NieuwsHomohaat
Unia vraagt nieuw actieplan tegen homofobie
Unia dringt aan op een nieuw actieplan om homofobie en transfobie te bestrijden. De huidige inspanningen leiden niet tot een gevoelige daling in het aantal dossiers.
Vorig jaar liepen er 406 meldingen over discriminatie wegens seksuele geaardheid binnen bij het gelijkekansencentrum Unia. 109 dossiers werden geopend. Dat is 18 procent minder dan in 2019 – toen er een recordaantal werd genoteerd – maar volgens directrice Els Keytsman mag dat “geen verkeerde indruk geven”. In vergelijking met het gemiddelde aantal dossiers van de afgelopen vijf jaar is er sprake van een status quo (+1,3 procent).
Op de Internationale Dag tegen Homofobie en Transfobie stelt Unia dat er dringend nood is aan “een nieuw en doeltreffend actieplan om homofobie en transfobie te bestrijden” en aan een grondige evaluatie van de vorige interfederale actieplannen. “Het is heel onduidelijk welke concrete resultaten er geboekt zijn en welke budgetten daartegenover stonden”, zegt Keytsman.
De moord op de 42-jarige David Polfliet, die begin maart via de datingapp Grindr in de val werd gelokt in een park in Beveren, was een wake-upcall voor het beleid. Hoewel er officieel geen motief van homohaat is uitgesproken, raakte de zaak de ziel van de lgbtqi+-gemeenschap.
Alternatieve acties voor Pride
Vlaams minister van Gelijke Kansen Bart Somers (Open Vld) herhaalt dat er werk gemaakt wordt van een structureel beleid. Zo is een klankbordgroep opgericht in samenspraak met organisaties als Çavaria en Wel Jong Niet Hetero. “Samen met hen werken we onder meer aan meer toegankelijke meldpunten.” Daarnaast maakt Somers 25.000 euro vrij voor “alternatieve acties” ter vervanging van de Belgian Pride, die niet kan doorgaan.
In de Kamer werd eerder dit jaar al een resolutie gestemd om anonieme meldingen mogelijk te maken. Verder stemt het Vlaams Parlement binnenkort een nieuwe resolutie, ingediend door Open Vld, CD&V, Vooruit en Groen. De tekst focust op drie luiken: de problematiek beter in kaart brengen, gerichte sensibilisering en betere ondersteuning van slachtoffers. “Meldingen moeten ernstig genomen worden”, zegt parlementslid Freya Perdaens (N-VA).
Juridische hiaten
De intenties vertonen alvast raakvlakken met wat Unia vraagt. Maar volgens Keytsman moet een interfederaal actieplan de verschillende beleidsniveaus overstijgen. “Op lokaal niveau zijn er soms al sterke netwerken, die als inspiratie kunnen dienen.”
Unia wijst ook op enkele juridische hiaten, zoals artikel 150 van de grondwet. Geschreven haatboodschappen, zoals op sociale media, moeten nu voor assisen worden behandeld, behalve als het gaat om racisme of xenofobie. Enkel dan is de correctionele rechtbank aan zet. Ook in de Kamer is die discussie aan de gang.
Daarnaast leidt een homofoob motief niet bij alle misdrijven tot een strafverzwaring, zoals bij foltering of afpersing. “We krijgen steeds meer dossiers binnen van mensen die vanwege hun geaardheid worden afgeperst via datingapps.”