Van der Stricht op grootmeesterlijke wijze

Uiteindelijk was het Van der Stricht die over de langste adem bleek te beschikken. De 31-jarige internationale meester uit Gent veroverde met een geweldige score van 7,5 punten uit 9 partijen zijn eerste Belgische titel. In de open groep ging de zege naar Thomas Huesmann van het organiserende Rochade Eupen-Kelmis, dat in 2003 zijn 45-jarig bestaan viert.

De fel gecontesteerde beslissing van de Belgische Schaakbond om de expertengroep open te stellen voor achttien spelers voegde extra pigment aan het kampioenschap toe. Geen enkele deelnemer viel uit de toon, en vijf onder hen kwamen lange tijd in aanmerking voor een meesterresultaat. Het vijftal vocht zich de ziel uit het lijf, wat resulteerde in een kampioenschap waarin feller gestreden en minder gerekend werd dan ooit tevoren. Helaas kwamen zowel Michiels, Meessen, Gulbas, Maréchal als Vandevoort net iets te kort voor de fel begeerde norm.

Al na vier ronden was het een uitgemaakte zaak dat de titelstrijd zou gaan tussen grootmeester Dgebuadze en Van der Stricht. Dgebuadze, die zijn wederoptreden vierde na een langdurige ziekte, begon zeer sterk, maar naar het einde toe moest hij net één remise te veel toestaan. En passant joeg Dgebuadze Van der Stricht op naar een score die in andere omstandigheden ruim voldoende geweest zou zijn voor een grootmeesterresultaat. Jammer genoeg bevatte de toernooitabel in Eupen niet de drie voor de norm vereiste grootmeesters.

Van der Stricht: "Natuurlijk ben ik heel blij met deze titel. Maar ik besef goed dat ik in feite gewoon met het klassieke tikkeltje geluk een goed toernooi gewonnen heb. Ik dank mijn overwinning aan mijn uitstekende score met wit, waarmee ik vijf punten uit vijf partijen behaalde. Met zwart ben ik twee keer goed weggekomen. En in de laatste twee ronden mocht ik spelers bekampen die met alle geweld op winst speelden omdat ze nog een meesternorm konden behalen."

Van der Stricht is veel te bescheiden. Al zijn concurrenten zakten op cruciale momenten door het ijs. Hijzelf wist steeds het hoofd koel te houden en de kwaliteit van zijn spel was in het algemeen bijzonder hoog. Door zijn prima score begint Van der Stricht stilaan de rating van grootmeester Luc Winants (de Belgische nummer vier) in het vizier te krijgen. Het kampioenschap werd zowat in diens achtertuin, in Welkenraedt, gespeeld, maar omdat hij het voorgestelde startgeld te min vond, wilde Winants voor de zoveelste keer niet deelnemen.

Deze eerste Belgische titel is voor Van der Stricht de bekroning van een fantastisch schaakseizoen. Vorig jaar in november op de Olympiade in het Sloveense Bled groeide hij uit tot een van de smaakmakers van het Belgische team. Ook in de Nederlandse en de Belgische interclubs was Van der Stricht in grote doen. (In de Belgische competitie zag hij zelfs in identiek dezelfde omstandigheden als op het BK een dikke GM-norm aan zijn neus voorbijgaan.) En op het Vlaams kampioenschap in Gent kon alleen een ontketende Jakub Filipek een alweer uitstekende Van der Stricht van zijn zesde Vlaamse titel afhouden.

Experten: 1. Van der Stricht 7,5/9; 2. Dgebuadze 7; 3. Maréchal, Cekro 5,5; 5. Vandevoort, Gulbas, Saibulatov 5; 8. Meessen, Dutreeuw, Michiels, Laurent 4,5; 12. Ahn 4; 13. Mohandesi, Akhayan, Filipek, Draftian 3,5; 17. Hautot 3; 18. Daels 1,5/5.

Open groep: 1. Huesmann 7/9; 2. Barbier, Vandenbussche, Duric, Gillain 6,5; 6. De Gueldre P., Gorshkova (dameskampioene), Plumanns, Remont 6 (56 deelnemers).

Wit: Van der Stricht

Zwart: Vandevoort 1. d4 d5 2. c4 e5!? (Het scherpe Albins-gambiet geniet geen al te beste reputatie. Zwart mikt op het verrassingseffect om op winst te kunnen spelen.) 3. dxe5 d4 4. Pf3 Pc6 5. Pbd2 Lg4 6. h3 Lxf3 7. Pxf3 Lb4+ 8. Ld2 De7 9. g3 0-0-0 10. Lg2 Pxe5 11. Pxe5 Lxd2+ 12. Dxd2 Dxe5 13. Db4 c6 14. 0-0 h5 (Wit heeft de opening niet al te doortastend behandeld. Volgens Van der Stricht staat zwart zelfs beter na onmiddellijk f5!) 15. Da3 Kb8 16. b4 f5 17. Tab1 Pf6 18. b5 c5 19. Lxb7! (Een risicovol maar ook kansrijk stukoffer om de aanval gaande te houden. Na andere zetten neemt zwart het heft in handen.) Kxb7 20. Da6+ Kc7 21. b6+! Kd7 (axb6? 22. Da7+) 22. bxa7 Ke7 23. Tb7+ Pd7 24. Tfb1 De6 25. Txd7+! Txd7 26. a8D Txa8 27. Dxa8 Dxe2? (Een fatale vergissing. Van der Stricht laat in zijn analyse op www.schakers.info zien dat de stelling na De4! 28. Db8 h4! 29. Tb2 hxg3 30. Dxg3 Kf7 eerder onduidelijk is.) 28. Dg8 De5 29. Tb8 Kd6 30. Tb6+ Ke7 31. Tb6 Kd6 32. Tb6+ Ke7 33. Tg6 en zwart geeft op.

Wit: Dgebuadze

Zwart: Dutreeuw 1. Pf3 d5 2. c4 e6 3. e3 Pf6 4. Pc3 Le7 5. d4 0-0 6. Ld3 c5 7. 0-0 Pc6 8. b3 cxd4 9. exd4 b6 10. Lb2 Lb7 11. Tc1 Tc8 12. Te1 Dd6 13. a3 Tfd8 14. Pe2 Pe4 15. Pg3 Pxg3 16. c5 bxc5 17. dxc5 Df4 18. hxg3 Dg4 19. b4 a6 20. De2 Ta8 21. Dc2 h6 22. Pe5 Pxe5 23. Lxe5 Tdc8 24. f3 Dg5 25. Df2 Lc6 26. f4 Dg4 27. Le2 Dg6 28. g4 Tf8 29. Ld1 a5 30. Tc3 axb4 31. axb4 La4 32. Lc2 Dxg4 33. Tg3 Lxc2 34. Txg4 en zwart geeft op.

Wit: Ka3, pia7.

Zwart: Kb1, Dg6, Ld3. 1. a8D Dd6+ 2. Kb3 (2. Ka4? Dd4+ 3. Kd5 4. Dc5+ Ka4 6. Lc2 mat of 3. Kb3 Lc2+ 4. Ka3 Dc3 mat.) De6+ 3. Kc3 (3. Ka3? Da2+ of 3. Ka4? Dc4+) Dc4+ 4. Kd2 Dd4! 5. Dh1+! (Op een dameschaak langs de b-lijn volgt Lb5+ en mat in twee, of ook 5. Da3? Lb5+ 6. Ke1 Dg1+ 7. Kd2 Df2+ 8. Kc3 Dg3+ 9. Kb4 Dd6+ 10. Kb3 Dd2! gevolgd door Db2 mat!) Ka2! (Of Lf1+ 6. Ke1 Lb5! 7. Dh7+ en 8. Db1+! Kxb1, eerste pat. Ook Kb2 werkt niet: 6. Dh2! Lb5+ 7. Ke4+ Kb1 8. Dh7+ Ld3 9. Db7+ Kc1 10. Dc7+! Lc4 11. Df4+! Dxf4, tweede pat.) 6. Dh6! (Niet 6. Dh2? Db2+ of 6. De1? Lc4+ en mat in 2 of 6. Dd1? Lc4+, idem, en al evenmin 6. Dc1? Df4+! 7. Kd1 Le2+ 8. Kc2 Db4! en Db2 mat.) Lb5+ 7. Kc1! Db2+ (Dc3+ 8. Kd1 Kb3?! 9. De6+ Kb2 10. Da2+! Kxa2, derde pat.) 8. Kd1 De2+ 9. Kc1 Kb3 10. Dh3+ Ld3 11. Dxd3+! Dxd3, het vierde pat.

Hautot - Michiels (2003)

Wit: Kh2, Df6, Tf1, Lg2, Pb4, pib5, c4, e4.

Zwart: Kg8, Dg4, Ta8, Lb7, Pe7, pib6, d6, g6, h7.

Zwart aan zet speelt en wint.