PolitiekArabische Lente
Tien jaar na de Arabische Lente falen democratische regimes een voor een, terwijl het Westen laat begaan
In Tunesië voltrekt zich een staatsgreep en in Libië lonkt er weer een Khadafi naar de macht. Tien jaar na de Arabische Lente lijkt nu ook het laatste beetje hoop voor de regio opgebruikt. Vier dictators zijn daar indertijd onttroond, maar daar kwam meer oorlog van dan vrijheid. En de boodschap die blijft hangen, is dat democratie er niet deugt — ook niet voor ons, westerlingen.
Tunesië gold als lichtend voorbeeld in de Arabische wereld. Het was daar dat de eerste volksprotesten een decennium geleden voor de vlucht van een dictator zorgden en de zucht naar vrijheid deden overslaan. Tien jaar lang werd er bestuurd met de fragiele wetten van de democratie, waarbij tegenstrijdige krachten en ideeën mekaar in evenwicht hielden.
Tegenstrevers in de boeien geslagen
Maar de economische crisis, door corona aangescherpt, gaf de president een week geleden reden om zijn premier te ontslaan, het parlement naar huis te sturen, media op te doeken en politieke tegenstrevers in de boeien te slaan. Dat komt zo ongeveer neer op een staatsgreep en het valt nog af te wachten of de Tunesische democratie overleeft.
In veel andere landen waar er tien jaar geleden protesten ontstonden, leverden die hooguit beperkte hervormingen op. Dat geldt onder meer voor Algerije, Jordanië, Marokko en Saoedi-Arabië. Daar bleven de regimes overeind. In Egypte, Libië en Jemen sneuvelden de dictaturen wel. Maar dat bracht in geen van die drie landen beterschap.
Zoon van gedode dictator
Jemen wordt nog steeds verscheurd door een vuile burgeroorlog. In Egypte werd het eerste democratisch verkozen staatshoofd al weer gauw opzijgeschoven met een bloedige coup. Daar regeert gewezen legerleider Abdel Fatah Al-Sisi nu met even harde hand als de verdreven dictator Hosni Moebarak. En Libië is na jaren van oorlog nog altijd in tweeën gesplitst.
Daar gaf de zoon van de gedode dictator Moammar Khadafi deze week een interview aan The New York Times. Saif Khadafi (49) liet uitschijnen dat hij president wil worden. En hoewel het Internationaal Strafhof hem nog wil vervolgen voor misdaden tegen de menselijkheid, lijkt een meerderheid van de bevolking wel weer gewonnen voor zijn kandidatuur.
Hang naar harde hand
Het probleem is dat de Arabische Lente slechts gedeeltelijk draaide rond vrijheid en democratie. De allereerste eis die mensen op straat bracht, was een beter leven in materiële zin. En naarmate het geloof ging tanen dat een vrije samenleving daarvoor zorgt, leek die vrijheid overroepen en nam de hang naar een harde hand weer toe.
De meeste mensen in de Arabische wereld kunnen zich de democratie niet veroorloven. En eigenlijk stond het Westen daar ook lang niet altijd om te springen. In Egypte werd de staatsgreep gedoogd omdat de wil van het volk daar niet naar onze zin was. De verkozen president Mohamed Morsi behoorde immers tot de hier o zo gehate Moslimbroederschap.
Westen knijpt een oogje dicht
Ook in Tunesië knijpt het Westen hoogstwaarschijnlijk wel een oogje dicht. Want de grootste winnaar van de democratie was daar Ennahda, een gematigd islamistische partij. Die is nu aan de kant geschoven en dat vinden wij best. Hoewel ze bij elke verkiezing méér Tunesiërs achter zich kreeg dan de altijd al wat autoritaire, maar westers gezinde president.
Hoe onaangenaam de ideologie van Moslimbroeders en consorten ook moge zijn — en hoe bezwaard het verleden van een Khadafi — het is eigenlijk kolonialistisch om de democratie te promoten in andere landen, maar dan geen vrede te nemen met het resultaat ervan. En het leert de Arabisch wereld ook een heel gevaarlijke les.
Geweld als enige optie
“Wat er in Tunesië gebeurt, is de laatste nagel aan de doodskist van de democratische keuze voor de politieke islam”, zo tweette Wassim Nasr, een Franse journalist die geldt als grote kenner van de Arabische wereld. Wat hij bedoelt, is dat die politieke islam — die nu eenmaal populair is in de regio — de les krijgt dat geweld haar enige optie is.
De terreurgroep Islamitische Staat (IS), die ook de Moslimbroeders tot haar vijanden rekent, schreef al in haar weekblad Al-Naba dat Tunesië de ondeugd van democratie bewijst. En met IS belanden we bij het allergrootste falen van de Arabische Lente: Syrië, waar nog steeds een dictator regeert én de opstand werd gekaapt door de gruwel van de jihad.