InterviewSven Jaecques
CEO Jaecques over woelig jaar bij Antwerp: ‘Het is nóóit rustig. Dat hoort bij het DNA van deze club’
‘Op de Bosuil wordt gezegd: ‘Als het té rustig is, val je in slaap.’ Dan zit je te veel in een comfortzone - nooit goed.’ Sven Jaecques (41), CEO van Antwerp en lid van de Taskforce die zich bezig houdt met de zoektocht naar een nieuwe bondscoach, overloopt het jaar van de Great Old.
Eerst en vooral: hoe gaat het nu met uw gezondheid? De vorige keer was uw lichaam even op de rem gaan staan.
“Het gaat goed, dank u. Het was een heel rare situatie. Ik heb me nooit ziek gevoeld maar ben twee keer het bewustzijn verloren. De dokters hebben me binnenstebuiten gekeerd. Hart, hoofd, longen, cholesterol, echt alles. Ze zeggen dat er geen enkel probleem is. Ik ben wel iets bewuster gaan leven. Beter slapen, gezonder eten. En ik drink geen koffie meer. Maak je vooral geen zorgen om mij. Ik ben een optimist. Het komt allemaal wel goed.”
Tussen Radja Nainggolan en Antwerp is dat niet het geval. Is zijn contract nu officieel ontbonden?
“Er is al veel onzin over verschenen. We zijn op de goede weg om een oplossing te vinden. Hoe die er exact zal uitzien, staat nog niet vast. Maar we kunnen wel met 99,9 procent zekerheid zeggen dat hij niet meer voor ons zal spelen. Radja en Antwerp, dat heeft helaas niet gewerkt.”
Is de affaire-Nainggolan niet exemplarisch voor Antwerp, een club waar het altijd woelig is?
“Het is inderdaad nooit rustig op Antwerp. Dat hoort voor een stuk bij het DNA van deze club. Soms zorgen we er zelf voor dat er wat te beleven valt. Op de Bosuil wordt gezegd: ‘Als het te rustig is, val je in slaap.’ Dan zit je te veel in een comfortzone. Al is dat vooral naar de buitenwereld toe, intern worden we niet snel zenuwachtig.”
Ook uit de comfortzone: een voorzitter die tijdens de rust boos de kleedkamer betreedt. Sinds dat voorval tegen Beerschot lijkt Paul Gheysens zich wat meer op de achtergrond te houden.
“De voorzitter is eigenlijk een kalm persoon. Hij delegeert, steunt zijn mensen en is altijd bereid om te luisteren. Dat is niet het probleem. Maar de pers vindt de voorzitter natuurlijk een zeer aantrekkelijk figuur om te spreken. Hij spreekt vanuit zijn buikgevoel en neemt geen blad voor de mond. Mijn raad aan jullie: kijk ook eens door de ruwe bolster naar de inhoud van wat hij heeft gezegd.”
Maken zulke incidenten uw job niet moeilijker?
“Niemand zal ooit beweren dat het een gemakkelijk job is. Ik zal het zo zeggen: zaken die goed lopen komen zelden tot bij mij. Ik word vaak pas ingeschakeld in de moeilijke dossiers of wanneer er problemen opduiken.”
Zoals de zaak-Overmars. Amper twee weken nadat hij werd ontslagen bij Ajax voor grensoverschrijdend gedrag haalden jullie hem binnen als technisch directeur. Hebben jullie daar een fout gemaakt?
“We hebben de situatie op voorhand doorgelicht en een uitgebreide analyse gemaakt voor we die beslissing namen. Maar maakten we een communicatiefout bij zijn aanstelling? Ja. We hebben daaruit geleerd. Dat mag ons niet meer overkomen.
“Dat je dan met alle zonden wordt overladen, daar moet je door. Wat me wel stoort is dat niemand zich blijkbaar voor de inhoud interesseert. Voor Marc naar Antwerp kwam hadden we een zeer aangename werkomgeving waar iedereen - vrouwen, jongeren, mensen van alle afkomsten - zich goed en veilig voelde. Plots leek het alsof dat allemaal zou veranderen omdat hij naar Antwerp kwam. Dat was niet serieus en de werksfeer is nog steeds top.”
Hebben de vrouwen op de werkvloer nooit problemen gehad met zijn aanwerving?
“Er werkten toen vijf vrouwen voor Antwerp, nu zeven. Het enige moment waarop zij het moeilijk hadden was toen ze werden lastiggevallen door journalisten met de vraag om een reactie. Ze zijn op Antwerp nog nooit door iemand op die manier aangesproken zoals toen door sommige journalisten. Dat zorgde bij hen net voor extra steun naar de directie toe.”
Hoe werkt Overmars in de praktijk?
“Hij kijkt op een zeer eenvoudige manier naar voetbal. Een kern moet bestaan uit verschillende profielen. Je hebt een goede scouting nodig. Er is een financieel-budgettair kader. Hij koketteert niet met wat hij bij Ajax heeft verwezenlijkt. Hij is een normale jongen gebleven die graag babbelt over voetbal en graag eens op restaurant gaat. Eén of twee keer per week gaan we samen iets eten of drinken.
“Verder neemt Marc wel veel dingen in handen. De scouting stond er al een klein jaar. Toen Luciano D’Onofrio vertrok, heb ik met de aanwerving van Joachim Vercaigne een scoutingscel uit de grond gestampt. Marc kreeg carte blanche bij zijn komst om te hervormen, maar hij heeft vooral gebouwd op wat er al stond en neemt de opvolging op zich.”
Hebben jullie inzage in zijn dossier?
“Neen.”
Wat als er nieuwe feiten naar buiten komen?
“Er zijn op Antwerp geen feiten voorgevallen. Als dat toch ooit gebeurt, voor welke feiten dan ook en door wie dan ook, dan is er een duidelijk beleid en te volgen procedure.”
In mei lieten jullie Brian Priske gaan. Niet veel later stelden jullie Mark Van Bommel aan als T1. Spraken jullie met hem toen Priske er nog was?
“Neen. Kort na het einde van het seizoen werden de eerste contacten gelegd. We waren er redelijk snel uit.”
Hij sprak ook met Racing Genk.
“Hij heeft de goede keuze gemaakt.”
Genk staat nochtans bovenaan.
“Het klassement is slechts één parameter, het verleden een andere. Je moet ook naar de lange termijn kijken. Elke club heeft zijn troeven. Maar als je de groei en de mogelijkheden van het ambitieuze project Antwerp bekijkt, mag je toch vinden dat hij de juiste keuze heeft gemaakt?”
Anderzijds heeft Van Bommel in het verleden nog niet bewezen een succescoach te zijn.
“Hij heeft al laten zien dat hij zijn ploegen goed kan laten voetballen en winnen. Alleen zijn er altijd mindere momenten geweest, waaruit hij iets moeilijker geraakte. Als we er bij Antwerp in slagen om dat te overwinnen, heeft zowel de club als de trainer een fantastische zaak gedaan.”
Hoe hard kwam het aan dat jullie niet in de Europese poulefase zijn geraakt?
“Dat was een ontgoocheling. Maar je kunt dat de trainer niet verwijten; het feit dat we drie voorrondes moesten spelen is een uitloper van vorig seizoen. Ik denk dat we vijf zeer goede wedstrijden hebben gespeeld en in de zesde match op onze waarde zijn geklopt door een team dat beter was, meer budget heeft en aan kop staat in Turkije.”
In de zomer haalden jullie Toby Alderweireld binnen. Was dat een prestigetransfer?
“Neen. Het ging over de kwaliteiten van Toby op en naast het veld. Een topsporter die zich al zijn hele leven tot in de puntjes verzorgt. Zo’n transfer geeft de club natuurlijk een enorme boost. Toby straalt Antwerp en Antwerpen uit. Hij heeft de kathedraal getatoeëerd op zijn voorarm. Zo iemand is van goudwaarde voor je club.”
We vermoeden dat hij net als Van Bommel een hoog loon…
… “je zegt ‘we vermoeden’. Het zijn die kleine woorden en zinsdelen die een bepaalde perceptie creëren. Alsof we een club zijn die waanzinnig hoge bedragen betaalt aan iedereen die er komt. Dat is totaal niet het geval. We draaien elke euro om.”
Ondertussen pompte Gheysens in 2022 opnieuw 21,6 miljoen euro in de club.
“Een goede zaak, toch? Het zou veel problematischer zijn als er leningen zijn die kunnen worden teruggevorderd, omdat dat geld na verloop van tijd weer uit de club gaat. Nu blijft het erin. Op vlak van continuïteit is dat positief. Hij steekt geld in de club om én een organisatie neer te zetten én het stadion uit te bouwen én sportieve resultaten te halen. In andere investeringsverhalen zie je vooral een model om snel geld te verdienen. Paul Gheysens heeft zijn portefeuille gebruikt om de club te laten groeien.”
2022 was ook het jaar waarin u zelf steeds nadrukkelijker op de voorgrond bent getreden bij de Pro League en de voetbalbond. U wordt de coming man van het Belgische voetbal genoemd.
“Dat vind ik een gevaarlijke omschrijving. In voetbal is alles zo vergankelijk. Ik heb in België heel veel op verschillende niveaus gezien: een promotie, een degradatie, play-off 1, 2 en 3, K11, G5… Ik heb met mijn beide voeten in de modder gestaan. Misschien is het daarom dat ik een uitgesproken visie heb over het Belgische voetbal in zijn geheel. Het wordt soms wel veel. Ik zit nu ook in de taskforce die zoekt naar een nieuwe bondscoach. Eigenlijk wilde ik dat weigeren. Ik heb Paul Gheysens gezegd: ‘Ik werk voor Antwerp, ik kan het niet maken tegenover u dat ik nog iets buiten de club erbij neem.’ Maar Paul zei: ‘Als je vrouw het goedkeurt, ga er dan maar voor.’”
Kunt u uitleggen waarom de profclubs nu meezoeken naar een bondscoach?
“De voetbalbond is meer dan enkel de nationale mannenploeg. Je hebt de twee vleugels, de Flames, nationale jeugdploegen, futsal… Na het vertrek van Roberto Martínez als technisch directeur ontbreekt het aan kennis en ervaring binnen het professionele voetbal. Peter Bossaert en Jelle Schelstraete (CEO en adjunct-sportief directeur, red.) zijn in het verleden nog niet betrokken geweest in de zoektocht naar een coach. Dan moet je snel een comité samenstellen met mensen die ervaring hebben en dat liefst binnen bestaande structuren. Pierre Locht (CEO van Standard, red.) en ikzelf zijn daarom gekozen namens de profclubs, omdat wij ook in de raad van bestuur van de voetbalbond zitten. Bart Verhaeghe (voorzitter Club Brugge, red.) was al persoonlijk door de KBVB gevraagd, omdat hij mee de vorige zoektocht heeft geleid.”
En dan zegt Hein Vanhaezebrouck in de krant dat ze ‘alle slimme voetbalmensen’ samen hebben gezet.
“Hein zegt vaak de waarheid, al is de manier waarop er soms wat over. Het is frappant dat er ad hoc zo’n comité moet worden samengesteld worden, dat had beter voorbereid moeten zijn. En dat we niet de grootste voetbalkenners zijn klopt ook. Anders waren we trainer geworden.”