Vermoorde vader Alpenmoord had eigendom in Frankrijk
De Britse ingenieur die begin deze maand in de Franse Alpen vermoord werd, stond op het punt om een vervallen eigendom dat hij in Frankrijk bezat te verkopen. Dat raakte gisteren bekend.
Op 5 september werd Saad Al-Hilli (50) samen met zijn vrouw Ikbal en schoonmoeder Suhaila al-Allaf doodgeschoten in de omgeving van het meer van Annecy. Vlak na de schietpartij trof een voorbijganger zijn zevenjarige dochtertje Zainab zwaargewond aan. Het doodsbange zusje Zeena werd pas acht uur later ontdekt, onder de rok van haar overleden moeder. De familie had er net een kampeeruitje opzitten.
Tot nu toe gingen de Franse speurders ervan uit dat de gezinswoning van Al-Hilli in Clayton, zo'n een dertigtal kilometer ten zuiden van Londen, het enige onderkomen van de familie was. Maar de Franse regionale krant Sud-Ouest onthulde gisteren dat het gezin ook een verblijf had in Saint-Macaire, op 50 kilometer van Bordeaux.
Een inwoner getuigt: "Als ik het me goed herinner kocht hij het huis, dat een echte ruïne was, in de late jaren '90, in 1997 of 1998. De man kwam hier enkele keren herstellingswerken uitvoeren. Hij repareerde het dak en legde elektriciteit aan. Ik heb hem hier meerdere keren gezien om het huis op te knappen. We wisselden toen enkele woorden, maar dat was niet eenvoudig aangezien ik geen Engels spreek en hij geen Frans kon. Hij kwam hier alleen. Meestal was hij in het zwart gekleed. Het huis werd nooit bewoond."
Deze belangrijke vondst toont aan dat Al-Hilli belangen had in het land waar hij op gruwelijke wijze om het leven werd gebracht. Eveneens belangwekkend is dat Al-Hilli met een verkoop van de eigendom bezig was. Dat opent een nieuwe piste voor de speurders, want vooralsnog bleef de slachtpartij een mysterie. Tientallen speurders, zowel in Frankrijk als in Engeland, zijn nog steeds bezig het te ontrafelen.