VooruitblikNederlandse verkiezingen
Nederland trekt naar de stembus, met één vraag: wie wordt nummer twee?
Dat Mark Rutte woensdagavond opnieuw als overwinnaar uit de Nederlandse stembus komt, lijkt een zekerheid. Maar hoe zijn de kaarten voor de rest geschud, en wat staat er op het spel?
Waarover gaan de verkiezingen precies?
Nederland trekt naar de stembus om de zetelverdeling in de Tweede Kamer te bepalen, het equivalent van de Kamerverkiezingen in België. Straks is de winnaar dus aan zet om een nieuwe regeringscoalitie te smeden en de regering-Rutte III op te volgen. Die bleef de afgelopen twee maanden aan in lopende zaken, nadat het kabinet op 15 januari collectief zijn ontslag aanbood. Dat gebeurde na de toeslagenaffaire, het pijnlijke schandaal over onterechte, hoge kindertoeslagboetes voor duizenden Nederlandse gezinnen.
In feite zijn de eerste stembiljetten al binnen: vanwege het coronavirus zijn de verkiezingen uitgesmeerd over drie dagen. Maandag en dinsdag konden mensen uit een risicogroep al in relatieve rust terecht in de stemlokalen, die ook in de buitenlucht of via een drive-through zijn georganiseerd. De rest van de bevolking kan woensdag naar de stembus.
Zo’n 2,4 miljoen 70-plussers konden de afgelopen weken ook per post stemmen, al werd 7 à 8 procent van die briefstemmen niet helemaal volgens de regels opgestuurd. Dinsdag werd de procedure nog aangepast zodat die stemmen, wanneer het stemgeheim niet in het gedrang komt, toch kunnen worden meegeteld.
Nederland kent geen opkomstplicht, maar de vrees voor het coronavirus lijkt er niet voor te zorgen dat mensen massaal thuisblijven. Twee weken geleden bleek uit onderzoek van I&O Research nog dat bijna 80 procent van de kiesgerechtigden van plan is te gaan stemmen, wat in lijn ligt met de verkiezingen in 2017. Woensdag om 21 uur sluiten de laatste stembureaus. De eerste exitpolls zullen dan al bekend zijn, maar op een echte uitslag is het wachten tot donderdag.
Hoe liggen de kaarten?
De regering-Rutte III reed allesbehalve een vlekkeloos parcours, maar toch lijkt de ontslagnemende premier – ook weleens ‘de gelukkigste man van Nederland’ genoemd – vlotjes op weg naar een vierde ambtstermijn. Daarmee zou hij in augustus de langstzittende premier uit de geschiedenis van Nederland worden.
Volgens de laatste Peilingwijzer, het gewogen gemiddelde van de grootste peilingen, staat zijn partij VVD op 34 tot 38 zetels. De rechts-radicale PVV van Geert Wilders volgt met 17 tot 21 zetels, op de voet gevolgd door het christendemocratische CDA (16 tot 18 zetels) en de links-liberale D66 (14 tot 18 zetels). De strijd om plaats twee dreigt bloedstollend spannend te worden.
Wie na de VVD de grootste wordt én mogelijk samen met Rutte gaat regeren, behaalt een aanzienlijk voordeel. De nummer twee levert niet alleen de zichtbare post van eerste vicepremier, maar meestal ook de minister van Financiën. Die verdeelt het geld voor de plannen van de anderen, een cruciale spelverdeler in relancetijden dus.
De televisiedebatten lijken alvast een verschil te maken: waar D66-leider Sigrid Kaag na elk debat positief wordt beoordeeld en haar partij bij elke peiling ziet groeien, maakt concurrent Wopke Hoekstra (CDA) geen al te geweldige indruk. Dinsdagavond waren de een-op-eendebatten op de NOS, tussen de lijsttrekkers van de acht grootste partijen, het laatste wapenfeit van deze campagne.
In grote crisis verkeert alvast de linkse oppositie. GroenLinks, dat vorig jaar in deze periode nog de wind in de zeilen leek te hebben, de socialistische PvdA en de extreemlinkse SP stranden rond de tien zetels. De grootste klappen blijven echter voor Forum voor Democratie, dat op een vijftal zetels lijkt te stranden. De partij van Thierry Baudet ging aan complotdenken ten onder, terwijl de PVV langs de uiterste rechterzijde haar gekende antimigratieretoriek koppelde aan een coronakritisch geluid dat iets realistischer was.
Wat staat er op het spel?
De coalitievorming dreigt geen simpele oefening te worden. In het debat bij EenVandaag op maandagavond herhaalde Rutte weer eens dat hij niet met Wilders zal regeren zolang die geen excuses heeft gemaakt voor zijn befaamde ‘minder Marokkanen’-oproep uit 2014. De huidige coalitie – VVD, CDA, D66 en ChristenUnie – strandt in de laatste Peilingwijzer op 75 zetels, één tekort voor een meerderheid in de Kamer.
Wie wil straks met Rutte in zee? In het verleden kwamen de coalitiepartners van Rutte vaak niet zonder kleerscheuren uit dat huwelijk – ook nu stevenen D66 en CDA eerder op verlies dan winst af. Zij zullen harde eisen stellen voor een nieuwe regeringsdeelname. Als een partij uit de huidige linkse oppositie in beeld komt, laten die zich dan tegen elkaar uitspelen of vormen ze één blok? Het stembusakkoord tussen progressief-linkse partijen waar Jesse Klaver (GroenLinks) op aanstuurde, liep alvast op de klippen.
Rutte lijkt te kunnen profiteren van de huidige coronacrisis, die alle andere kwesties in de schaduw heeft geplaatst. Een drastische koerswijziging is daarbij niet meteen de wens van de Nederlandse kiezers, waardoor de andere partijen in een soort keurslijf van nationale eenheid zitten. Erg veel vuurwerk heeft deze campagne niet echt gebracht.
Eerder maakte Rutte de intentie duidelijk om snel na de verkiezingen een economisch herstelplan af te kloppen, waarbij een akkoord over andere thema’s zoals energie of onderwijs op de langere baan geschoven zou worden. Ook daar is de vraag: wie volgt er dan de man die zo graag declameert: “Visie is een olifant die het uitzicht belemmert.”