FAQ Antwerpen
"Een war on drugs heeft nog nooit gewerkt"
Meer preventie of meer repressie? Dat is de breuklijn tussen links en rechts om de drugscriminaliteit in Antwerpen aan te pakken. Maar welke aanpak werkt? "Ze moeten langs beide zijden afstappen van oude recepten die in het verleden nooit gewerkt hebben."
"Je ziet het rondgaan, je merkt dat mensen onder invloed zijn. Hier moet je niet één maar vier keer per avond 'nee' zeggen." Cocaïne is geen marginaal gegeven in het Antwerpse uitgaansleven, vertelt Jannes (21), maar iets dat stilaan normaal wordt.
De student internationale politiek denkt aan prille tieners en studenten die hier voor het eerst van het uitgaansleven proeven, aan de economie die geïnfiltreerd wordt door drugsgeld, aan de zogenaamde war on drugs. "Ik snap wel dat repressie nodig is, maar komt daar niet net méér geweld van? En vraag ik me toch af: waar blijft de preventie en hulp voor mensen die drugs gebruiken?"
Begin deze week kwam de focus van het drugsdebat te liggen op mogelijke invloed van de onderwereld op gemeenteraadsleden, na een interview van burgemeester Bart De Wever (N-VA) in de Volkskrant. Maar het Antwerpse drugsprobleem is vele malen breder dan dat.
FAQ Antwerpen
Na onze oproep stuurde u ons massaal vragen over wat u bezighoudt met betrekking tot (de toekomst van) uw stad. We verzamelden de frequently asked questions en legden ze voor aan de lijsttrekkers. Hun antwoorden en veel meer uit Antwerpen leest u hier.
Meer cocaïne dan Medellin
Feit is dat Antwerpen de jongste jaren is uitgegroeid tot cocaïnehoofdstad van Europa. Via de uitgestrekte haven glippen de drugs in grote hoeveelheden binnen vanuit Zuid-Amerika. Volgens het drugsagentschap van de EU verloopt de helft van de cocaïne-aanvoer via ons land. Met kwalijke gevolgen: het drugsgerelateerd geweld is toegenomen, van granaataanslagen tot schietpartijen op klaarlichte dag.
Maar ook het drugsgebruik in de stad ligt hoog. Exacte cijfers zijn er niet. Enkel het echt problematische gebruik wordt geregistreerd. Wel staat vast dat er meer cocaïneresten in het Antwerpse rioolwater zitten dan in Londen, Parijs en Medellín.
Burgemeester Bart De Wever (N-VA) maakte de voorbije legislatuur van de war on drugs zijn prioriteit. Hij boekte gedeeltelijk succes: de overlast in de straat is weg, er wordt niet meer openlijk gedeald. De keerzijde is dat de handel gewoon verder gaat, via achterzaaltjes van cafés, uit auto's of op bestelling via versleutelde berichten op WhatsApp. Bovendien: de grote vissen, de echte drugsbaronnen, blijven grotendeels buiten schot.
Na een ontluisterend rapport van de Antwerpse gerechtelijke politie in september vorig jaar, werd een versnelling hoger geschakeld. In februari werd het 'Stroomplan' voorgesteld, dat Antwerpen als internationale toegangspoort voor drugs moet afsluiten. Er werd een speciaal team samengesteld met tachtig mensen uit onder meer de politie, justitie en douane. Sinds deze week is dat zogenoemde Kali-team op kruissnelheid.
Breuklijn
Het drugsbeleid staat hoog op de politieke agenda, maar hoe moet het de komende zes jaar verder? Meteen valt een duidelijke breuklijn op tussen links en rechts. Terwijl Groen, sp.a en PVDA veel meer willen inzetten op preventie, ligt de focus van Open Vld, N-VA en Vlaams Belang op repressie en de harde aanpak. CD&V bekleedt een middenpositie. De partij wil streng optreden, maar past voor "de grove middelen" die nu "te snel worden bovengehaald".
Wie heeft gelijk? Openlijk dealen en overlast moeten wel degelijk worden strafrechtelijk worden aangepakt, zegt Letizia Paoli, hoogleraar criminologie (KULeuven). "Maar voor de vraagzijde van de markt zijn preventie, behandeling en schadebeperking de sleutels. Je moet consumptie ontraden en voorkomen, en de schade bij zware gebruikers terugdringen. Door mensen te bestraffen, help je ze niet van hun verslaving af."
Ze vindt het positief dat die punten op de agenda worden gezet, al voegt ze meteen toe dat het huidige bestuur daar evenmin blind voor is. "De N-VA beklemtoont in het publieke debat haar voorkeur voor de harde aanpak, maar het stedelijke beleid bestaat nu al uit verschillende pijlers, waaronder preventie en hulpverlening." Zo kwam er een zorghostel voor dakloze verslaafden, en konden ze terecht in een zomerbar.
Sp.a gaat het verst. De partij stelt voor om gebruikersruimtes te installeren, waar zwaar verslaafden onder controle hun drugs kunnen inspuiten, mét propere naalden. In Luik werd deze week een gelijkaardig initiatief gestart. "Een heel goed idee", vindt Paoli. "Alle internationale onderzoeken wijzen op de positieve resultaten. Besmetting met hiv of hepatitis C wordt vermeden, het neemt overlast op straat weg en hulpverleners kunnen gemakkelijker contacten leggen."
Ook Damiàn Zaitch is pro. Als professor aan de Universiteit Utrecht heeft hij een externe blik. Al jaren doet hij onderzoek naar drugscriminaliteit, met speciale focus op Rotterdam. Nog tot begin volgend jaar is hij gastprofessor aan de Universiteit in Gent. Dat gebruikers niet bestraft, maar geholpen moeten worden, is voor hem een evidentie. N-VA loopt niet hoog op met dit "gedoogbeleid".
Weinig origineel
Toch ziet hij weinig originele ideeën bij de Antwerpse lijsttrekkers. "Zowel links als rechts moeten af van hun oude recepten die in het verleden nooit hebben gewerkt", zegt hij. "Met preventie alleen kom je er niet, met repressie evenmin. Een war on drugs heeft nog nooit succes gehad, nergens. Wanneer je botweg de grote vissen wil aanpakken, eindig je met escalatie van geweld.
"Focus minder op drugs zelf", geeft hij advies. "Wel op de uitwassen die met drugshandel gepaard gaan: geweld, corruptie, verdachte investeringen. Alleen zo krijg je drugsbarons op de knieën." Wat de maatschappij écht ontwricht verdient prioriteit en dat zijn volgens hem niet de gebruikers of een groot deel van de kleine dealers. Hij pleit voor een minder botte aanpak, en daarvan ziet hij hier en daar elementen terugkeren.
Zo pleit onder meer Open Vld er expliciet voor om de "de grote haaien de raken waar het pijn doet: hun portemonnee". Malafide handelszaken waar geld wordt witgewassen moeten worden gesloten en vervolgd. Ook het Stroomplan heeft dat als een van de objectieven.
Tegelijk moet je investeren in probleemwijk, de jeugd perspectief geven. De agenten moet ook de huurt weer beter leren kennen, korte lijnen houden met de jeugd. "CD&V maakt dat punt en zeer terecht", zegt hij. "Alleen zo kan je voorkomen dat de kleine garnalen van nu straffeloos kunnen uitgroeien tot de grote maffiabazen."
Succes in Rotterdam
En iedereen moet mee in bad. "Ga met havenbedrijven een partnership aan. Hoe kun je samen drugstrafiek verminderen? Responsabiliseer ze ook. Als er cocaïne wordt gevonden in hùn containers, dan worden ze daarop aangesproken. Dit is geen strijd van de politie of gerecht alleen, maar iedereen in de stad." De Wever denkt in die richting. Hij pleit voor een stadsinformatienetwerk, waar burgers en bedrijven de veiligheidsdiensten helpen.
"Die totaalaanpak heeft gewerkt in Rotterdam", zegt Zaitch. "Jammer genoeg draagt Antwerpen daar de gevolgen van. Veel van de drugstrafiek is naar daar verplaatst."
Volgens beide wetenschappers ontbreekt in de Antwerpse politiek aan een reflectie met duidelijke doelstellingen om het drugsprobleem aanpakken. "Je moet realistisch zijn: de cocaïnestroom vanuit de Antwerpse haven ga je niet op korte termijn droogleggen", zegt Paoli. "Maar wat wil je dan wel? En hoe ga je dat bereiken? Die antwoorden ontbreken."
"Links zou soms wat meer moeten durven", geeft Zaitch een suggestie. "Terwijl rechts af moet van louter spierballengerol."