Verkiezingen
De zes belangrijkste lessen uit de doorrekeningen van de kiesprogramma’s
Het Planbureau heeft zijn doorrekeningen van de partijprogramma’s voor de komende verkiezingen klaar. Alles samen gaat het om honderden tabellen en grafieken. Een ongeziene stortvloed aan cijfers. De Morgen haalt er de belangrijkste conclusies uit.
1. Een gebrekkige oefening
Het is pas de eerste keer dat het Planbureau met een doorrekening van de partijprogramma’s komt – en dat is eraan te zien. Door een gebrek aan mankracht, tijd, expertise en gepaste rekenmodellen is de instelling er niet in geslaagd om de volledige kiesprogramma’s door te rekenen.
Er is gekozen voor een afgeslankte oefening waarbij alle partijen zelf maximaal vijf prioriteiten hebben aangedragen. De meer radicale voorstellen, zoals een migratiestop of miljonairstaks, zijn echter niet aanvaard. En sowieso heeft het Planbureau als federale instelling weinig te zeggen over regionale bevoegdheden.
Tel deze beperkingen op en het enige besluit kan zijn: het is enorm oppassen met deze doorrekeningen. Om maar één voorbeeld te geven: Groen klopt zich op de borst dat haar eindafrekening door het Planbureau klopt en dat de partij dus geen luchtkastelen bouwt. Wie dieper in de cijfers duikt, merkt dat Groen daarvoor beroep doet op 2,45 miljard euro extra inkomsten uit fraudebestrijding. Dat bedrag is weliswaar aanvaard door het Planbureau, maar dat heeft het cijfer zelf niet kunnen bevestigen.
2. Iedereen wil lagere belastingen
Wat valt er dan wel met zekerheid te zeggen? Dat alle partijen pleiten voor een verlaging van de personenbelasting. Op rechts ziet Vlaams Belang het groots (voor 9,5 miljard euro volgens het Planbureau). Open Vld denkt aan een verlaging van 5 miljard euro. De liberalen hebben dit gisteren wel bijgesteld naar 4 miljard euro. Uit de cijfers van het Planbureau blijkt immers dat de laagste inkomens uit de boot vallen. Zij krijgen nu een extra werkbonus als ondersteuning. N-VA is het meest bescheiden met 2 miljard euro.
Op links pakt sp.a uit met een grootschalige ‘sociale taxshift’ van 12 miljard euro. Dit komt neer op een belastingkorting van 1.500 euro netto per jaar per persoon. Daartegenover staat bijvoorbeeld dat huuropbrengsten fors meer belast worden. Alle inkomensgroepen gaan erop vooruit en zeker de middenklasse.
3. Slimme kilometerheffing is niet dood
Op het vlak van mobiliteit houden N-VA en Open Vld de kaarten tegen de borst. Zij hebben hierover geen maatregelen laten doorrekenen. Sp.a en Groen doen dat wel. Beide partijen denken nog aan een slimme kilometerheffing – de omstreden maatregel die volgens mobiliteitminister Ben Weyts (N-VA) geen draagvlak heeft.
Toch willen de socialisten rijden in de spits rond Antwerpen, Brussel en Gent betalend maken. Voor woon-werkverkeer draait de werkgever op, die elders loonlastenverlagingen krijgt. Sp.a rekent op een opbrengst van 490 miljoen euro. De groenen schaffen dan weer de bestaande verkeersbelasting af en voeren in de plaats rekeningrijden in. Zij rekenen op een opbrengst van 800 miljoen euro.
Opvallend: ook CD&V stelt een kilometerheffing voor. Weliswaar in afgeslankte vorm. De partij wil na de vrachtwagens ook bestelwagens laten betalen per gereden kilometer. Dit zou 300 miljoen euro opleveren.
4. Met of zonder kerncentrales: ‘weinig’ verschil
In het energiedebat staan N-VA en Groen recht tegenover elkaar. De Vlaams-nationalisten willen twee kerncentrales langer openhouden. De groenen willen ze allemaal dicht en voluit inzetten op hernieuwbare energie.
Volgens het Planbureau is het een onbesliste strijd. Althans wat betreft bevoorradingszekerheid en de productiekost. Wanneer het over de uitstoot van de energiesector gaat, is er wel een groot verschil. In het volledig groene scenario daalt die met 9 procent. In het nucleaire scenario van N-VA met 45 procent.
Dat komt omdat kerncentrales niets uitstoten. Gascentrales, die nodig zijn om zonnepanelen en windmolens bij te staan, doen dat wel. Bovendien moeten die gascentrales nog gebouwd worden, onderstreept de N-VA. En met die kost houdt het Planbureau geen rekening. De factuur hiervan belandt immers rechtstreeks bij de energieconsument. Over vijftien jaar gezien wordt de kost geschat tussen 5 en 9 miljard euro.
5. Onzekerheid over beperking uitkeringen
Om de begroting op orde te krijgen moeten meer mensen aan het werk gaan, vinden N-VA en Open Vld. Daarom moeten de werkloosheidsuitkeringen in de tijd beperkt worden. CD&V en links zijn tegen.
De vrees leeft daar dat de beperking van de werkloosheidsuitkeringen in de tijd de zwaksten in de samenleving verder in de armoede zal duwen. Het Planbureau schetst een genuanceerd beeld. Onder de allerlaagste inkomens zal wel degelijk 8 procent van de mensen aan inkomsten inboeten. Dat is significant.
Maar de N-VA heeft een uitleg klaar. In haar voorstel zouden steuntrekkenden na drie jaar terugvallen op sociale bijstand – een licht verhoogd leefloon. Die sociale bijstand wordt echter gekoppeld aan een middelentoets. Indien daaruit blijkt dat iemand genoeg reserves heeft, krijgt die geen leefloon uitbetaald en zal dus inkomsten verliezen. De N-VA omschrijft de ze groep als ‘de niet-werkende vrouwen van notarissen’.
6. Draaien rond de begrotingsput
Nog dit: ondanks de kritiek op de doorrekeningen door het Planbureau hebben ze er wel voor gezorgd dat politici in het algemeen bewuster omgaan met de financiële impact van wat ze de kiezer beloven.
Tegelijk blijft iedereen als vermoord zwijgen over het begrotingstekort. Geen enkele partij houdt daar rekening mee in de oefening van het Planbureau. Laat staan dat er voorstellen worden gedaan om het tekort van 8 miljard euro te dichten. De extra maatregelen die daarvoor nodig zijn, dat blijven zorgen voor later.