AchtergrondSeksueel geweld
Uitrol van Zorgcentra na Seksueel Geweld kent moeilijkheden: ‘Zorg mag niet afhangen van waar je verkracht wordt’
De uitrol van de Zorgcentra na Seksueel Geweld brengt moeilijke gesprekken met zich mee. In Halle-Vilvoorde klinkt alvast gemor, omdat er geen zorgcentrum in het UZ Jette komt. N-VA klaagt dat Nederlandstalige slachtoffers daarom naar een Franstalig ziekenhuis moeten.
Dit weekend circuleerden er nog beelden op sociale media, die toonden hoe politieagenten in een Brusselse parkeergarage een verdachte van een aanranding arresteerden. Het slachtoffer, een 19-jarige vrouw die na de aanranding bebloed uit een nachtclub kwam, ging naar het Zorgcentrum na Seksueel Geweld in het Brusselse Sint-Pietersziekenhuis.
Die zorgcentra, waarvan er ondertussen vier zijn in België, zijn een nieuw concept, waar slachtoffers psychologische begeleiding krijgen, een sporenonderzoek kunnen laten doen om bewijs tegen de dader te vinden en meteen een klacht kunnen indienen. De plannen liggen klaar om tegen 2024 nog zes van die centra op te richten in ons land.
N-VA klaagt aan dat de Nederlandstalige slachtoffers uit het Brusselse nu naar dat Sint-Pietersziekenhuis moeten, waar “Nederlandse slachtoffers aangewezen zijn op Franstalige hulp”, zegt parlementslid Kristien Van Vaerenbergh. “Terwijl dit toch een uiterst delicate materie is.”
UZ Jette
De partij betreurt daarom dat er geen zorgcentrum in het UZ Jette komt, dat zich nochtans bereid heeft getoond om zo’n centrum op te richten. Ook Ine Van Wymersch, de procureur des Konings van het parket Halle-Vilvoorde, had graag een zorgcentrum in Jette gezien. Er lopen nu gesprekken om slachtoffers van seksueel geweld naar Leuven over te brengen, waar volgend jaar een zorgcentrum opstart.
“Maar dat brengt een hoop gedoe met zich mee”, zegt Van Wymersch. “Dan zijn er voor één zorgcentrum twee parketten bevoegd, omdat Leuven in een ander gerechtelijk arrondissement ligt. Bovendien ben je dan uren onderweg op de Brusselse ring. We willen slachtoffers in Halle-Vilvoorde dezelfde kwaliteit van zorg kunnen geven als ergens anders. Dat mag niet afhangen van waar je verkracht wordt.”
Het parket van Halle-Vilvoorde werkt momenteel al samen met het UZ Jette rond verkrachtingszaken, dus zou het een natuurlijke partner zijn om slachtoffers van seksueel geweld bij te staan. Experts voorspellen ondertussen dat gelijkaardige discussies zich ook op andere plaatsen zullen voordoen.
Het grote principe is dat elk slachtoffer op een uur rijden in een zorgcentrum moet geraken. Uiteindelijk moet bijna elke provincie een gespecialiseerd zorgcentrum hebben. Maar die tien provincies komen al niet overeen met de grenzen van de twaalf gerechtelijke arrondissementen. Bovendien is het niet ondenkbaar dat slachtoffers uit de provincie Limburg ook naar Leuven komen.
“Als de slachtoffers uit Halle-Vilvoorde naar Leuven moeten gaan, kan dat een zware druk leggen op het zorgcentrum daar”, zegt Liesbet Stevens van het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen, dat instaat voor de uitrol van de zorgcentra. “Dat heeft het UZ Leuven in gesprekken al aangegeven.”
Middelen
Dat het personeel in het Sint-Pietersziekenhuis niet genoeg Nederlands zou kennen om slachtoffers op te vangen, ontkent Jessika Soors, woordvoerster van bevoegd staatssecretaris Sarah Schlitz (Ecolo), ondertussen met klem. Maar omdat de zorgcentra veel middelen vragen wil de regering eerst met de tien beginnen. Per centrum moeten er 24 uur per dag artsen, politieagenten en psychologen paraat staan.
Als er meer patiënten binnenkomen dan verwacht, kan er later misschien een beslissing volgen om nieuwe centra te openen. Volgens Stevens is dat op basis van de cijfers onvermijdelijk. “In België zijn er dagelijks een tiental aangiftes van verkrachtingen”, zegt ze. “Maar volgens schattingen gebeuren er werkelijkheid tien keer meer. De zorgcentra helpen slachtoffers om effectief een klacht in te dienen, terwijl dat nu nog weinig gebeurt. Als er nieuwe centra moeten komen, zullen we bij de regering op de deur kloppen voor meer middelen.”
Momenteel zijn er zorgcentra in: Brussel, Gent, Luik, Antwerpen
In deze steden worden er nog geopend: Charleroi, Leuven, Genk, Roeselare, Namen, Aarlen