Tieners en hun ouders besmetten elkaar: ‘Ze zijn als communicerende vaten’

Van 1.605 besmettingen twee weken geleden naar 2.281 de voorbije week, dat is een stijging met 42 procent. Op 100 uitgevoerde tests zijn er 10,5 positief. Voor heel België is dat 6,8 procent. In geen enkele andere leeftijdsgroep nam het aantal besmettingen feller toe dan bij de 10- tot 19-jarigen. En ook bij de 40- tot 49-jarigen steeg dat aantal met 28 procent. Ter vergelijking: bij de twintigers ging het om ‘slechts’ 16 procent. Tieners en ouders raakten de voorbije weken dus meer besmet. Hoe kan dat?

“Alvast niet door het weer opengaan van de scholen”, zegt viroloog Marc Van Ranst (KU Leuven). “Daarvoor is het te vroeg om een effect te zien. Het omgekeerde kan wel: kinderen zijn in de vakantie thuis geweest en hebben meer contact gehad met anderen dan hun klasgenoten. We hebben ook de ruimte voor hobby’s bij 12-plussers vergroot”. Sinds eind januari mogen kinderen onder 12 jaar nog één hobby uitoefenen, maar de tieners van ouder dan 12 jaar kregen meer beweegruimte. Zij mochten sindsdien in een bubbel van tien personen samenkomen in open lucht. Onder meer jeugdbewegingen konden daardoor meer activiteiten ontplooien.

Thuiswerk kalft af

Steekproeven lijken te bevestigen dat tieners meer samenkomen. “In de meest recente cijfers van het contactonderzoek zien we dat er in de groep van 10- tot 19-jarigen meer contacten worden gerapporteerd”, zegt Geert Molenberghs (UHasselt/KU Leuven). “De andere groep waar je toegenomen activiteit ziet, is de groep veertigers. Dat zijn de ouders.”

“Je ziet daar communicerende vaten binnen twee groepen die veel contacten hebben. De jongeren zitten op school en hebben hun naschoolse activiteiten, de ouders gaan naar het werk, want het telewerk is al wat afgekalfd, zeker in die groep. Een vijftiger of zestiger gaat misschien al wat minder snel naar het werk gaan. Die zijn al wat voorzichtiger, want ze weten dat ze tot een risicogroep behoren. Een veertiger zegt: de baas vraagt om te komen werken, en gaat dan. De twee groepen – tieners en veertigers – versterken elkaar op die manier. Dat zou een stuk van de verklaring kunnen zijn.”

Het is ook niet ondenkbaar dat ouders die weer gaan werken, thuis hun kinderen besmetten, “Het kan zeker dat ouders het virus meebrengen van hun werk. De besmettingen gebeuren in alle richtingen”, zegt Van Ranst. Eerder bleek ook al uit het contactonderzoek dat tieners en veertigers frequent elkaar besmetten. Volgens statisticus Bart Mesuere (UGent) heeft de winterprik, die zich tijdens de krokusvakantie voordeed, mogelijk ook bijgedragen aan de stijging van de besmettingen, omdat mensen toen vaker en meer bij elkaar binnen zaten.