Onderwijs Nederland
"Zittenblijven is ouderwets, duur en niet-motiverend"
Als het aan de Nederlandse staatssecretaris van Onderwijs Sander Dekker en het Centraal Planbureau ligt, heeft zittenblijven in Nederland zijn langste tijd gehad. "Zittenblijven is een ouderwetse, dure en niet-motiverende manier om leerlingen erbij te houden", zei Dekker zaterdag in reactie op het Planbureau-rapport dat zittenblijvers op basis- en middelbare scholen de schatkist ruim 500 miljoen euro per jaar kosten.
Volgens het Centraal Plan Bureau zijn er 'efficiëntere manieren' om hetzelfde onderwijsniveau te bereiken, zoals bijspijkercursussen en zomerscholen. Want nu moet een leerling een heel jaar overdoen, terwijl de leerafstand zich vaak maar beperkt tot enkele vakken. 'Zittenblijven is een bot en duur instrument', concludeert het CPB in een zaterdag verschenen onderzoeksrapport.
Dekker is het daar helemaal mee eens. Hij wijst erop dat de afgelopen jaren al 'goede ervaringen' zijn opgedaan bij experimenten met voorscholen in het primair onderwijs en zomerscholen in het voortgezet onderwijs. Zo volgden afgelopen zomer 320 leerlingen in 15 scholen de zomerschool, waarvan 86 procent door de extra lessen in de vakantie alsnog werd bevorderd naar het volgende jaar.
Alternatieven
De cijfers van het CPB zijn volgens Dekker een steun in de rug om meer in te zetten op de alternatieven voor zittenblijven. "Bijspijkercursussen en zomercourses kosten geen geld, maar leveren geld op", aldus Dekker. Onlangs heeft hij met de VO-Raad, de Nederlandse koepelorganisatie van middelbare scholen, afgesproken om 9 miljoen euro per jaar beschikbaar te stellen voor het programma "beperken zittenblijven middels (onder meer) zomerscholen".
Doel is om het percentage zittenblijvers in het voortgezet onderwijs te reduceren van jaarlijks 5,8 procent van alle leerlingen in 2014 tot 3,8 procent in 2020. Ook met het primair onderwijs zijn afspraken gemaakt om het zittenblijven te reduceren van 3 tot 2 procent. Uit het CPB-rapport blijkt dat bijna de helft van alle leerlingen minimaal één keer blijft zitten in het basis- en voortgezet onderwijs.
Van alle leerlingen die in 2012 een diploma in het voortgezet onderwijs haalden, deed 45 procent langer over de onderwijstijd dan de duur die ervoor staat. Het percentage zittenblijvers piekt aan het begin van de basisschool ('verlengd kleuteren') en in het zogenaamde voorexamenjaar op de middelbare school.
Arbeidsmarkt
De directe kosten van zittenblijven bestaan uit het extra jaar onderwijs. Die bedragen 500 miljoen euro. Maar de indirecte kosten vallen volgens het CPB nog veel hoger uit.
Zittenblijvende leerlingen betreden later de arbeidsmarkt, waardoor zij inkomen missen en de overheid belasting- en premie-inkomsten. Volgens een indicatieve berekening ligt dit bedrag in de orde van 900 miljoen euro per jaar. De CPB-onderzoekers adviseren om het beleid meer te richten op efficiëntere en goedkopere alternatieven.
Meer aandacht voor voor- en vroegschoolse educatie kan voorkomen dat jonge kinderen vertraging oplopen in de kleutergroepen. In het voortgezet onderwijs kan een 'gerichte verlenging' van de onderwijstijd effectief zijn, via bijvoorbeeld zomerscholen of bijspijkercursussen.
Geprikkeld
Om het alternatieve beleid te laten slagen, moeten scholen meer worden geprikkeld om zittenblijven te voorkomen. "Een school wordt nu wel financieel gecompenseerd voor een volledig jaar extra onderwijs, maar niet voor minder kostbare alternatieven", aldus het CPB. De Algemene Onderwijsbond zegt "geen voorstander te zijn van een verbod op zittenblijven, zoals het CPB bepleit".
AOb-voorzitter Walter Dresscher wijst op het professionele oordeel van de leraar. "Voor het wegwerken van deficiënties bestaan verschillende opties. Voor sommige leerlingen kan een jaar overdoen nog steeds het beste zijn', meent hij. Volgens het AOb kijkt het CPB slechts 'met een boekhoudersbril' naar het onderwijs. 'Wat heb je er aan als je geld uitspaart op zittenblijvers als de consequentie is dat ze onvoldoende voorbereid in een volgend schooljaar terechtkomen, zomerscholen of bijspijkerprogramma's ten spijt?", aldus Dresscher .
Dresscher: "Zo'n leerling haakt af en komt bijna altijd in de problemen: werk vinden is lastig, om maar wat te noemen.' De VO-Raad juicht het rapport toe. 'Behalve de hoge kosten is zittenblijven vaak ook heel demotiverend voor leerlingen die op 1 of 2 vakken tekort komen', aldus een woordvoerder. 'We willen meer maatwerk in het onderwijs, dit is een stap in die richting. De pilots met zomerscholen waren succesvol."