'Voor een gezonde voeding moet men vicieuze cirkel doorbreken'
'Slechte voeding leidt tot verminderde economische activiteit, wat op zijn beurt onderontwikkeling tot gevolg heeft. Dat uit zich dan weer in slechte, onaangepaste en onvoldoende voeding. Het is belangrijk dat we die vicieuze cirkel doorbreken.' Dat concludeerde een tiental Europese voedingsdeskundigen eind deze week op een congres in Rome, dat zich evenwel vooral toespitste op gezondheid en voedingsgewoonten van kinderen.
Rome
Van onze verslaggeefster ter plaatse
Sue Somers
Kinderen worden nog voor hun geboorte al met voedselproblemen geconfronteerd. Jaarlijks komen ongeveer dertig miljoen kinderen ter wereld met een groeiachterstand. "Die hebben ze al opgelopen in de baarmoeder", verduidelijkte William Clay, hoofd van de voedselafdeling van de FAO (Food and Agriculture Organisation) in Italië. "Van alle kinderen jonger dan vijf jaar kampt 33 procent momenteel met een groeiachterstand en heeft 27 procent last van ondergewicht. Dat is grotendeels te wijten aan het feit dat hun moeders tijdens de zwangerschap niet over aangepaste voeding beschikten."
Slechte voeding, zo zei Clay, heeft niet alleen zijn weerslag op de gezondheid van een individu. "Ook een gemeenschap lijdt onder slechte voeding. Er ontstaat bijvoorbeeld familiale stress, of verminderde economische activiteit, zeg maar armoede. Dat laatste leidt dan weer tot onderontwikkeling. In onderontwikkelde landen is er per definitie onvoldoende en inadequaat voedsel beschikbaar. De cirkel is rond, en het is onze opdracht die vicieuze gang van zaken te doorbreken."
Overigens laten de gevolgen van slechte voeding zich vandaag al voelen. Zo kampen wereldwijd tweehonderd miljoen kinderen jonger dan vijf jaar met een tekort aan vitamine A. Twee miljard mensen hebben een ernstig jodiumtekort, wat tot leerstoornissen kan leiden. Nog eens 3,5 miljard wereldburgers vertonen een ijzertekort.
Gevaarlijk, vond Sally Grantham-McGregor, als pediater en voedingsspecialist verbonden aan het Londense Institute of Child Health. "Er bestaan immers belangrijke aanwijzingen dat ijzertekort de ontwikkeling van een kind kan beïnvloeden." Een direct causaal verband bestaat er niet, aldus de voedingsspecialist, maar een laag IQ, verminderde motorische en neurologische vaardigheden, slechte schoolprestaties en gedragsproblemen worden met ijzertekort in verband gebracht. "Dat blijkt uit zes studies die kinderen bij wie ijzertekort nog voor hun tweede verjaardag werd vastgesteld, tot hun veertiende opvolgden." Grantham-McGregor denkt dat ijzertekort het gevolg is van een samenspel van factoren, die vooral betrekking hebben op biomedische achterstelling, sociale deprivatie, depressieve moeders en afwezige vaders.
De Europese voedseldeskundigen toonden zich ook ongerust over de opmars van zwaarlijvigheid, vooral in Zuid- en Oost-Europa en bij jonge kinderen. Concrete cijfers waren niet voorhanden omdat, zo argumenteerde assistente in de dieetleer Barbara Livingstone van de University of Ulster, wetenschappers het niet eens geraken over een eensluidende definitie van zwaarlijvigheid. "Als we de body mass index (gewicht gedeeld door lichaamslengte in het kwadraat, SS) als maatstaf nemen, dan blijkt dat er de laatste tien jaar alsmaar meer zwaarlijvige kinderen opduiken. Hoe dat komt, is voorlopig nog een raadsel. Het is wel zo dat we minder aan sport doen en meer energierijk voedsel eten, maar er zijn geen aanwijzingen dat die trends onvoorwaardelijk tot zwaarlijvigheid (een body mass index hoger dan 30, SS) leiden. Zwaarlijvigheid wordt ook in verband gebracht met een heleboel sociaal-economische, culturele en demografische factoren zoals veranderde opvoedingstechnieken, de stijging van de werkloosheid, de daling van het geboortecijfer, de stijging van het geboortegewicht, de grotere beschikbaarheid van luxegoederen en de stijging van de vrije tijd. Het is enorm moeilijk om uit dat kluwen een aantal bepalende factoren te distilleren die onvoorwaardelijk tot zwaarlijvigheid leiden."
Zwaarlijvigheid komt vooral voor in Zuid- en Oost-Europa en bij jonge kinderen