Boezemvrienden Mo Farah en Bashir Abdi op jacht naar werelduurrecord

Hoort u vanavond K’naan, Dax, Eminem, 2Pac of The Black Eyed Peas uit uw tv komen, weet dan dat er iets heel speciaals aan de gang is. Op die – zelfgekozen – muziek gaan boezemvrienden sir Mo Farah en Bashir Abdi namelijk op wereldrecordjacht. Als ze in één uur verder lopen dan 21.285 meter, of iets meer dan 53 rondjes, is het zover.

Wist-je-datje. Als Bashir Abdi er straks als een speer vandoor gaat, zal dat ook - een heel klein beetje - dankzij Cédric Van Branteghem zijn. Vlak voor de training gisteren bleek namelijk dat de loopschoenen van Abdi nog niet in het stadion waren. Gelukkig was daar de Memorial-organisator, destijds zelf een begenadigde 200 en 400 meterloper. “Ik heb in mijn auto altijd mijn loopgerief liggen en heb toevallig ook nog dezelfde maat als Abdi”, lachte hij. Oef.

21.285 meter. Dat is de afstand die de legendarische Haile Gebrselassie ruim dertien jaar geleden in exact één uur aflegde. Een wereldrecord van het Ethiopische loopwonder dat nog steeds standhoudt. Wedden dat het vanavond verbroken wordt? Boezemvrienden Mo Farah en Bashir Abdi trokken de voorbije weken naar het Franse Font Romeu, waar ze zich met hun tweetjes, op 1.850 meter hoogte, in alle rust konden voorbereiden op deze wedstrijd. Abdi, de marathonman, en Farah, de 5 en 10 kilometerspecialist.

Fenomenaal precorona

Vlak voor de coronalockdown deed Abdi nog van zich spreken door een fenomenaal Belgisch record te lopen op de marathon van Tokio: 2u04.49. Meteen weet u dat dit een bijzondere zijstap is voor de 31-jarige Gentenaar, die al een tijd niet meer op de piste liep. Het is zelfs exact twee jaar geleden, van op de Memorial. “Ik loop toch liever op de weg”, lachte hij gisteren. “Altijd maar die rondjes lopen, dat was weer even wennen. Terwijl hij hier gewoon blijft gaan.”

‘Hij hier’, dat is uiteraard sir Mo Farah. De 37-jarige Brit, die net als Abdi Somalische roots heeft, is sinds een aantal jaren beste vrienden én trainingsbuddy’s met Abdi. De regerend olympisch kampioen op de 5.000 en 10.000 meter schakelde enkele jaren geleden over naar de marathon, maar besloot in de aanloop naar de Spelen van Tokio om zich toch weer vol te focussen op de 10.000 meter. “Ik vond de marathon fun, maar als ik eerlijk was met mezelf moest ik toegeven dat lopen op de piste toch nog net iets meer voldoening geeft. Ik heb het gemist”, vertelde hij ons gisteren.

De grote Gebrselassie

Meteen legde hij ook zijn kaarten bloot voor vanavond. “We zullen 2 minuten 49 seconden moeten lopen per kilometer om het record te breken. Het is een toffe uitdaging, ik ga ervan genieten. En het zou een heel grote eer zijn om in de voetsporen van Haile Gebrselassie te treden. Je loopt niet elke dag een wereldrecord. Wat het lastigste wordt? Het eerste halfuur. Eens dat gepasseerd is, loopt het wel los. Wie er wint? Dat is afwachten. Blijf ik voor Bashir of loopt hij weg van mij? We zullen zien, maar ik voel me sterker dan ooit.”

Abdi maakt zich geen illusies. “Ik zie wat ik zie op training. Mo is beter. Hem kloppen? Nee... Ik ga proberen om zo lang mogelijk bij hem te blijven. Dat is mijn enige plan.”

Hopelijk dan wel met zijn eigen schoenen.