Wielrennen
Benoot geniet van zijn kans in Parijs-Nice
Omdat hij niet de Strade Bianche voor de tweede keer kon winnen vanwege afgelast, trachtte Tiesj Benoot dan maar om de eerste rit in Parijs-Nice te winnen. ‘Het is een koers die ik altijd een keer wilde doen’, zegt Benoot. Hij werd zondag derde en hoopt op een nieuwe kans.
“Als we maar kunnen blijven koersen”, zegt Benoot. Gisteren is Parijs-Nice begonnen en hij stond aan de start. Dat was een late beslissing, nadat de Strade Bianche en de Tirreno-Adriatico uit het voorjaar zijn geschrapt.
De vrees dat ook Parijs-Nice vroegtijdig wordt stilgelegd zit er bij de renners stevig in. “Het is een gespreksonderwerp aan tafel”, zegt Benoot. “De situatie kan elke dag anders zijn. Kijk maar hoe snel het in Italië allemaal gaat.”
De Franse minister van Sport zette begin vorige week al het licht op groen voor Parijs-Nice. De situatie in Frankrijk lijkt – voorlopig – niet zo snel uit de hand te lopen als in Italië. En Benoot is blij dat hij uiteindelijk toch kan koersen. Zelfs al zag het er een beetje bedenkelijk uit.
“Onzekerheid was het lastigste vorige week”, zegt hij. “Ik ging wel trainen, maar ik vroeg me ook af waarvoor. Ik wilde koersen. Ik had echt geen zin om weer op trainingskamp te moeten vertrekken. De ploeg heeft ervoor gekozen om haar klassieke kern naar Parijs-Nice te sturen. Daar ben ik blij om. Het doel is nu om de klassiekers voor te bereiden.”
Benoot en zijn ploegmaats kregen gisteren al meteen klassieke omstandigheden in de eerste rit van Parijs-Nice. Het waaide en het regende, het was een korte eerste rit van 154 kilometer en op het eind was iedereen onderkoeld. Benoot incluis.
De renner van Team Sunweb reed gisteren voor de ritzege, maar hij eindigde derde. Hij raakte op dertig kilometer voor de streep voorop met Julian Alaphilippe. Op vier kilometer voor de streep kregen ze het gezelschap van de Duitse kampioen Maximilian Schachmann en van Dylan Teuns. Benoot probeerde in de laatste kilometer alleen weg te rijden. Een andere manier is er niet om te winnen wanneer je zoals Benoot geen sprinter bent. Maar hij miste de laatste bocht en werd uiteindelijk derde.
Iedereen in het wiel
“Het was een goede poging”, vond Benoot van zichzelf. “Ik had een klein gaatje in de laatste kilometer, maar na het missen van de laatste bocht verloor ik snelheid. Ik had die laatste kilometers zaterdag nog gereden. Maar als het nat is, is alles weer anders. Op driehonderd meter voor de streep zat iedereen weer in mijn wiel. Dan wist ik dat het moeilijk zou worden.”
Derde, maar niet getreurd. Er komen nog kansen, hoopt Benoot. Hij is wel blij om in Parijs-Nice te zijn. “Ik heb die koers altijd al een keer willen rijden. Maar omdat ik voor de Strade Bianche ga, is het ook logisch dat ik dan voor de Tirreno-Adriatico kies.”
“Zo zie je maar, elk nadeel heeft zijn voordeel. Parijs-Nice ligt me beter dan de Tirreno. Je hebt hier een beetje van alles: wind, korte hellingen, lange hellingen. Ik denk dat je voor Parijs-Nice een meer complete renner moet zijn dan voor de Tirreno.”
Dat zijn vormpeil, na een hoogtestage van vier weken op de Teide in Tenerife en na het Belgische openingsweekend uitstekend is, zegt Benoot. Hij heeft nu nog zeven dagen de tijd om dat te verzilveren. “Mijn beste kansen liggen in de tweede helft van Parijs-Nice”, denkt hij.
En nu maar vingers gekruist houden dat de race helemaal tot in Nice gaat. “Dingen kunnen elke dag veranderen. Het zou zomaar kunnen dat we straks te horen krijgen dat de koers gedaan is omwille van het coronavirus. Daar houdt iedereen rekening mee. En wie weet wat er met de Vlaamse voorjaarsklassiekers gaat gebeuren? Nooit gedacht dat de impact op het wielrennen zo groot zou zijn.”