Dinsdag 30/05/2023

ReportageKatholieke gemeenschap Sant’Egidio

Wat zit er achter de katholieke gemeenschap van Sant’Egidio, waar Kristien Hemmerechts deel van uitmaakt? ‘Een vriendin vroeg me achteraf: ‘Kristien, ben je bekeerd?’’

'Met de moordenaar van Julie Van Espen konden we maar moeilijk contact maken. Nee, het zijn niet allemaal succesverhalen.' Beeld BELGAIMAGE
'Met de moordenaar van Julie Van Espen konden we maar moeilijk contact maken. Nee, het zijn niet allemaal succesverhalen.'Beeld BELGAIMAGE

Schrijfster Kristien Hemmerechts liet weten dat ze sinds een jaar deel uitmaakt van de katholieke gemeenschap van Sant’Egidio. Federaal procureur Frédéric Van Leeuw doet dat al veel langer. Toppolitici van verschillende signatuur koesteren een warme sympathie, en ook het koningshuis is helemaal om. Waar staat deze aan invloed winnende gemeenschap voor? En wat maakt ze zo apart? Een rondleiding door het hart van de organisatie en een gesprek met enkele illustere leden.

Jan Antonissen

In België begon het met een meisje van 16. ‘Een doorsnee Vlaams meisje’, noemt Hilde Kieboom (56), Sant’Egidio-voorzitter van de Lage Landen, de jongere versie van zichzelf. ‘Afkomstig van de rand van Antwerpen, van een randkerkelijk gezin.’

Hilde Kieboom: “Ik was niet op zoek naar spiritualiteit, maar via een vriendin kwam ik toevallig in Rome terecht, waar ik Rik Hoet ontmoette, een Vlaamse priester die al sinds de jaren 70 bij Sant’Egidio is. Rik heeft me de beweging leren kennen. En ik ben – ik kan het niet anders zeggen – van mijn paard gebliksemd.

“Wat me aantrok, was de openheid van de Italiaanse jongeren, die in de geest van het evangelie verantwoordelijkheid opnamen voor de allerarmsten. Zo wilden ze de wereld veranderen. Dat wil ik ook in Antwerpen, dacht ik. Ik heb het plan rustig in mijn hoofd laten rijpen, en in 1985, op mijn 20ste, heb ik de Belgische afdeling van Sant’Egidio (de tweede afdeling, red.) in Antwerpen opgericht: op het Eilandje en in het Schipperskwartier. Daar had je moeders die uit misère overgingen tot raamprostitutie. Hun kinderen hebben we begeleid in onze Scholen voor de Vrede: we maakten samen huiswerk, we volgden hun toetsen op. Dat was het begin.”

35 jaar later, stelt ze vast, is er veel ten goede veranderd.

Kieboom: “Je mag het evangelie weer je inspiratiebron noemen. In de jaren 80 was dat wel anders. Het defaitisme in de kerk was overal: ‘De laatste doet het licht uit.’ Nu zijn jongeren opener, ze hebben minder vooroordelen. Religie staat weer op de kaart. Dat hebben we ook te danken aan de islam. In een geglobaliseerde wereld moeten mensen met verschillende achtergronden met elkaar leren samenleven. Sant’Egidio zet zwaar in op het samenbrengen van de wereldgodsdiensten.”

In de lekenbeweging van Sant’Egidio geldt ook het adagium van de kloosterorden: ora et labora – bid en werk.

Kieboom: “Wij zijn niet louter een gebedsgroep, wij zetten ons ook in voor de armen. Ik zeg altijd: in de ene hand dragen we een bijbel, in de andere hand een krant. We zien de actualiteit in het licht van de hoop. Maar dat betekent niet dat mensen worden verplicht om te bidden. Je kunt niemand dwingen een praktiserende gelovige te zijn.”

EEN TE HARD LEVEN

Een middeleeuws steegje in de Antwerpse Kammenstraat. Zeven eeuwen geleden was dit een huis waar zogenoemde ‘vrouwen in nood’ werden opgevangen: prostituees en ongehuwde moeders vonden er onderdak. Vandaag is hier het hoofdkwartier van Sant’Egidio voor België en Nederland gevestigd. Voor de ingang staat een bankje waarop een bronzen beeld rust van een onherkenbare man in een lang gewaad. Alleen de stigmata aan zijn voeten verraden hem: ‘Homeless Jesus’ van de Canadese beeldhouwer Timothy P. Schmalz.

“Het gebeurt dat hier ’s ochtends, naast de slapende Jezus, een envelopje met geld ligt”, zegt Jan De Volder. De echtgenoot van Hilde Kieboom is de drijvende kracht achter Sant’Egidio en geeft een rondleiding in het hart van de organisatie, die kan rekenen op de vrijwillige inzet van ‘een duizendtal’ mensen. Zeven medewerkers zijn in vaste loondienst, grotendeels betaald door de stad Antwerpen. Er is de koffiebar, waar de bediening in handen van gehandicapten is, er is het restaurant voor daklozen met maaltijden vervaardigd door een gereputeerde kok die zijn vaste baan heeft opgegeven om hier te komen werken. Er zijn de douches, de leslokalen, de receptie- en vergaderruimtes, maar er is vooral het prachtig opgeknapte huis waar een zevental ouderlingen samenwonen. ‘We willen laten zien dat het anders kan dan in de meeste woon-zorgcentra’, zegt De Volder met lichte stemverheffing.

Jan De Volder: “Het huidige model is op, dat is door de coronacrisis wel duidelijk geworden: de centra zijn te duur, mensen willen er niet naartoe en er is onvoldoende personeel. Het moet weer op mensenmaat, met de ouderling in het midden van het leven.”

We sluiten af in de kapel. In een hoekje liggen fotoboeken met de beeltenis van ‘vrienden van de straat die ons te vroeg hebben verlaten’: jonge mensen die zijn bezweken aan een regime van een leven zonder dak boven hun hoofd.

Kieboom: “De dood is vaak het eindpunt van een te kort en te hard leven. Het is niet mooi om op je 27ste te sterven in een kraakpand. Veel jonge bezoekers lijden aan diverse problematieken en zijn ook nog eens verslaafd. Ze zijn agressief. Dat maakt het niet makkelijk om een relatie op te bouwen. Je hebt geduld nodig, liefde maar ook strengheid: je mag niet over je heen laten lopen.

“Volharding is belangrijk in onze werking. Sommige mensen mag je niet lossen, ook niet wanneer ze er zelf van overtuigd zijn dat ze weer op eigen benen kunnen gaan staan. Wij proberen hun netwerk te herstellen. Dat kan een nieuw begin betekenen, zeker in het geval van jongeren: als zij weer de band met hun ouders aanhalen, is veel mogelijk. Maar succes is niet gegarandeerd: hier komen mensen over de vloer die verschrikkelijke dingen hebben gedaan én doen.”

Eén van hen was Steve Bakelmans, de moordenaar van de 23-jarige studente Julie Van Espen. “Ik weet niet of hij in ons huis is geweest”, zegt Kieboom. “Hij is wel een keer of twee opgedaagd in ons mobiele restaurant. Een schichtige man. Je kon moeilijk contact met hem maken.” Ze zwijgt even. “Nee, het zijn niet allemaal succesverhalen.”

GODSCHAAMTE

Anderhalve maand geleden achtte schrijfster Kristien Hemmerechts het moment gekomen om een religieuze coming-out te doen. Ze vertelde aan het weekblad Knack dat ze al een jaar lang de misvieringen van Sant’Egidio in de barokke Sint-Carolus Borromeuskerk in Antwerpen bijwoont. Het was een behoorlijke schok, zo’n bekentenis uit de mond van een volbloed feministe, die decennialang publieke standpunten innam die haaks stonden op de kerkelijke leer.

Kristien Hemmerechts: “Een vriendin vroeg me achteraf: ‘Kristien, ben je bekeerd?’ Ik schrok wel van dat woord. Ik heb echt niet het gevoel dat ik vroeger een zondige vrouw was. Het is wel zo dat ik al langer een religieuze of spirituele nood voel, maar mijn rationele kant drukte die altijd weg. Onzin, dacht ik. Ik gaf er niet aan toe, alsof het een seksuele geaardheid was die ik voor mezelf niet wilde erkennen. Door het contact met Sant’Egidio, door het vrijwilligerswerk dat ik er verricht, heb ik het wel gedurfd.

“Er is niks mis met de waarden van het evangelie. Ik heb ingezien dat ik me niet hoef te schamen. Op het moment dat ik naar buiten kwam met mijn verhaal, bracht Stephan Sanders in Nederland een boek uit onder de titel Godschaamte. Dat ging over hetzelfde. Hij had ook niets met de kerk, maar hij gaat er inmiddels toch weer naartoe – al is het niet vanzelfsprekend om daarvoor uit te komen. Dat herkende ik wel: ik had het mijn eigen stiefdochter zelfs niet durven te vertellen.

“Ik geef af en toe een lezing over de periode dat ik borstkanker had. In die periode, toen ik met mijn sterfelijkheid werd geconfronteerd, heb ik een religieuze ervaring gehad: opeens voelde ik me rustig worden. Er mocht komen wat kwam: ik was veilig in de palm van Gods hand. Telkens als ik dat verhaal vertel aan lotgenoten, vrouwen die ook borstkanker hebben gehad, krijg ik instemming vanuit de zaal: het religieuze gevoel leeft meer dan we denken.”

KONINKLIJKE FANS

De Italiaan Andrea Riccardi ging nog naar de middelbare school toen hij in 1968 met enkele vrienden het idee opvatte om zich, naar het voorbeeld van de eerste christenen, in te zetten voor de armen van Rome. In 1973 kreeg hij van de rooms-katholieke kerk het voormalige klooster van Sant’Egidio in de volkswijk Trastevere toegewezen. Het werd de naam van zijn nieuwe gemeenschap.

Op het eerste gezicht leek Sant’Egidio een radicaal-links project, helemaal in overeenstemming met de revolutionaire tijdgeest van toen, maar dat was het allesbehalve: in tegenstelling tot ideologen als Mao en Che pleitte Riccardi niet voor structurele veranderingen in de samenleving. Hij had het over ‘een revolutie van het hart’. ‘De arme is niet noodzakelijk goed’, zei Riccardi, ‘de rijke niet noodzakelijk slecht: het gaat om het hart van elke mens.’ Het belang van die positionering kan niet worden overschat. Sant’Egidio, de beweging van de armen, heeft in de loop der jaren heel wat machtigen en rijken der aarde voor zich gewonnen.

In Trastevere staat de basiliek van Santa Maria, de kerk van Sant’Egidio. Het toeval wil dat het de parochiekerk van de moeder van koningin Paola was. In de basiliek heeft Hilde Kieboom voor het eerst met Paola kennisgemaakt.

Koningin Mathilde en Hilde Kieboom Beeld ID Jonas Roosens
Koningin Mathilde en Hilde KieboomBeeld ID Jonas Roosens

Kieboom: “In 1988 was ik in Rome. Op een dag vertelden mijn Italiaanse vrienden me dat de prinsen van Luik in Santa Maria waren gesignaleerd. ‘Ga je mee?’ vroegen ze. Ik dacht dat ze een grapje maakten. Maar Albert en Paola waren daar. Paola bleek ook erg geïnteresseerd in de Belgische werking van Sant’Egidio. Ze stelde me voor haar eens uit te nodigen. Ik dacht opnieuw: u maakt een grapje. Maar één jaar later stond ze in het Schipperskwartier. Het was een mooi bezoek en er ontstond een hartelijk contact: sindsdien mocht ik haar bij al haar sociale bezoeken assisteren. Later werd ik ook vicevoorzitter van de Stichting Koningin Paola.”

In 2003 kreeg Kieboom van koning Albert de titel van barones. Dat was niemand op zo’n jonge leeftijd gelukt: ze was pas 35. Sindsdien kan haar gemeenschap rekenen op de steun van ongeveer het voltallige Belgische koningshuis. Koningin Fabiola zocht geregeld contact, en de sympathie van Filip en Mathilde is onovertroffen: elke aanleiding is goed om zich en public met de beweging te associëren. Toen Sant’Egidio in 2009 een musical over het leven van pater Damiaan voor het voetlicht bracht, zat het koppel op de eerste rij. Toen de eerste coronagolf in 2020 over het land sloeg, trommelde koningin Mathilde haar dochter prinses Eléonore op om samen gratis maaltijden te verdelen in het Brusselse filiaal van Sant’Egidio.

Hoe dicht de koninklijke familie bij Sant’Egidio staat, bleek het duidelijkst in 2014 bij het huwelijk van prins Amedeo, de oudste zoon van Lorenz en Astrid, met de Italiaanse Elisabetta Maria Rosboch von Wolkenstein. Kardinaal Godfried Danneels ging de plechtigheid voor in de basiliek van Santa Maria in Trastevere, in aanwezigheid van de Belgische royals en leden van Sant’Egidio. “Ik was daar”, zegt Hilde Kieboom.

En dan zijn er nog de politici die zich haast verdringen om met Sant’Egidio te worden gezien. De christelijke politici, uiteraard: Herman Van Rompuy, Koen Geens, Kris Peeters, Mark Eyskens. “Dat zijn geen leden, maar gasten”, zegt Jan De Volder. “Bij Sant’Egidio hebben we geen lidkaarten. Sommige politieke gasten zijn vrienden geworden. Zij behoren tot ons netwerk, en wij wellicht tot dat van hen.”

In 2018 kreeg Jan De Volder van Kris Peeters de vijfde plaats op de CD&V-lijst bij de gemeenteraadsverkiezingen in Antwerpen, maar hij werd niet verkozen. “Jammer”, zegt hij, maar erg diep lijkt hij er niet om te treuren. “Ik ben er inmiddels achter dat je meer maatschappelijke invloed buiten dan binnen de politiek hebt.”

Kieboom: “Ook bij niet-christelijke politici kunnen we op sympathie rekenen. Met Karel De Gucht (Open Vld), Louis Michel (MR) en wijlen Steve Stevaert (sp.a) hebben we geregeld samengezeten. Met Tom Meeuws (Vooruit), schepen voor Sociale Zaken in Antwerpen, doen we dat ook.”

Tien maanden geleden kwam vanuit het kabinet van Alexander De Croo de vraag of de eerste minister iets voor de gemeenschap kon betekenen met Kerstmis.

Kieboom: “We hebben De Croo cadeautjes laten inpakken. Hij heeft ook aandachtig geluisterd naar de verhalen van onze vrienden van de straat. Ons gaat het er niet om dat we een photo opportunity met de premier creëren, wel dat machtige mensen een keertje oprecht luisteren naar zij die niet meetellen in deze samenleving. Dat verandert je.”

‘De arme is niet noodzakelijk goed, de rijke niet noodzakelijk slecht: het gaat om het hart van elke mens.’ (Foto: premier Alexander De Croo pakt cadeautjes in voor Sant’Egidio.) Beeld rv
‘De arme is niet noodzakelijk goed, de rijke niet noodzakelijk slecht: het gaat om het hart van elke mens.’ (Foto: premier Alexander De Croo pakt cadeautjes in voor Sant’Egidio.)Beeld rv

HUMANITAIRE VISA

Een hecht netwerk is een voorwaarde als je, zoals Sant’Egidio, aan internationale diplomatie doet. De Europese tak van de gemeenschap liet in de voorbije jaren 4.500 Syrische en Eritrese vluchtelingen via humanitaire corridors naar Europa komen. Het merendeel naar Italië en Frankrijk, honderdvijftig ook naar België. De Volder was verantwoordelijk voor het Belgische luik van de operatie. Hij is er nog altijd behoorlijk trots op.

De Volder: “Wij zijn er toch maar mooi in geslaagd veilige routes te creëren voor mensen die anders, dobberend in de gammele bootjes van mensensmokkelaars, de Middellandse Zee zouden zijn overgestoken.”

Met Melikan Kucam (N-VA), die later is veroordeeld voor mensenhandel, heeft De Volder niet samengewerkt. Met staatssecretaris voor Asiel en Migratie Theo Francken (N-VA) wel. In 2015 had Francken, op vraag van de christelijke denktank Logia, 250 christenen uit de Syrische brandhaard van Aleppo laten ontsnappen. In 2017 wilde hij opnieuw christenen uit Turkse vluchtelingenkampen naar België brengen.

De Volder: “We hebben een deal gemaakt: als wij via onze kanalen vluchtelingen uit Turkije naar hier zouden brengen en opvangen, mochten wij ook vluchtelingen uit Libanon naar België halen. De vluchtelingen uit Turkije waren uitsluitend christenen, zo wilde Theo Francken het. De vluchtelingen uit Libanon hebben wij gekozen: christenen, moslims én jezidi’s. Kwetsbaarheid was ons criterium, niet religie.”

De Luikse bisschop Jean-Pierre Delville, die al meer dan veertig jaar deel uitmaakt van Sant’Egidio, heeft de operatie mee begeleid.

Jean-Pierre Delville: “De mensen in de grootste nood hebben we overgebracht, los van hun religie. We hebben ons er ook toe verbonden de vluchtelingen in België op te vangen. Zo hebben we de bevolking er actief bij betrokken. Dat waren twee vliegen in één klap.”

Over de vraag wie de selectie in Libanon heeft gedaan, hoeft De Volder niet lang na te denken.

De Volder: “Onze mensen op missie in Libanon. Sant’Egidio heeft er een filiaal met veel contacten.

“Ik ben trouwens blij dat ik erop heb aangedrongen dat de hele procedure op papier zou staan. Francken wilde dat eerst niet. ‘Wij werken op vertrouwen’, zei hij. Maar ik heb voet bij stuk gehouden. Toen ik later voor de parlementaire onderzoekscommissie mijn handelswijze moest toelichten, heb ik de intentieverklaring bovengehaald: zowel linkse als rechtse politici waren lovend. ‘Een schoolvoorbeeld voor de omgang met humanitaire visa’, noemden ze het. Bij ons heeft niemand één eurocent betaald voor een visum.”

Kieboom: “Op dit moment onderhandelt de huidige staatssecretaris voor Asiel en Migratie Sammy Mahdi (CD&V) met Sant’Egidio over de overkomst van een nieuwe groep vluchtelingen uit Libanon.”

DE VN VAN TRASTEVERE

Sant’Egidio is in de loop der jaren een heuse multinational geworden, met honderdduizend leden in 73 landen. De impact is niet gering. Jan De Volder vertelt graag over de aidscampagne die Sant’Egidio omstreeks de eeuwwisseling opzette in Afrika.

De Volder: “Aidsremmers waren bijzonder effectief, hadden we in het Westen ontdekt, dus besloten we ze ook op grote schaal te verdelen in Afrika, waar een genocide aan de gang was, met miljoenen slachtoffers. Daar rees heel wat protest tegen: aidsremmers waren zogezegd te duur voor Afrikanen. Politici noemden het een onmogelijk en zelfs onverantwoord plan, en wetenschappers, zoals Peter Piot, schaarden zich achter hen. Maar wij hebben volgehouden: eerst in Mozambique, later ook in andere landen, en politici en wetenschappers zijn ons uiteindelijk gevolgd. Vanaf 2006 waren er heel wat meer aidsremmers beschikbaar in Afrika. Ons project was profetisch: wij hebben duidelijk gemaakt dat het leven van een Afrikaan evenveel waard is als dat van een Europeaan.”

Het meeste prestige verwierf Sant’Egidio als parallelle vredesonderhandelaar. Het lijstje met vredesakkoorden waarbij de ‘VN van Trastevere’ betrokken was, is indrukwekkend: het einde van de burgeroorlog in Mozambique (1992), het vredesakkoord in Guatemala (1996), het bestand in Burundi (2007) en Guinee (2010), de opvolging van president Laurent Gbagbo in Ivoorkust (2011), de ontwapening van de ETA (2017).

Kieboom: “In Afrika zijn we het actiefst. Het is ook het armste continent.”

De Volder: “Voor Belgische media is onze internationale vredesdiplomatie een blinde vlek. Als ik een communiqué verstuur over onze interventie in de burgeroorlog in de Centraal-Afrikaanse Republiek, maak ik me geen enkele illusie. De kans dat één medium het nieuws oppikt, is nihil. Journalisten begrijpen niet wat wij, als katholieke actor, in Afrika uitrichten. Wij vallen buiten de geëigende categorieën. Maar de meeste Belgische diplomaten kennen ons wel. Zij zullen u vertellen wat onze meerwaarde is bij internationale vredesonderhandelingen.”

Delville: “Wij slagen erin het nationalisme te overstijgen.”

In 2015 pleegde de Duitse kanselier Angela Merkel overleg met paus Franciscus naar aanleiding van de oorlog die was uitgebroken tussen Oekraïne en Rusland. Ze zocht ook het gezelschap van Sant’Egidio-stichter Andrea Riccardi op. Tegenover internationale media verklaarde ze achteraf dat geloof een belangrijke rol speelt in haar leven. “Ik was aanwezig bij het gesprek tussen Riccardi en Merkel”, zegt Kieboom, die de nummer twee is in de internationale hiërarchie van Sant’Egidio. “Wij staan open voor iedereen, van staatshoofden tot vrienden van de straat.”

Het gesprek met Merkel, herinnert Kieboom zich, was “elementair en serieus”.

Kieboom: “Angela Merkel houdt niet van het mannelijke haantjesgedrag in de politiek. Zij zet daar een sobere aanpak tegenover, en een directe spreekstijl. Wellicht heeft dat te maken met haar achtergrond als dochter van een dominee. Ze heeft voor haar humanitaire beleid altijd medestanders in de Europese Unie gezocht, maar ook in paus Franciscus vond ze een betrouwbare partner: als ik me niet vergis, hebben beiden elkaar zes keer ontmoet. Franciscus en Merkel delen een afkeer van onze westerse wegwerpcultuur. Ze zaten ook op dezelfde golflengte over de opvang van vluchtelingen. ‘Wir schaffen das’ is mede door Franciscus geïnspireerd.”

Met Ivanka Trump, de dochter van de voormalige Amerikaanse president, heeft Kieboom ook gesproken, over mensenhandel. “Maar aan dat gesprek is geen gevolg gegeven.”

Kieboom: “Natuurlijk willen wij impact. Ons doel is niet om grijze muizen te zijn. Wij komen op voor de armen, wij ijveren voor vrede in de wereld. En dus spreken wij met de mensen die ertoe doen. Een christelijke gemeenschap moet niet braaf in een hoekje zitten wachten tot ze wordt uitgenodigd voor een gesprek.”

‘Homoseksu­eel, cisgen­der, dakloos of hoogopge­leid: iedereen mag zijn wie hij is. Wij zijn een open club.’ (Foto: Kristien Hemmerechts op een meeting.) Beeld rv
‘Homoseksu­eel, cisgen­der, dakloos of hoogopge­leid: iedereen mag zijn wie hij is. Wij zijn een open club.’ (Foto: Kristien Hemmerechts op een meeting.)Beeld rv

NIEUWE PROFETEN

Ook in de kerk is Sant’Egidio een factor. In België is bisschop Jean-Pierre Delville de eerste vertegenwoordiger. Hulpbisschop Leon Lemmens was tot zijn dood, vier jaar geleden, de tweede. Maar ook de aartsbisschop, Jozef De Kesel, is een sympathisant. “Een vriend van jaren”, zegt Jan De Volder.

In Italië, dicht bij het machtscentrum van het Vaticaan, is Sant’Egidio minstens zo sterk vertegenwoordigd, met aartsbisschop Vincenzo Paglia, kardinaal van Bologna Matteo Zuppi en bisschop Ambrogio Spreafico. En natuurlijk ook de paus, die officieel boven alle partijen staat maar officieus dezelfde idealen koestert.

Kieboom: “We kenden Franciscus al toen hij nog Jorge Mario Bergoglio heette en aartsbisschop van Buenos Aires was. Hij verkiest, net als wij, een geblutste kerk die midden in de wereld staat boven een instituut dat zich afzijdig houdt van elke wereldse activiteit. Hij begrijpt niet dat zoveel vertegenwoordigers van de kerk met een begrafenisgezicht rondlopen terwijl ze de vreugde van het evangelie zouden moeten uitdragen. Ook op ecologisch vlak zitten we op dezelfde lijn. Onze kringloopwinkel op Linkeroever is er gekomen naar aanleiding van zijn encycliek ‘Laudato si’’ – zo heet de winkel ook.”

Twee weken geleden reisde de Belgische top van Sant’Egidio naar Rome voor het Gebed voor de Vrede, waar de paus met de hoogste vertegenwoordigers van de wereldgodsdiensten overlegde over een betere verstandhouding tussen de religies. Het evenement was een initiatief van Sant’Egidio. Waren, behalve de religieuze leiders, ook aanwezig: Mario Draghi, premier van Italië, uittredend kanselier Angela Merkel en, jazeker, Kristien Hemmerechts.

Hemmerechts: “Ik krijg het verwijt dat ik word gerecupereerd. Wat kan ik daarop zeggen? Ik behoor tot een warme en vriendelijke gemeenschap, die staat voor iets dat ik zelf niet helemaal begrijp. Daardoor voel ik me klein en nietig, maar tegelijk verschaft het me een grote innerlijke rust.

”Maar ik stel ook wel vast dat ik nu word omhelsd door mensen die ik tot voor kort amper kende. Joachim Coens, de voorzitter van CD&V, feliciteerde me met mijn ‘mooie interview’. En Lieven Boeve, de directeur-generaal van het katholiek onderwijs, nodigde me uit voor een congres over ‘profeten van vandaag’. Plotseling zit ik in een kamp waartoe ik nooit heb behoord. Ik herinner me dat ik na de vorming van paars (een coalitie van socialisten en liberalen, zonder christen-democraten, zoals de regeringen-Verhofstadt I en II, red.) heb gezegd dat het heerlijk ontwaken was in een land dat niet door CD&V werd bestuurd (lacht). Maar was ik vroeger wel zo links en feministisch als mensen denken? Daar twijfel ik, eerlijk gezegd, ook aan.”

HET NIEUWE OPUS DEI

Andere organisaties in de kerk, die niet het oor van de paus hebben, kijken met argusogen naar de macht die in de richting van Sant’Egidio schuift. In informele gesprekken hebben gelovigen het over ‘het nieuwe Opus Dei’. Ter informatie: Opus Dei is een geheim conservatief-katholiek genootschap met leden – priesters, leken en gehuwden – in de hoogste lagen van de samenleving.

De Volder: “Ik heb weleens gehoord dat wij ‘een linkse Opus Dei’ zijn, maar dat is natuurlijk nonsens.”

Kieboom: “Wij zijn iets anders.”

Delville: “Opus Dei is ouder dan Sant’Egidio. Ze streven ook andere dingen na: de zaligverklaring van bepaalde mensen, bijvoorbeeld. Sant’Egidio legt de nadruk op solidariteit tussen mensen. Opus Dei heeft ook meer priesters en bisschoppen onder zijn leden. Ze hebben meer présence in de kerkelijke hiërarchie. Onze ambitie is niet om de kerk te controleren. Opus Dei heeft ministers in de Spaanse regering gehad. Zoveel invloed is ons niet gegeven. Oké, Andrea Riccardi, onze stichter, is minister geweest in de regering van Mario Monti (2011-2013), maar dat was een eenmalig gegeven.”

Sandro Magister, de doorgewinterde Vaticaanwatcher van het Italiaanse weekblad L’Espresso, is minder coulant. Hij heeft het op zijn veelgelezen viertalige blog ‘Zevende hemel’ over de machtshonger van de gemeenschap, die met Matteo Zuppi een eigen kandidaatpaus naar voren schuift. In de loop der jaren heeft Magister al verscheidene kritische bijdragen over Sant’Egidio gepubliceerd. In 2003 was hij het scherpst: hij citeerde uit documenten van de kerkelijke nietigverklaring van een huwelijk tussen twee leden van de gemeenschap, dat ‘onder dwang’ tot stand was gekomen. Uit de citaten bleek dat de hogere hiërarchie van Sant’Egidio beslist over huwelijk, studiekeuze en kinderwens. En dat de gemeenschap, met de personencultus van haar stichter, sectaire trekken vertoont. Ook Magister maakt de vergelijking met Opus Dei: ‘Een andere kerk binnen de kerk.’

Magister is een hardnekkige tegenstander van paus Franciscus. Hij wil tegenover Humo geen verdere toelichting geven bij wat hij heeft geschreven.

De Volder (zucht): “Die artikelen zijn tendentieus en niet op feiten gebaseerd. Eén voorbeeld: op het voorbije Gebed voor de Vrede waren tien kardinalen aanwezig en nam, behalve Zuppi, ook kardinaal José Tolentino de Mendonça het woord.”

Opmerkelijk is wel dat Sant’Egidio, net als Opus Dei, vertegenwoordigers heeft op het hoogste juridische niveau. De Antwerpse rechter Olivier Lins is één van de oprichters van de private stichting Sant’Egidio. En federaal procureur Frédéric Van Leeuw is al sinds zijn 16de, het jaar waarin de Muur viel, bij de gemeenschap betrokken. Van Leeuw wenst niet over Sant’Egidio te spreken, hij noemt het een privéaangelegenheid. In een interview met Humo uit 2020 vertelde hij wel dat hij zijn hart aan Afrika heeft verpand, ‘humanitaire projecten in Mozambique’ heeft gedaan, en nu nog altijd ‘vrijwilligerswerk voor daklozen’ verricht. Na enig overleg mag Humo wel letterlijk uit een mail van hem citeren.

Frédéric Van Leeuw: “Deze gemeenschap cultiveert een cultuur van ontmoeting die haar ertoe brengt met iedereen, gelovig, al dan niet behorend tot een andere godsdienst, of niet-gelovig, in dialoog te treden en eenheid te brengen in een steeds meer gepolariseerde wereld. Dat gaat gepaard met een zeker optimisme. Het is geen naïviteit, maar een onwankelbaar geloof dat alles kan veranderen, waardoor zij ongelooflijke dingen tot stand hebben kunnen brengen, zoals vrede in Mozambique of Burundi, grote successen in de strijd tegen de doodstraf in de wereld, of het DREAM-programma, waarbij zij erin geslaagd zijn protocollen en laboratoria op te zetten om aidspatiënten in Afrika, waar velen van wegkeken, de tri-therapie te geven.”

Jan De Volder: ‘Voor Belgische media is onze vredes­ diplomatie een blinde vlek. Maar de meeste Belgische diplomaten kennen ons wel. Zij weten wat onze meer­ waarde is bij inter­ nationale vredesonder­ handelingen.’ Beeld BELGA
Jan De Volder: ‘Voor Belgische media is onze vredes­ diplomatie een blinde vlek. Maar de meeste Belgische diplomaten kennen ons wel. Zij weten wat onze meer­ waarde is bij inter­ nationale vredesonder­ handelingen.’Beeld BELGA

TROUW AAN DE LEER

De praktijk van de gemeenschap lijkt dan wel behoorlijk revolutionair, met haar onverdeelde aandacht voor de wezen en weduwen van de samenleving, maar de leer is dat allerminst. Sant’Egidio stelt de doctrine van Rome niet in vraag.

Kieboom: “Binnenkerkelijke discussies zijn niet onze eerste bekommernis. Wij stellen iets anders centraal: barmhartigheid en vriendschap. Die kun je zonder beperking beoefenen en toch trouw blijven aan de leer.”

Hilde Kieboom is, zegt ze, geen voorstander van abortus en euthanasie, maar weigert het label ‘conservatief’.

Kieboom: “Als je ijvert voor de afschaffing van de doodstraf, zoals Sant’Egidio doet, ben je progressief. Als je een kritische houding aanneemt tegenover abortus en euthanasie, ben je conservatief. Ik zie dat anders. Wij staan aan de kant van het zwakke leven, mensen moeten niet helpen met het vuile werk van de dood.”

Ze toont zich ook geen pleitbezorger voor vrouwelijke priesters.

Kieboom: “Als ik kijk naar de anglicaanse kerk, die vrouwelijke priesters en bisschoppen toeliet, weet ik niet of vrouwelijke voorgangers een meerwaarde betekenen. Die kerk raakte helemaal verdeeld.”

En ook al vindt ze een samenlevingscontract tussen twee mensen van hetzelfde geslacht oké, een kerkelijk huwelijk is niet aan de orde.

Kieboom: “De paus spreekt intussen op een andere manier over homoseksualiteit, dat is voor mij het belangrijkste.

“Zou het zoveel beter gaan met de kerk als ze die progressieve agenda uitvoert? Ik betwijfel het. Het gaat nog te veel om onszelf. We moeten weer het contact met anderen opzoeken en de kracht van het evangelie omarmen.”

Kristien Hemmerechts is zich ervan bewust dat dergelijke standpunten tot voor kort niet de hare waren.

Hemmerechts: “Mijn idee over euthanasie, abortus en het homohuwelijk is ongewijzigd: ik blijf een voorstander. Ik heb ook niet de indruk dat Sant’Egidio druk uitoefent om anders te denken. Ik bespeur een grote openheid. Iedereen mag zijn wie hij is: homoseksueel, cisgender, non-binair, dakloos, hoogeopgeleid, noem maar op. Dat vind ik prettig.

“Ik geef, als vrijwilliger, Nederlands aan nieuwkomers. In de voorbije les heb ik over contraceptiva gesproken met vrouwen die allemaal een hoofddoek droegen. Niemand heeft daar een opmerking over gemaakt. Niemand heeft die vrouwen achteraf de suggestie gedaan om ook eens naar de mis te gaan. Het is, echt waar, een open club.”

© Humo

Nu belangrijker dan ooit: steun kwaliteitsjournalistiek.

Neem een abonnement op De Morgen


Op alle artikelen, foto's en video's op demorgen.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar info@demorgen.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234