Wielrenner Jens Wallays is beloftenkampioen op de weg

Thuisrijder Craeghs werd tweede, Frison derde en Benjamin Declercq was vierde voor Jef Van Meirhaeghe. Jorne Carolus, de kampioen van vorig jaar, won de spurt voor de zesde plaats.

"Dat wordt nog enkele uren wachten om echt te beseffen dat ik kampioen geworden ben", zucht de pas 21 jaar geworden Wallays. "Ik ben er nog altijd niet goed van. Natuurlijk wist ik dat het tegen twee renners van dezelfde ploeg moeilijk zou worden om te winnen. Daarom overtuigde ik hen om niet aan te vallen, want anders zou ik niet meer aan de kop gekomen zijn. Ik had zelf immers nog overschot en kon dus wat gokken. Zoals ik ze kort voordien met twee aanvallen wakker geschud had om sneller te gaan rijden omdat het peloton te dicht kwam."

"Uiteindelijk bleven we toch voorop en was het een zaak van goed opletten om de spurt te kunnen winnen. Voor de laatste bocht liet Frison het gaatje voor Craeghs, die sneller dan ik door die bocht ging. Maar daarna maakte ik er een lange spurt van en won. Mijn vierde zege van het seizoen. Een seizoen dat goed begon, maar daarna was ik een tijd op de sukkel omdat ik in de Ronde van Normandië een beentje in de hand brak."