NieuwsTerreurproces
Tiende verdachte terreurproces is ‘plots voortvluchtig’
Een poging tot aanhouding van Smail en Ibrahim Farisi, verdachten 9 en 10 op het nakende proces rond de aanslagen van 22 maart 2016, lukte woensdag maar half. Smail (37) liet zich inrekenen, zijn jongere broer Ibrahim (34) is voortvluchtig.
Smail Farisi leende eind 2015 de sleutels van zijn OCMW-studio uit aan Ibrahim El Bakraoui, die zich enkele maanden later zou opblazen in de luchthaven van Zaventem. El Bakraoui was ooit zijn klasgenoot, en Smail hield achteraf vol er geen flauw benul van te hebben dat zijn studiootje aan de Kazernelaan 39 in Etterbeek was gebruikt als safehouse voor een van de zelfmoordcommando’s.
Liever dan de politie te verwittigen, besloten Smail en Ibrahim na de aanslagen alle spullen uit de studio weg te verhuizen en die te poetsen. Het federaal parket klaagt de broers op het maandag startende terreurproces (inleidende zitting) daarom aan voor moord en deelname aan een terreurgroep.
De broers zaten in 2016 en 2017 lange tijd in voorhechtenis, maar werden als enigen van de tien verdachten verondersteld in vrijheid aan het proces deel te nemen. Dat zou betekenen dat ze zes tot acht maanden lang vier dagen per week vanaf 9 uur aanwezig moeten zijn in de rechtszaal. Dat leek bij voorbaat riskant. Tijdens het vooronderzoek lieten Smail en Ibrahim Farisi geen gelegenheid onbenut om uit te pakken met hun alcoholprobleem - als bewijs dat ze geen praktiserende moslims zijn, en al helemaal geen jihadisten.
Het federaal parket kon woensdagavond niet worden bereikt voor een reactie. Het lijkt erop dat het elk risico op vertraging van het proces wil ontlopen door de broers in hechtenis te nemen. “Mijn cliënt is deze woensdag aangehouden, ook al was dat nergens voor nodig”, zegt Sébastien Courtoy, advocaat van Smail. “Hij keek erg uit naar het proces. Zijn broer is nu plots voortvluchtig, we hebben geen idee waar hij zit.”