ReportageBlik op België
Voeren, een stukje Toscane in België, waar ze steeds meer met een Hollands accent praten
Er wandelden vroeger in Voeren niet alleen toeristen die het natuurschoon kwamen bewonderen, maar ook militante Vlamingen. Het gaat er nu een pak vreedzamer aan toe, op wat details na, lijkt het een oord van peis en vree.
“Voeren floreert”, stelt Huub Broers, voormalig burgemeester van de Limburgse gemeente, vandaag voorzitter van de toeristische dienst. Al is er wel een logistiek probleem. “Elk jaar komen er tot 130.000 bezoekers. Als ze met te veel tegelijk komen wordt de druk hoog en kunnen we hen moeilijk opvangen in de beschikbare accommodatie.”
Economisch gaat het goed, politiek is er al een paar decennia stabiliteit. Bij de gemeenteraadsverkiezingen van 8 oktober 2000 veroverde de Nederlandstalige partij Voerbelangen de absolute meerderheid. Dat had er vooral mee te maken dat de Nederlandse inwoners, ongeveer één op de zes Voerenaars, toen voor het eerst mochten meestemmen. Voordien had het Franstalige Retour à Liège de politieke macht in handen in deze gemeente die in 1963 was overgeheveld van de provincie Luik naar de provincie Limburg. In ruil verhuisden Komen-Waasten en Moeskroen destijds van West-Vlaanderen naar Henegouwen.
Voeren was in de jaren tachtig een felbevochten enclave, waar burgemeester José Happart van Vlamingen pesten zijn hobby had gemaakt. Er werd gewandeld in Voeren, niet alleen door toeristen die het natuurschoon kwamen bewonderen, maar ook door militante leden van het Taal Aktie Komitee, TAK, en vertegenwoordigers van de Volksunie. Er werd veel onfraais heen en weer geroepen. En er werd al eens met een karabijn op betogers geschoten. Door de taalkwestie vielen er klappen in Voeren en regeringen in Brussel.
In die jaren presenteerde Huub Broers op vrijdagavond een activistisch programma op Radio Voeren Uilenspiegel. “De mooiste tijd van mijn politieke bestaan”, stelt hij onomwonden. “En mijn Franstalige tegenhanger Nico Droeven deed hetzelfde bij een andere vrije radio, misschien wel vanuit de boerderij naast de onze.”
Stroperige tocht
Slechts enkele details herinneren vandaag nog aan die schizofrene voorgeschiedenis. ‘Village Wallon’, lees ik op een stenen elektriciteitscabine naast de kerk van Remersdaal. In het centrum van Sint-Martens-Voeren is er een eentalig Frans schooltje (“Illegaal gesubsidieerd”, weet Broers, “maar we laten betijen. Als je het stilzwijgt, groeit het niet aan”). Vlakbij bevindt zich het Centre Culturel et Sportif de Fourons, uitgebaat door Grégory Happart, zoon van Jean-Marie, de tweelingbroer van José. Op gedeeltelijk afgescheurde affiches lezen we flarden reclame voor een ‘Apéro festif’, het dertigste ‘Fête fouronnaise’ of een evenement met ‘entrée gratuite pour les filles’.
Als je niet op die details let, lijkt Voeren wel een oord van eeuwigdurende peis en vree. Heuvelachtig, groen, uitgestrekte velden en weiden, dorpskernen waar je in een wip doorheen bent. Mooi. Rustig. Lieflijk. Een stukje Toscane in Vlaanderen, maar dan zonder die steile heuvels en met minder zonuren.
In Sint-Pieters-Voeren zoek ik de afgelegen boerderij van Stroopstokerij Wiertz-Robijns, waar ze stroop maken met appelen en peren die van de bomen zijn gevallen. Daardoor onderscheidt die zich van de veel bekendere en zoetere ‘sirop de Liège’ die een paar kilometer hiervandaan geproduceerd wordt. “Wij hebben hier altijd rustig gezeten”, vertelt Eugène Wiertz. “Maar als we in het dorp kwamen werden we er toch aan herinnerd dat we ‘des flamands’ waren.”
Veel nieuwbouw in Voeren, en niet zelden staat er voor de deur van die woningen een wagen met een Nederlandse nummerplaat geparkeerd. “De horeca is hier grotendeels in handen van Nederlanders”, vertrouwt Wiertz me toe, en dat merk ik ook in het centrum van Teuven. In restaurant Moeder de Gans waan je je in het zeer nabije Nederlands Limburg. Jordy, de jongeman die me bedient op deze koude weekdag, was nog niet geboren toen Voeren geregeld in het nieuws kwam door rellen en wederzijdse pesterijen. “In het weekend zit het hier stampvol met wandelaars en mountainbikers die even komen uitrusten”, zegt hij. Vreedzame wandelaars nu.
En in tegenstelling tot bij Radio Voeren Uilenspiegel veertig jaar geleden weerklinkt bij Omroep Voeren tegenwoordig alleen maar ‘De gezelligste muziek!’, zoals het middag-, vooravond- én laatavondprogramma er heet. Dezer dagen wordt er vooral opgewarmd richting carnaval, want Voeren is alaaf and kicking.