Voor u uitgelegdSpaargeld
Is een buitenlandse spaarrekening een goed idee? Hierop moet u letten
Hogere rentes en dus duurdere hypotheken: het is een feestje voor de Belgische banken. Wel eentje waarop de Belgische spaarder niet is uitgenodigd. Vindt die soelaas in het buitenland, waar de spaarrentes hoger zijn?
Waarom zijn spaarrentes zo laag?
Daarvoor moeten we een heel eind terug, naar de financiële crisis van 2008. De daaropvolgende recessie doet mensen besluiten dat het veiliger is hun geld op te potten. Dus verlaagt de Europese Centrale Bank (ECB) de depositorente stelselmatig. Dat is de rente die banken betalen als ze geld parkeren bij de centrale bank.
De ECB doet dat in een poging mensen aan te zetten tot consumeren en het aangaan van leningen bij banken. Die laatste kunnen niet anders doen dan volgen. Meer dan tien jaar lang kampeert de rente op spaarboekjes rond de nul. Maar de Belg spaart doodleuk voort. In ons land ligt inmiddels zo’n 300 miljard euro te slapen op spaarboekjes allerhande. Geen economische of vertrouwenscrisis bij banken die daar iets aan lijkt te veranderen.
Waarom blijft die spaarrente ook laag als andere rentes stijgen?
Na de Russische inval in Oekraïne zag de ECB de inflatiecijfers plots het ene record na het andere verbreken. Dus veranderde ze het geweer van schouder en verhoogde sinds juli vorig jaar stelselmatig de depositorente. Intussen bedraagt die 3,75 procent.
De achterliggende gedachte is dat banken hun spaarders zo ook een hogere rente kunnen geven. Dat doen ze vooralsnog maar een beetje. De vier grootste Belgische banken geven op hun klassieke spaarboekjes rentes tussen 0,25 procent (BNP Paribas) en 0,60 procent (KBC). Ze bieden wel hogere rentes aan (tot 1,40 procent bij ING), maar enkel voor wie zijn weg daarin vindt en bijvoorbeeld zijn geld naar een nieuwe spaarrekening overschrijft.
Wel waren banken er als de kippen bij om de hypothecaire rentes te verhogen. Jarenlang kon immers ook dat tegen een goedkoop tarief. Maar wie nu geld leent - bijvoorbeeld om een huis te kunnen kopen - moet meer betalen. In maart betaalden Belgen volgens cijfers van de ECB gemiddeld een rente van 3,4 procent bij het afsluiten van een lening. Op dat verschil tussen spaar- en hypothecaire rente boeken banken nu veel winst.
Wat doen we best met ons spaargeld?
Eigenlijk is het antwoord simpel: de concurrentie laten spelen. Dat kan door over te stappen naar andere financiële producten, zoals obligaties en de beurs. Maar ook voor wie wil blijven sparen zijn er aantrekkelijke opties, die veel Belgen al kennen. Volgens cijfers van de Nationale Bank waar De Tijd over bericht, schreven Belgische gezinnen en bedrijven in de eerste drie maanden van dit jaar zo’n 8 miljard euro over naar termijnrekeningen. Dat zijn financiële producten die kapitaal voor een zekere periode ‘vastzetten’ tegenover een hogere rente (tot 2,1 procent).
Overstappen naar een andere bank is natuurlijk ook mogelijk. Naast de typische grootbanken bieden vooral kleinere spelers soms hogere rentes aan (zie grafiek). Santander biedt in België bijvoorbeeld een rente van 1,75 procent aan (en 2 procent voor wie een bedrag tussen 125.000 en 200.000 euro inlegt). Vaak staan tegenover deze hogere rentes wel minder diensten.
Daarnaast is het - althans in theorie - ook mogelijk om een spaarrekening te openen in het buitenland. Bijvoorbeeld in Frankrijk en Duitsland bieden banken vaak hogere rentes aan: het Duitse Scalable Capital biedt 2,30 procent aan en de Estse Bigbank 2,20 procent.
Overstappen, zou u dan denken. Maar kijk uit: er schuilen addertjes onder het gras. Hoewel de Europese Unie vrijheid van kapitaal garandeert, is een adres in het land in kwestie vaak vereist om een rekening te kunnen openen. Daar komt nog eens bij dat er extra taksen volgen. “Als er geen verdrag is tussen België en het andere land kan het zijn dat je tweemaal taksen moet betalen”, zegt Gertjan Verdickt, assistent-professor financiële economie (KU Leuven). Voor wie zijn financieel geluk buiten de Europese Unie zoekt, zijn de risico’s nog groter. Daar geldt bijvoorbeeld de depositogarantie, die spaargeld bij een bankfaling beschermt tot 100.000 euro, niet.
Is er verandering in zicht?
De druk groeit op banken om ook de rentes op spaarrekeningen te laten stijgen. In maart al stuurde de Belgische Nationale Bank daarop aan. Ook de politiek bemoeit zich nu met de zaak. Verschillende politici lieten in Het Laatste Nieuws verstaan dat ze hopen dat de spaarrentes stijgen. Hier en daar werd voorzichtig de piste opgeworpen om de wettelijke minimumrente van 0,11 procent te verhogen. Al staat minister van Financiën Vincent Van Peteghem (cd&v) daar niet voor te springen. Wel stuurde hij een brief naar sectorfederatie Febelfin om het probleem aan te kaarten.
“Het gat tussen de spaar- en hypothecaire rente is inderdaad groot”, zegt Verdickt. “Maar dat komt de komende maanden sowieso onder druk te staan door de onderlinge competitie of grote vermogens die dreigen te vertrekken naar obligaties met een betere rente. Al is er iets dat vaak vergeten wordt in deze discussie, namelijk de mooie tijden die we hebben gekend. Als je een lening hebt kunnen afsluiten onder 1 procent of 2 procent voor meerdere jaren, maken banken serieus verlies als ze die rente verhogen. Het businessmodel van een bank is korte termijn (deposito’s) om te zetten in lange termijn. Ze krijgt hier een vergoeding voor. De basisrente kan misschien wel verhogen, maar de langetermijninkomsten zijn minder flexibel. Dit renterisico is dus erg belangrijk om in de gaten te houden voor een bank.”