NieuwsProces aanslagen
Beschuldigden terreurproces dagvaarden minister Van Quickenborne over omstandigheden van transport
Zes beschuldigden in het assisenproces over de aanslagen van 22 maart hebben minister van Justitie Vincent Van Quickenborne (Open Vld) in kort geding gedagvaard. Dat bevestigen hun advocaten. De kwestie draait rond de omstandigheden waarin ze elke dag vanuit de gevangenis worden overgebracht naar het gerechtsgebouw in Haren. Het gaat om Mohamed Abrini, Sofien Ayari, Salah Abdeslam, Bilal El Makhouki, Ali El Haddad Asufi en Hervé Bayingana Muhirwa.
De verschillende beschuldigden klagen al sinds het begin van het proces over de omstandigheden waarin ze dagelijks vanuit de gevangenis worden overgebracht naar het gerechtsgebouw in Haren. Daarbij zijn vooral de dagelijkse naaktfouilles, de blinddoeken, en de hoofdtelefoons met harde muziek steen des aanstoots. De voorbije dagen hebben de beschuldigden ook steevast de box in de zittingszaal verlaten uit protest tegen die behandeling.
Achter de schermen vond al overleg plaats tussen de verschillende betrokkenen, onder wie de advocaten van de beschuldigden en de federale politie, maar dat overleg heeft blijkbaar niet geleid tot een oplossing die voor iedereen aanvaardbaar was.
Aanstaande maandag zou al een eerste zitting in de kortgedingprocedure plaatsvinden, maar in welk gerechtsgebouw die zitting zal plaatsvinden, is nog niet duidelijk. De advocaten van de beschuldigden vragen dat hun cliënten daarbij aanwezig zouden zijn, maar het is nog maar de vraag of de zitting dan wel kan plaatsvinden in het Montesquieu-gebouw, waar de rechtbank van eerste aanleg normaal zetelt.