AchtergrondTransfers
25 jaar na het Bosman-arrest profiteren vooral de makelaars
Exact 25 jaar geleden veranderde het voetbal voorgoed. Na het Bosman-arrest konden spelers die einde contract waren zélf beslissen naar welke club ze gingen. Op papier dan toch. In de praktijk hebben de makelaars nu de sleutels in handen.
Stel: u hebt een contract van bepaalde duur getekend bij een werkgever. Nadat die overeenkomst is afgelopen, wilt u voor een ander bedrijf gaan werken. Maar dat mag niet, omdat uw vorige werkgever u niet wil laten gaan.
Tot 15 december 1995 was dat het lot van profvoetballers. Op die dag oordeelde de rechtbank dat Jean-Marc Bosman, een middelmatige voetballer die einde contract was bij Club Luik, gratis mocht overstappen naar Dunkerque.
De uitspraak veranderde alles. De beste spelers lieten hun contract aflopen of afkopen om naar de grootste clubs te trekken. Elk jaar vergrootte de kloof tussen klein en groot een beetje meer. In de 25 jaar voor het Bosman-arrest wonnen clubs uit negen verschillende landen Europacup I, waaronder Roemenië, Servië en Nederland. Sinds 1995 draait het uitsluitend om Italië, Engeland, Spanje en Duitsland (met Porto als eenzame uitzondering).
Daar ging het Jean-Marc Bosman niet om. Hij wilde vrijheid. “Maar de spelers hebben in de praktijk niet veel meer controle over hun carrière dan in 1995", zegt Sébastien Ledure. Hij werkt voor het internationale sportadvocatenbureau Cresta. “De categorie die het meest heeft geprofiteerd van de veranderingen sinds het Bosman-arrest zijn de tussenpersonen, de makelaars dus. Zij zijn de belangrijkste, of toch de meest dominante stukken op het schaakbord geworden. Ik heb weet van makelaars die hun spelers bedreigen, omdat ze gevoelige informatie over de speler hebben. Of ze zwaaien met hun netwerk: ‘Als je naar een andere makelaar stapt, zal ik wel met de clubleiders bellen om ervoor te zorgen dat ze je niet nemen.’”
Herman Wijnants was tussen 1980 en 2019 manager van Westerlo. Hij heeft gezien hoe de macht verschoof van de clubs naar de tussenpersonen. “In het begin draaide het vooral om geld. Waar centen zijn, duiken charlatans op die een graantje willen meepikken. Dat zal altijd zo zijn. Maar de macht van makelaars gaat verder. Zij beslissen welke speler naar welke ploeg gaat. Er zijn verhalen, ook in het Belgische voetbal, over bepaalde makelaars die clubs voor een keuze stelden: ‘Ofwel koop je een paar spelers van mijn portefeuille, ofwel degradeer je.’ Dat is geen gezonde situatie. Er zijn maar enkele makelaars die goed zorgen voor zowel de financiën als voor de fysieke en mentale gezondheid van hun cliënten. De rest denkt gewoon aan centen.”
Duidelijke trend
Over de geldstromen naar tussenpersonen in de jaren negentig bestaan weinig tot geen cijfers. De tendens van de voorbije jaren is wel duidelijk. De transfersommen worden steeds groter, de betalingen aan makelaars groeien navenant. De Belgische voetbalbond publiceert al een paar jaar de (officiële) cijfers die naar tussenpersonen vloeien. Dat ging van 24 miljoen euro in 2015-2016 naar 46 miljoen in 2019-2020.
Op internationaal niveau zien we dezelfde tendens. De FIFA rapporteerde in dezelfde periode meer dan een verdubbeling van makelaarsvergoedingen bij internationale transfers, van 245 miljoen euro in 2015 naar 538 miljoen in 2019.
Corona zal wel inhakken op de transfersommen en dus op de commissies. Maar de makelaars behouden een sleutelrol in het huidige transfersysteem.
Wijnants: “Het voetbal had veel sneller moeten handelen toen de makelaars in de jaren negentig opkwamen. Advocaten of notarissen hebben een diploma en moeten voldoen aan verschillende regels. Die minimumvereisten gelden niet voor makelaars. Zo creëer je zelf een klimaat waar louche figuren zich manifesteren. Als je dan ziet dat er clubs zijn die werken met huismakelaars: dat begrijp ik niet. Dat zal altijd tot ongezonde situaties leiden.”
ABC-test
Het grote probleem in het voetbal is het gebrek aan transparantie, zegt Ledure. “Ze houden de spelers onwetend.” Dat hebben verschillende cliënten van hem op de harde manier ondervonden, Romelu Lukaku bijvoorbeeld. “Voor zijn huidige makelaar heeft hij twee anderen gehad (Mino Raiola en Christophe Henrotay, NVK). Het is een publiek geheim dat zij zeer royale commissies kregen van clubs, zonder dat de speler daarvan op de hoogte was. Lukaku beseft dat nu. Daarom huurt hij tegenwoordig advocaten in. Hij maakt nog steeds gebruik van een makelaar om van club te veranderen, maar de advocaat is er om de deal te controleren.
“Het is zaak van spelers op te leiden. Wij doen dat met de ABC-test. A: je moet alles weten over een deal. Wie verdient wat met jouw transfer? B: de speler moet bepalen naar welke club hij gaat. Het gebeurt te vaak dat een speler zelfs geen weet heeft van interesse van een bepaalde club, omdat zijn makelaar daar minder kan verdienen of niet binnen mag. En C: laat een derde partij de deal controleren. Je installeert zo een systeem van checks-and-balances. Je spreidt het risico op malversaties.”
Zijn collega Wouter Janssens vult aan: “De voetballer moet controle hebben over zijn carrière en financiën. Er zijn meer en meer spelers die dat beseffen, ook door voorvallen als Football Leaks en Operatie Zero. Bij het Bosman-arrest is er een machtsverschuiving gekomen van de clubs naar de makelaars. Het is tijd voor een tweede shift, waarbij de macht nu écht naar de spelers gaat.”
Makelaarsinkomsten swingen de pan uit
België
2015-’16 24 miljoen euro
2016-’17 25 miljoen
2017-’18 42 miljoen
2018-’19 49 miljoen
2019-’20 46 miljoen
Bron: KBVB
Internationaal
2014 196 miljoen euro
2015 245 miljoen
2016 318 miljoen
2017 368 miljoen
2018 450 miljoen
2019 538 miljoen
Bron: FIFA