"Xavier Meert probeerde Latifa te helpen"
Op het assisenproces in Brussel over de dood van Latifa Hachmi, voerde de advocaat van Xavier Meert vandaag aan dat zijn cliënt enkel heeft geprobeerd de vrouw te helpen, ook al deed hij dit op een onhandige manier, aldus meester Antoine Chomé.
Zes personen staan terecht voor het toebrengen van folteringen tijdens islamitische duivelsuitdrijvingen, tussen begin juli en begin augustus 2004, waaraan de 23-jarige vrouw op 5 augustus 2004 overleed. Xavier Meert (34) trad op als één van de twee exorcisten, samen met Abdelkrim Aznagui (60).
Psychiatrisch spoedgeval
Volgens de advocaat van Meert kampte Latifa Hachmi met problemen. "Het ging niet goed met haar. Dat is een realiteit. Ze was niet langer meester over haar leven en was een psychiatrisch spoedgeval", aldus Chomé. "Toen ze in juni 2004 met haar man in Bordeaux was - nadat ze reeds enkele Roqya-sessies had ondergaan - vroeg ze om terug te keren. Waarom zou ze willen terugkeren naar haar beulen?", wierp de advocaat op.
Onhandig
"Xavier Meert had toen sedert twee jaar geen Roqya meer beoefend. Hij deed het om Latifa te helpen, enkel om te helpen, ook al deed hij dit onhandig, zelfs op een zeer onhandige manier", vervolgde de advocaat. "Xavier Meert kan niet slaan. Dat ligt niet in zijn aard. Bovendien vertoonde het lichaam van Latifa Hachmi in juni reeds blauwe plekken terwijl Xavier Meert pas vanaf juli tussenkwam".
In verband met de vzw La Plume (vandaag La Source), die de beschuldigden en het slachtoffer bezochten, betreurde de advocaat dat die werd voorgesteld als een sekte of een terroristische vereniging. "Ja, er is een sterke religieuze connotatie, maar er is meer. Er worden danscursussen gegeven en de vzw laat zich in met daklozen", aldus Chomé.