Wiskundeplatform
Zo moet wiskunde weer sexy worden
De vijf Vlaamse universiteiten pleiten voor de oprichting van een platform dat de belangen van wiskunde binnen onderwijs, industrie en onderzoek in de verf moet zetten. “Iedereen heeft de mond vol over artificiële intelligentie, niemand over de wiskunde die aan de basis ligt.”
“Stel, het zijn examens en een student zegt op de radio dat hij wiskunde aan het blokken is. Gegarandeerd reageert de presentator met ‘eikes’ of een diepe zucht. Wiskunde is niet sexy”, zegt wiskundeprofessor Ann Dooms (VUB). De zuivere wiskunde kon de voorbije jaren niet meesurfen op de STEM-golf: de instroom aan de Vlaamse universiteiten blijft stabiel, maar binnen het pakketje STEM-richtingen (wetenschappelijke, technische, technologische en mathematische/wiskundige opleidingen) blijft het aandeel wiskunde dalen.
Intussen heerst er naast de perceptie een nijpend onderwijsprobleem: elk jaar stoppen een vierhonderdtal wiskundeleerkrachten ermee, de meesten door pensionering. Van de honderd wiskundigen die elk jaar afstuderen, kiezen er maar een twintigtal voor het onderwijs.
“De M in STEM moet opnieuw een volwaardige rol krijgen”, stelt Dooms, die een van de initiatiefnemers is van een Vlaams wiskundeplatform. Zo’n platform moet de verschillende actoren samenbrengen: onderwijs, industrie en onderzoeksveld. “Bedrijven zouden bijvoorbeeld het nut van wiskundigen binnen hun rangen aan het licht kunnen brengen. Nu doen enkel onderwijs en bankwezen dat actief. Iedereen heeft de mond vol over artificiële intelligentie, maar niemand over de onderliggende berekeningen die worden aangeleverd door wiskundigen.”
De relevantie van wiskunde opnieuw kenbaar maken, is dus de boodschap. Dat doel wordt alvast ondersteund door heel wat partijen. Samen met bekende namen als Jef Colruyt (CEO Colruyt Group) en Frank De Winne (ruimtevaarder) tekenden ook katholiek en gemeenschapsonderwijs en alle vijf Vlaamse rectoren de missieverklaring.
“De impact van wiskunde op onze maatschappij wordt steeds groter. En toch is wiskunde steeds minder zichtbaar”, benadrukt Herman Van Goethem, UAntwerpen-rector en voorzitter van de Vlaamse Interuniversitaire Raad (VLIR), de noodzaak om studenten warm te maken voor wiskundige richtingen.
Het ‘waarom’ is er dus, het ‘hoe’ is volgens Dooms een vraag voor de overheid. Bij onze noorderburen is een wiskundeplatform al zo’n tien jaar een feit, waarbij een klein team niet alleen het aantal wiskundigen in de verschillende sectoren monitort maar ook faciliteert. “Zo zijn bijvoorbeeld meer fondsen vrijgekomen voor wiskundig onderzoek”, zegt Dooms. Een kopie hoeft het echter niet te worden, klinkt het bij de VLIR: “We moeten kijken naar onze eigen context.”
Tot slot wil het Vlaams wiskundeplatform ook een aanspreekpunt worden voor de media om de vaak negatieve connotatie te helpen wegwerken. Of zoals Dooms voorstelt: “Waarom zou er in Thuis geen enthousiaste wiskundeleerkracht geïntroduceerd kunnen worden?”