NieuwsNMBS
Nieuw vervoersplan NMBS goedgekeurd: meer dan 2.000 extra treinen per week, geen haltes geschrapt
De raad van bestuur van de NMBS heeft het nieuwe vervoersplan voor de periode december 2023 tot december 2026 goedgekeurd. Daarin is onder meer beslist dat er tegen 2026 per week meer dan 2.000 treinen extra worden ingezet en er komen ook betere verbindingen tussen grote steden in het weekend.
De raad van bestuur van NMBS heeft het nieuwe vervoersplan voor de periode december 2023 tot december 2026 goedgekeurd. Dat moet “het meest ambitieuze vervoersplan ooit” zijn en niet alleen meer reizigers naar de trein lokken, maar ook meer plaats bieden aan fietsen en de trein toegankelijker maken voor personen met een beperkte mobiliteit.
Tegen 2026 komen er wekelijks 2.000 extra treinen bij op het spoor, waarvan meer dan 720 in het weekend en ook ‘s nachts. Op vrijdag- en zaterdagavond zullen er vanuit Brussel en Antwerpen zo’n 30 treinen na 1 uur ‘s nachts naar andere steden moeten rijden. Dat betekent ook dat de NMBS dit jaar nog op zoek zal gaan naar meer dan 500 treinbegeleiders en -bestuurders.
Ook zet de spoorwegmaatschappij in op meer internationale verbindingen. De drielandentrein tussen Luik, Maastricht en Aken wordt ingevoerd en er komt een voorstedelijke verbinding tussen Luik, Verviers en Aken.
Lees ook
Het station waar niemand staat te wachten: ‘Ik zou die spoorlijn gewoon afschaffen’
De raad van bestuur blijft er ook bij dat er een “optimalisatie” nodig is van het aantal haltes, maar eventuele beslissingen daarover zullen pas voor een volgend vervoersplan zijn. Er worden wel 22 piekuurtreinen geschrapt wegens de toename van het telewerk, maar 12 andere worden opnieuw ingelegd.
Het vervoersplan moet nog worden goedgekeurd door de ministerraad. Minister van Mobiliteit Georges Gilkinet (Ecolo) juicht het voorstel alvast toe. “Het sluit aan bij de dynamiek en de doelstellingen die de regering voor de toekomst van de trein heeft vastgelegd. We staan voor grote uitdagingen op het vlak van mobiliteit en klimaat, voor onze economie en op het vlak van verkeersveiligheid. De trein heeft daar in de toekomst een centrale rol in te spelen.” Wel ziet Gilkinet ook nog uitdagingen, “zoals de versterking van de infrastructuur, de vernieuwing van het rollend materieel, de aanwerving van nieuwe medewerkers, de verbetering van de toegankelijkheid en de verbetering van de kwaliteit van de dienstverlening in het hele land”.
