Vlaamse programma’s in de kijker, met dank aan Wallonië

Voor Vlaamse productiehuizen die geen onderdeel zijn van multinationale netwerken zoals Eyeworks en Endemol, is het bijna onbetaalbaar om een eigen stand te hebben op het televisiefestival van Cannes. Alleen Studio 100 is groot en internationaal genoeg om eigen ruimte te huren. De oplossing bestaat erin dat landen een stand huren waar hun productiehuizen dan onderdak krijgen. De Scandinavische landen, Frankrijk, Italië, Spanje: veel landen geven op die manier hun audiovisuele producties een duwtje in de rug.

Net zoals vorig jaar was er van Vlaanderen - televisie is een gemeenschapsbevoegdheid - geen spoor te bekennen. The New Flemish Primitives moest ironisch genoeg een beroep doen op Wallonie Bruxelles Images, de organisatie van de Franstalige Gemeenschap die zich inzet voor de buitenlandse promotie van hun films en tv-producties. Zij hebben wel een eigen stand en Green kon dankzij de Waalse steun de Vlaamse programma’s promoten. “Zij hebben me hier echt fantastisch geholpen.”

Blijkbaar heeft de Vlaamse overheid ook ingezien dat een creatieve industrie best wat steun kan gebruiken. “Ik had hier net medewerkers van Flanders Investment & Trade en Flanders Image op bezoek en ze hebben me gezegd dat Vlaanderen vanaf volgend jaar opnieuw aanwezig zal zijn”, vertelt Green. Al zal ze voor de tv-beurs die dit najaar in Cannes plaatsvindt wellicht nog een beroep moeten doen op de gastvriendelijkheid van Wallonie Bruxelles Images.