AchtergrondBeleggen
Waarom jongeren geld blijven stoppen in crypto, ondanks de crisis: ‘Ik zie veel 18-jarigen instappen’
Bijna de helft van de jonge beleggers heeft cryptomunten in zijn portefeuille zitten en evenveel willen er zelfs meer geld in stoppen, zo toont een enquête van ING. Hoe valt dat te rijmen met al de doemberichten van de laatste tijd?
“Voor mij is het niet zo verrassend”, zegt Ilias Dierckx, een prille twintiger die al goed beslagen is in de beleggerswereld en ook investeert in cryptomunten. “Ik heb de voorbije twee jaar juist gezien dat er veel meer mensen zijn bijgekomen in de cryptomarkt, vaak jongeren van rond de 18.”
Crypto blijft vooral onder jongere beleggers een dingetje, zo stipt de nieuwe beleggersbarometer van ING aan, een maandelijkse enquête onder beleggers. Van de beleggers onder de 35 zegt 41 procent dat ze cryptomunten in hun portefeuille hebben, 40 procent wil er in de eerste zes maanden nog bijkopen.
De ‘cryptobelievers’ zijn onder 55-plussers volgens de enquête duidelijk een minderheid. Volgens ING-econoom Peter Vanden Houte komt het ook gewoon omdat jongeren sowieso meer mee zijn met de digitale wereld. “Je kunt moeilijk van mensen boven de 70 nog verwachten dat zij cryptomunten gaan kopen”, zegt de econoom. “Je moet er toch wat je weg in vinden.”
De cijfers bij jongeren vallen op, omdat het er nu op lijkt dat de cryptowereld zelf de weg is kwijtgeraakt. Sinds de instorting van de FTX-beurs enkele maanden geleden woedt er een storm op de markt, waardoor de bitcoin heel wat waarde is verloren. Ook de Nederlandse Bitvavo-beurs, waar cryptomunten worden verhandeld, zit in de problemen. Maar dat schrikt jonge beleggers dus niet af.
Adagium
Vanden Houte ziet een verklaring in het oude beursadagium: je moet inkopen als de koers laag staat, om dan later met winst weer te verkopen. “Velen van hen hebben het gevoel dat het het moment is om meer cryptomunten te kopen, omdat de prijs nu veel lager is”, zegt hij. “Maar toch blijft het voor de doorsnee belegger iets gevaarlijks. Veel mensen hebben door de FTX-crash hun geld zien verdwijnen.”
De crash heeft de cryptowereld op zijn kop gezet en de reputatie ervan mee de dieperik in gesleurd. Recent berichtte de Amerikaanse nieuwszender CNBC nog dat het vertrouwen van de Amerikanen in cryptomunten sterk is gedaald. Uit een grote economische survey van de zender bleek dat nog maar 8 procent van de bevolking van de VS eind vorig jaar positief naar de cryptowereld keek, terwijl dat in maart 19 procent was.
“Veel Amerikanen realiseren zich dat crypto een speculatieve manie is en dat de industrie vol schurken zit”, zo becommentarieerde een analist tegenover de nieuwszender de bevindingen. Hij doelde wellicht op Sam Bankman-Fried, de oprichter van de FTX-beurs. Aanvankelijk werd ‘The SBF’ als whizzkid de hemel in geprezen, maar nu wordt hij beschuldigd van grootschalige fraude.
Cryptofans wijzen er dan weer op dat grootschalige fraude er ook al in de reguliere financiële wereld is geweest. Sowieso lijkt van de digitale munten een grote aantrekkingskracht uit te gaan omdat ze een alternatief willen zijn voor het klassieke bankensysteem. Of iemand cryptomunten wil kopen of niet komt bijna neer op een geloofskwestie. Believers houden aan hun overtuigingen, critici wijzen op de wispelturigheid van een markt waar weinig regels bestaan.
Geen touw aan vast te knopen
“Ik kan enkel zeggen dat het heel speculatief is”, zegt VUB-econoom Leo Van Hove, die onder meer financiële geletterdheid en nieuwe betaalmiddelen bestudeert. “Waarom de koersen van cryptomunten op en neer gaan, daar is nauwelijks een touw aan vast te knopen.” Dat is het grote verschil met pakweg beleggen in aandelen, omdat de koers daarvan afhangt van de prestaties van bedrijven. Op die manier kunnen beleggers proberen in te schatten wat hun investeringen zullen opbrengen.
“Zolang cryptobeleggers weten waar ze mee bezig zijn, is het prima”, zegt Van Hove. “Maar het probleem is dat veel mensen die in crypto investeren maar een beperkte financiële geletterdheid hebben en de risico’s onvoldoende kunnen inschatten. Dat toonde een enquête van de Bank of Canada. Ook was het zo dat mensen te veel geld belegden in verhouding tot hun inkomen.”
In ons land waarschuwden ook al verschillende instanties zoals de Nationale Bank, beurswaakhond FSMA en bankenfederatie Febelfin voor de valkuilen van het snelle cryptogeld. Ook economen als Paul D’Hoore of Pascal Paepen, die nochtans een breed (beleggers)publiek bereiken, benadrukten herhaaldelijk er niet mee te beginnen.
Rationeel
“Ik ken een aantal jongeren die hun geld daarin stoppen”, zegt Guido Valkeneers, die als auteur onder meer publiceerde over consumentenpsychologie. “Maar ik kan dat zelf niet begrijpen. Vooral omdat ze net aan het werk zijn en hun geld echt nodig hebben.”
Valkeneers ziet in het beleggersgedrag iets terugkomen wat ook in de consumentenpsychologie wordt beschreven: menselijk gedrag is niet altijd rationeel. Ook denkt hij dat sociale beïnvloeding bij jongeren meer een rol speelt dan bij ouderen.
“Als één iemand in een vriendengroep cryptomunten koopt, dan zal een ander misschien denken: waarom heb ik er nog geen?”, zegt Valkeneers. “Op jongeren heeft iemand als Paul D’Hoore volgens mij weinig impact.”