adem met “Bryan Ruiz, Tadić, Ziyech... Ik wil hem natuurlijk niet vergelijken met Messi, maar ik zie dingen in Charles’ denkpatroon.”
Nou nou.
Dé vraag is dan ook: welke klinkende naam wordt straks de volgende trainer van Charles De Ketelaere? Want dat een topcompetitie lonkt, daar bestaat geen twijfel (meer) over.