Zaterdag 25/03/2023

AchtergrondNederland

‘Vader speelde met mijn identiteit alsof ik een poppetje was’: Israel (28) over het bizarre leven op de Ruinerwold-boerderij

Israel van Dorsten. Beeld Marco Okhuizen
Israel van Dorsten.Beeld Marco Okhuizen

Israel van Dorsten (28) ontsnapte precies drie jaar geleden uit de boerderij in Ruinerwold. Waar hij onder het juk van zijn vader met zijn familie in totale afzondering leefde. Nu blijkt dat hij een maand lang vergeefs om hulp heeft gevraagd bij meerdere instanties. Over de extreme leefomstandigheden en zijn mentale worsteling los te komen schreef hij een boek. ‘Ik ben nog steeds zo blij dat ik deze stap heb gezet.’

Raymond Boere

In zijn boek Wij waren, ik ben. Weg uit Ruinerwold, dat vorige week verscheen, beschrijft Israel hoe hij twee jaar lang een mentale strijd met zichzelf voerde om los te komen van de bizarre fantasiewereld van zijn vader. Toen hij in 2019 besloot dat dit leven zo niet langer verder kon, probeerde hij in contact te komen met de politie, Veilig Thuis en het welzijnswerk in Ruinerwold.

Met een mobiele telefoon die Israel in het geheim had aangeschaft, raapte hij de moed bij elkaar om een anonieme melding te doen bij de politie, de instantie waarover zijn vader altijd had gezegd dat ze alles kapotmaakten als ze hen zouden ontdekken. Dat was op 14 september 2019. Er kwam geen antwoord. Enkele weken daarna stuurde hij nog een bericht, nu niet anoniem. Hij kreeg het verzoek het algemene nummer te bellen om nadere vragen te beantwoorden, waarna Israel teleurgesteld zijn poging staakte.

Ook Veilig Thuis, een organisatie die speciaal hulp biedt voor familieproblemen, kon hem een paar dagen later niet helpen. Zij verwezen hem door naar het welzijnswerk De Wolden. Israel stuurde hen een lange e-mail waarin hij zijn situatie uitlegde, maar kreeg bericht terug dat ze overdag graag fysiek een afspraak wilden maken voor een eerste gesprek. Iets wat nu juist onmogelijk was gezien de streng gecontroleerde wereld van zijn vader waarin hij gevangenzat.

Ten einde raad bezocht Israel uiteindelijk op 13 oktober het café in Ruinerwold waar hij al een paar keer eerder kort was geweest, zonder dat zijn familie dat wist. Uit pure nood liet hij de kroegbaas de politie te bellen, maar ze brachten hem terug naar de boerderij, waar Israel niet meer naar binnen durfde. Pas een dag later vielen agenten de boerderij binnen.

Israel beschrijft in zijn boek zijn extreme leefsituatie, maar staat ook uitgebreid stil hoe het contact met hulpverleners verliep en hoe teleurgesteld hij daar op dat moment over was. “Ik had heel erg de behoefte aan inhoudelijk contact, zonder meteen een traject in te moeten gaan”, zegt hij.

Zondag 13 oktober 2019 wil Israel niet de mooiste dag uit zijn leven noemen. Want dan lijkt het net alsof die dag zelf mooi was. En dat was het zeker niet. Hij voelde zich ellendig. Loodzwaar was het om een definitieve stap buiten het afgezonderde leven in de boerderij te zetten en bij een café om hulp te vragen, vertelt hij als hij bij zijn uitgeverij is om het eerste gedrukte exemplaar van zijn levensverhaal Wij waren, ik ben. Weg uit Ruinerwold te bekijken.

Op deze boerderij in Ruinerwold leefde Israel van Dorsten met zijn vader, broer en vier zussen negen jaar lang in totale afzondering. Beeld ANP /  ANP
Op deze boerderij in Ruinerwold leefde Israel van Dorsten met zijn vader, broer en vier zussen negen jaar lang in totale afzondering.Beeld ANP / ANP

Maar zonder die gebeurtenis had hij nu niet sociologie kunnen studeren aan de Universiteit Utrecht. Woonde hij niet op zichzelf in een appartement. Had hij geen bijbaan als nachtportier bij een hotel. Had hij nooit andere familieleden ontmoet en nieuwe vrienden gemaakt die hem nu zo gelukkig maken. “Achteraf ben ik nog steeds zo blij dat ik die stap heb gezet. Ik realiseer mij vaak dat wanneer ik minder had doorgezet we misschien nog steeds op dezelfde manier hadden geleefd.”

Die extreme leefwijze werd drie jaar geleden wereldnieuws. Op de boerderij in Ruinerwold leefde vader Gerrit Jan in het geheim met zijn zes kinderen en volgens zijn eigen evangelie. Hierin voerde hij onophoudelijk een strijd tegen slechte geesten. Gerrit Jan hoopte dat hij daarmee geaccepteerd zou worden als de messias op aarde. Zijn kinderen waren de dupe.

Israel groeide niet op met vriendjes, opa’s of oma’s, maar met geesten. Eerst in Hasselt, daarna in Meppel en later Ruinerwold, in de Noord-Nederlandse provincie Drenthe. Jarenlang werd hij gedwongen zijn lichaam te laten gebruiken voor het ontvangen van tientallen geesten waar zijn vader dan mee communiceerde. In het boek beschrijft hij de bizarre sessies die soms uren konden duren en die begonnen op 24 juli 2005. Israel was toen elf jaar oud. Op die dag werd hij geest Tohn, een paar dagen later Sword en Thunderstone en in de jaren daarna nog ontelbare andere.

Fantasiewereld

Er waren momenten dat hij zeventig uur achtereen met zijn vader geesten moest aanroepen, voordat hij heel even mocht slapen. Voortdurend voelde hij een druk om met zijn vader verhalen te verzinnen en te onthouden in deze fantasiewereld. Lukte dat laatste niet, dan kon hij het verwijt krijgen dat slechte geesten bezit van hem hadden genomen en volgde soms dagen, weken of maanden waarin hij werd afgezonderd van de anderen.

Meer dan eens werden slechte geesten doodgeslagen. Dat was vaak ook een mentale dreun voor Israel zelf die dat beleefde alsof hijzelf werd gedood. Alsof hij zelf slecht was. “Vader speelde met mijn identiteit alsof ik een poppenkastpoppetje was. Ik was altijd op de vlucht voor mezelf”, schrijft hij over een van de donkerste periodes uit zijn leven.

Vanaf 2010 woonde de familie in het geheim op de boerderij in Ruinerwold. Niemand mocht weten dat ze er waren. In een verborgen ruimte was een woongedeelte van stro gemaakt waar net genoeg plek was om te slapen. Zelfs met de Oostenrijkse klusjesman Josef, die hen ook de boodschappen bracht, mochten ze niet in één ruimte zijn omdat die slechte energie zou meebrengen. Het was een bizarre wereld die volledig in het teken stond van vaders geloof, al koestert Israel ook de mooie herinneringen van het boerderijleven in Ruinerwold, vertelt hij nu. “We leefden heel intensief samen, zorgden voor onze dieren. Hadden ons tuintje en knapten de boerderij op. Laatst was ik op een andere boerderij en toen kreeg ik toch een soort heimwee.”

Tegelijkertijd zijn er veel meer momenten waarin hij terugdenkt aan de ellende die hij er heeft meegemaakt. Aan de bizarre straffen die hij moest ondergaan als hij niet deed wat van hem werd verlangd, zoals die keer dat hij drie dagen biddend rondjes moest lopen zonder eten. Aan de extreme regels die vader hem oplegde en controleerde. Zo mocht hij niet langer dan precies 9 minuten praten met Josef; hij nam de tijd elke keer op.

Maar vooral de mentale eenzaamheid viel Israel zwaar. Want hoewel hij hier met vader, vier zussen en een broer samenleefde, kon hij zijn ware gevoelens niet met hen delen. “Mijn vader creëerde een klimaat waarin je elkaar moest verraden. Deed je dat niet, dan was je medeplichtig en volgde straf.”

Eenzaam

En zo stond Israel er geestelijk alleen voor toen hij steeds meer begon te twijfelen aan het geloof van zijn vader en hoe realistisch dat was. Onder meer de dagboeken van zijn vader zelf zetten hem aan het denken waarin hij niets las wat feitelijk te controleren viel. Het naleven van de strikte regels om slechte energie buiten de deur te houden werd moeilijker en moeilijker.

Israel wilde de wijde wereld in. Helemaal toen zijn vader in 2016 een hersenbloeding kreeg en de situatie volgens hem nog uitzichtlozer werd. Hij overtrad bewust de regels van zijn vader om te testen hoe hij zou reageren en om bevestiging te zoeken dat zijn systeem niet deugde. Ook kocht hij in het geheim een mobiele telefoon waarmee hij het internet op ging en vrijer kon denken, zonder gefilterde informatie van zijn vader.

Twee jaar lang voerde hij zo een mentale strijd met zichzelf om uit het systeem van zijn vader te kunnen ontsnappen. Hoe moeilijk dat was, blijkt wel uit de passage in zijn boek waarin Israel wikt en weegt. “Eigenlijk is mijn probleem heel simpel: ik wil iets veranderen maar ik durf en wil eigenlijk niet voor mijn familie staan als degene die zegt dat deze ma­nier van leven niet klopt. Of dit een gebrek aan lef is of dat het mijn verlangen is om geen ruzie met mijn familie te krijgen, weet ik niet.”

In september 2019 heeft hij toch de moed voor het eerst een wandeling buiten het hek van de boerderij te maken. In het holst van de nacht, als de anderen slapen en niemand het merkt. “Het eerste stukje lopen is geweldig. De open lucht, de heldere hemel, het weidse grasland, en vooral de vrijheid om zelf te kiezen waar ik naartoe wil”, schrijft hij over dat ultieme geluksgevoel dat uiteindelijk zijn leven - en dat van zijn familie - op zijn kop zette.

Israel (midden onder) met zijn ouders, broers en zussen toen ze nog in Hasselt woonden. Beeld BNNVARA
Israel (midden onder) met zijn ouders, broers en zussen toen ze nog in Hasselt woonden.Beeld BNNVARA

Aanvankelijk had Israel niet de intentie om zijn diepste gevoelens over zijn heftige familiegeschiedenis met heel Nederland te delen. Maar er kwam een ommekeer in die gedachte nadat hij een paar keer had gesproken met hulpverleners. Zij waren zeer geïnteresseerd in zijn verhaal om erachter te komen hoe zij betere hulp zouden kunnen geven.

Israel raakte in zijn zoektocht naar verandering teleurgesteld in de bureaucratische opstelling bij politie, Veilig Thuis en het welzijnswerk. Die stelden hem voor om langs te komen, of te bellen op momenten wanneer hij onmogelijk kon bellen omdat hij gevangen zat in de wereld van zijn vader die alles controleerde. Uiteindelijk zocht hij zijn toevlucht tot het café. “Daar waren de mensen tegen wie ik anoniem mijn verhaal kon doen. Achteraf was dat niet zo handig, want zij konden mij helemaal geen hulp bieden. Maar ik had heel erg de behoefte aan inhoudelijk contact, zonder meteen een traject in te moeten gaan.”

Ook groeide het gevoel dat hij iets wil kunnen betekenen voor mensen die in een vergelijkbare situatie zitten. Dat zij hier kracht uit halen om een uitweg te vinden als iemand hen ervan weerhoudt te zijn wie ze willen zijn. “Daarom heb ik mijn verhaal zo oprecht mogelijk opgeschreven. Ik hoop dat ze herkennen waar ik mentaal mee heb geworsteld.”

Met die openhartigheid maakte Israel het zichzelf tijdens het schrijven van sommige passages niet altijd even makkelijk. Zo beschrijft hij hoe zijn vader hem opdroeg om twee geiten te doden waar hij erg van hield. Een zwaar en emotioneel moment. “Ik was het er zo niet mee eens dat ik dit moest doen. Toch heb ik het gedaan. Dat maakte het heel moeilijk om het op te schrijven en te laten staan. Maar deze gebeurtenis was uiteindelijk wel een ommekeer in mijn mentale proces om iets aan mijn situatie te willen veranderen. Het moest om die reden ook in het boek.”

Tijdens het schrijven is Israel niet bezig geweest met de vraag wat zijn vader ervan zou vinden als hij dit verhaal nog kon lezen. Door zijn beroerte gaat dat niet meer. “Dat dit mij niet meer bezig houdt, is voor mij de bevestiging dat ik niet meer door hem wordt gecontroleerd. Ik heb er wel vaak over nagedacht hoe het zou zijn als mijn vader niet die beroerte had gehad. Was ik dan ook zo losgekomen als hij waarschijnlijk meer macht over ons had kunnen houden? Ik weet dat niet.”

Zijn zussen en broers heeft hij zijn levensverhaal wel laten lezen voor publicatie. “Hun reactie was voor mij spannender dan het boek uit te brengen. Misschien vonden zij het helemaal niet zo prettig dat ik dit allemaal opschreef. Maar precies het omgekeerde gebeurde. Ik kreeg hele warme reacties. Al was het voor iedereen zwaar om te lezen. Ze herkenden veel situaties. Er is nu niemand meer die vindt dat dit een verkeerde keuze was. Behalve dan mijn vader. Maar dat boeit me niet.”

Israel van Dorsten beschrijft in zijn boek hoe hij zich losworstelde uit de fantasiewereld van zijn vader.  Beeld Uitgeverij Pluim
Israel van Dorsten beschrijft in zijn boek hoe hij zich losworstelde uit de fantasiewereld van zijn vader.Beeld Uitgeverij Pluim

Wij waren, ik ben. Weg uit Ruinerwold. Israel van Dorsten, 304 p., 24,99 euro.

Nu belangrijker dan ooit: steun kwaliteitsjournalistiek.

Neem een abonnement op De Morgen


Op alle artikelen, foto's en video's op demorgen.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar info@demorgen.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234