AnalyseFormule 1
‘Als ik het verpruts, zegt het team dat ook tegen mij’: hoe Max Verstappen de alleenheerser van de koningsklasse werd
Soeverein, onberispelijk, onfeilbaar. Tal van woorden zijn te plakken op het jaar waarin Max Verstappen zijn tweede wereldtitel greep. In zijn achtste Formule 1-seizoen werd hij de coureur waarvan na zijn debuut al werd verwacht dat hij het ooit zou worden: de genadeloze alleenheerser van de koningsklasse.
Met zijn seizoen spoelde Verstappen in één klap de wrange smaak weg die er nog enigszins hing na zijn titel van vorig jaar door het dubieuze besluit van wedstrijdleider Masi, dat hem in Abu Dhabi de titel opleverde. Tal van fans van Lewis Hamilton, die zijn achtste titel daardoor misliep, beschouwden Verstappen daarna als onterechte kampioen.
Dit jaar kunnen zij niet anders dan concluderen dat niemand anders dan Verstappen recht had op de titel. Eigenhandig bracht hij de Formule 1 in een jaar van een van de spannendste seizoenen in de geschiedenis van de raceklasse naar een van de saaiste. Zijn seizoen deed denken aan de dominantste jaren van meervoudig kampioenen als Michael Schumacher, Lewis Hamilton of Sebastian Vettel. Het wordt onderstreept door de statistieken.
Op alle mogelijke manieren was het zijn beste seizoen in de Formule 1. Zo won hij al twaalf races, met nog vier races te gaan. Daarmee is de kans aanzienlijk dat hij het recordaantal zeges in één seizoen (dertien) op z’n minst gaat evenaren. Dat is nu ook zijn doel, zei hij in Japan direct na het prolongeren van zijn titel. Verder won hij tussen Frankrijk en Italië vijf races op rij. Van alle verreden ronden reed hij er ruim 44 procent aan de leiding.
Titelkansen
Door al die cijfers wordt bijna vergeten dat het na de eerste races bijna gedaan leek met Verstappens titelkansen. Hij had een karrenvracht aan punten gemist door twee uitvalbeurten. Na drie races was de achterstand van Verstappen op zijn Ferrari-rivaal Leclerc al 46 punten. De Monegask heerste in een auto waaraan alles leek te kloppen.
Ferrari had vol ingezet op de drastische aanpassingen aan de bolides dit seizoen, die werken op een compleet nieuw aerodynamisch principe. Het resulteerde in een auto die op alle vlakken sterk oogde.
Bij Verstappen was dat niet zo; het zat goed met de pure snelheid van zijn RB18, zo bleek al snel, maar de auto was te zwaar en lastig te besturen. Eigenlijk was zijn bolide niet op tijd af. Dat was een gevolg van de slopende titelstrijd van 2021, die de ontwikkeling van de 2022-auto hinderde.
Ruim een maand had Red Bull samen met Verstappen nodig om de grilligheden en overtollige kilo’s weg te poetsen. In de vierde race, in Imola, kwam de ommekeer. Verstappens auto was daar op zo’n beetje alle vlakken geüpdatet. Plots bezat hij de bolide die hij eigenlijk al zijn hele loopbaan had willen hebben; eentje die snel was op de rechte stukken én stabiel in de bochten.
Het verschil met Ferrari was nagenoeg meteen verdwenen. Verstappen won soeverein in Imola. Hij leidde na zes races al het kampioenschap en domineerde op de snellere circuits waar hij voorheen nooit een rol van betekenis speelde, zoals op Spa-Francorchamps (zege vanaf de veertiende plek) of Monza (zege vanaf de zevende plek).
Maar achteraf waren die eerste drie races typerender voor Verstappens ontwikkeling als coureur dan de zegereeks die daarna volgde. Naar de buitenwereld toe toonde hij zich geduldig en kalm in die rampweken. Ja, over de boordradio werd er zo af en toe flink gevloekt, maar eenmaal voor de tv-camera’s was hij weer de rust zelve.
Geen moment viel hij zijn team publiekelijk af. Op het asfalt was hij net zo kalm. Hij bleef ver van de onnodige risico’s die hij voorheen weleens nam als het tegenzat. Het seizoen was nog lang en er was nog niets verloren, herhaalde hij tot in den treure.
Die rust was er ook toen hij een voorsprong van meer dan honderd punten had in de WK-stand. Geen moment wilde hij toen over zijn titelkansen spreken, op welke manier journalisten hem er ook naar vroegen. Niet blijven hangen in misère en niet meegaan in euforie. Verstappen leerde het in de hectiek van het 2021-seizoen en perfectioneerde het een jaar later.
Hij toonde zich zo als de onverstoorbare leider van zijn team, zonder zichzelf erboven te plaatsen. Kort voor de zomerstop, aan de vooravond van de GP van Hongarije, trakteerde hij zijn monteurs en engineers nog op een etentje in Boedapest. Het was enigszins vergelijkbaar met hoe bijvoorbeeld Michael Schumacher zich manifesteerde bij Ferrari. Het zijn die coureurs waarvoor hun teams door het vuur gaan.
Drang naar perfectie
Voor dit seizoen was het wel de vraag of Verstappen als wereldkampioen nog dezelfde gretigheid, gedrevenheid en felheid had die hem in de seizoenen daarvoor typeerde als coureur. Hij had zijn levensdoel bereikt. In interviews na zijn eerste titel maakte hij er geen geheim van dat alles wat daarna nog zou komen ‘bonus’ was.
Inmiddels is te concluderen dat hij alleen maar beter is geworden. Het wegvallen van de hunkering naar die eerste titel heeft hem bevrijd. De drang naar perfectie is nog net zo groot. In Singapore verrekende zijn team zich in de kwalificatie met zijn brandstof, waardoor hij de eerste startplek misliep. Hij kon zijn woede niet onderdrukken, ook al had hij zijn titel toen al een tijdje officieus binnen. ‘Als ik het verpruts, zegt het team dat ook tegen mij. Zo werkt het andersom ook. We willen niet goed zijn, maar perfect’, mopperde hij, waarna hij extra vroeg het circuit verliet.
Door die instelling maakt hij nog maar zelden fouten. Races rijdt hij bedachtzamer dan in zijn eerste jaren. Hij werd daar dit seizoen bij geholpen door de geruststelling van een auto zonder overduidelijke zwakten, die hij nu direct aan het begin van een nieuw regeltijdperk bezit.
Dat is slecht nieuws voor Verstappens concurrentie. De eerstvolgende grote regelwijziging volgt pas in 2026, als er nieuwe motoren worden geïntroduceerd. De kans dat de pikorde de komende jaren drastisch overhoop gaat, is daardoor klein.
Daarnaast is het de vraag wie Verstappen op korte termijn überhaupt kan verslaan. Ferrari kon in het begin van dit seizoen prima meekomen met Red Bull, tot de auto’s gelijkwaardig werden. Onder druk kwamen vervolgens de zwakten bij de Italianen bloot te liggen; Leclerc ging fouten maken, het team maakte de ene na de andere strategische blunder en de Ferrari-krachtbron zat vol onbetrouwbaarheden. Het roept de vraag op of de Italiaanse renstal stabiel genoeg is voor een titelstrijd over een heel seizoen.
Rivaal Hamilton
Het Mercedes van Lewis Hamilton, Verstappens grote rivaal in 2021, sloeg de plank dit jaar compleet mis met de nieuwe auto. Het team staat diep in het seizoen nog altijd op nul zeges. Als renstal die de vorige regelwijziging in 2014 het beste had geïnterpreteerd en daarna acht constructeurstitels op rij won, weet Mercedes hoe belangrijk het is om een voorsprong te hebben in de klasse en hoe lastig het is om snel een achterstand goed te maken.
Sportief directeur van de Formule 1 Ross Brawn kan als een van de besten voorspellen wat de Formule 1-fans de komende jaren mogelijk gaan zien. Hij was bij Ferrari een van de architecten achter de hegemonie van Michael Schumacher bij Ferrari, die begin deze eeuw vijf titels op rij won. Brawn ziet parallellen tussen Verstappen en Schumacher, zei hij vorige maand tegen het Duitse Sport 1.
‘Als coureurs als Max en Michael een perfecte auto hebben, rijden ze alsof ze van een andere planeet komen. Als fan voel je dan die magie’, zei hij. ‘Natuurlijk, we willen strijd tussen verschillende coureurs, maar willen we ook niet tovenaars zien, die zich onderscheiden van de rest? Verstappen is nu zonder twijfel het ijkpunt in de Formule 1.’