Bolingo schittert, Thiam test zich

Cynthia Bolingo heeft over een maandje keuze in Tokio. De Brusselse wàs al zeker van een olympisch ticket op de 400m en 4x400m, maar na een fenomenale sprint zaterdag in Nijvel mag ze ook nog eentje voor de 200m ophalen. Bolingo finishte in 22.79, één honderdste onder de olympische limiet en 28 honderdste sneller dan haar vorige besttijd.

“Ik had er echt een punt van gemaakt om eindelijk onder die 23 seconden te duiken,” straalde Bolingo. “Het frustreerde me dat het me maar niet lukte. Maar sinds ik me kwalificeerde voor Tokio op de 400m, wat nog altijd het voornaamste doel is, is de druk eraf. Ik had niets meer te verliezen en kon heel ontspannen lopen.” Het was eraan te zien. Ook op de 100m knalde Bolingo: 11.28, een nieuw PR. Ze mag zich nu na Kim Gevaert de tweede snelste Belgische spurster ooit noemen op de 100m.

Vraag is evenwel of Bolingo niet te vroeg in vorm is. Het is toch nog een maand tot aan de Spelen. “Het is wat het is. Alleen God weet of ik dit kan volhouden,” zei Bolingo met een glimlach. “Ik geniet ervan om eindelijk eens zorgeloos te kunnen lopen, zonder dat ik last heb van blessures. Als je al veel aan de kant hebt gestaan door blessures, dan leer je die goede periodes te waarderen. En dat doe ik nu. En voorts vertrouw ik blindelings op de schema’s van mijn coach Carole Bam.”

Ook Nafi Thiam weet hoe belangrijk het is om zonder blessures te kunnen trainen. Haar belangrijkste concurrente voor het goud in Tokio, Katarina Johnson-Thompson, is nog altijd niet in competitie uitgekomen sinds ze in december met een achillespeesletsel uitviel. Zelf verscheen ze zaterdag met een stevige tape om de achillespezen en de linkerknie voor de start van de 200m.

“Omdat ik nu veel train en week na week competities doe, merk ik toch dat het fysiek meer van me vraagt,” zei de Naamse. “Ik voelde wat spanning in mijn pezen en twee dagen terug had ik een beetje pijn aan mijn linkerknie. Niets verontrustends maar ik had aan Roger gezegd: ‘Als ik bij de opwarming wat voel, dan doe ik niet mee.’ Maar het ging wel. Ik had geen last.”

Thiam finishte in 24.48, de derde tijd uit haar carrière. “Ik weet nu waar ik sta. Ik ging er niet van uit dat ik mijn PR zou verbeteren in mijn eerste 200m in meer dan twee jaar tijd. Het is de eerste keer dat ik zo’n lange periode zonder race zat - op training ga je toch nooit even diep als in een wedstrijd. Ik wil vooral niet naar Tokio gaan zonder dat ik een 200m in de benen had. Het is ook de enige die ik ga lopen. Op het BK doe ik volgend weekend het hoogspringen en drie later loop ik de 100m horden op de meeting van Luik.”