Dinsdag 06/06/2023

Reportage

Terug naar school: ‘De leerlingen zullen gedisciplineerd moeten zijn, beleefd en geduldig’

Nieuw vanaf 1 september: éénrichtingsverkeer in de schoolgebouwen. Beeld Damon De Backer
Nieuw vanaf 1 september: éénrichtingsverkeer in de schoolgebouwen.Beeld Damon De Backer

Nog nooit was een eerste september zo spannend. Zullen de scholen gespaard blijven van corona, houdt iedereen het vol? In het Antwerpse Lyceum Olympiade vertellen een directeur, een lerares en een leerling over hun aanloop naar het nieuwe schooljaar.

Lotte Beckers

‘We zullen de ramen openzetten. Maar wat als het gaat vriezen?’

Bram Wellens (43), schooldirecteur

“Natuurlijk is er wat angst en bezorgdheid, bij iedereen. Maandag kwamen de leraars weer naar school, ze trokken aan mijn mouw met vragen: wat als we moeten omschakelen naar code oranje en ze online én fysiek les moeten geven? We kunnen ons toch niet in twee splitsen, zeggen ze. En kunnen we dat eigenlijk wel maken, die leerlingen verplichten om een een hele dag een mondmasker te dragen. Dat probleem kan ik niet oplossen, ik kan alleen begrip tonen voor die zorgen.

Directeur Bram Wellens: ‘Veel leerlingen die voorheen wat schoolmoe waren, hebben zich herpakt.’ Beeld Damon De Backer
Directeur Bram Wellens: ‘Veel leerlingen die voorheen wat schoolmoe waren, hebben zich herpakt.’Beeld Damon De Backer

“Mijn agenda deze week is leeg en tegelijk barstensvol. Net als andere jaren moet ik de laatste gaten in de lesroosters van de leraars invullen, sollicitanten ontvangen, inschrijvingen en administratie opvolgen, klastitularissen aanstellen, de verbouwing van een aantal lokalen goedkeuren, met ouders bellen die twijfelen of hun kind terug naar hier zou komen.... Een collega vroeg me net hoe het machientje voor de Bancontact werkt.

“Woensdagnamiddag had ik twee beroepsprocedures op de agenda staan: twee leerlingen die geen diploma hebben gekregen en dat betwisten. We hebben meer procedures dan normaal: we wilden ondanks alles bewust omgaan met het uitreiken van diploma’s, maar door corona is er meer ruimte voor discussie: is het wel terecht dat we een leerling zijn jaar laten overdoen, gezien de omstandigheden?

“Vorige week kwam daar nog dat draaiboek van de overheid bij. Op zich is het best duidelijk wat er van ons verwacht wordt: in deze fase zijn de aanpassingen beperkt, maar bij code oranje veranderen bijvoorbeeld niet de leerlingen, maar de leraars van klas. Wel zullen we nu deels buiten of in de klas moeten eten, want de refter en de leraarskamer zijn niet groot genoeg. Iedereen veilig laten plassen in de speeltijd zal ook niet gaan, dus we zullen toleranter zijn voor wie tijdens de les naar het toilet moet.

“Toch zitten er nog gaten in het draaiboek: ik ben aan het uitzoeken of onze studenten haarzorg en schoonheidsverzorging klanten mogen ontvangen. Wat met uitstappen, oudercontacten en infomomenten? Ik ben heel blij dat onderwijsminister Ben Weyts (N-VA) nu helderder communiceert dan in het voorjaar, maar we zitten wel nog met veel onzekerheden, en over een paar dagen gaan we open. Sommige richtlijnen zijn tegenstrijdig: we moeten zo veel mogelijk in de open lucht organiseren, maar we mogen niet naar het Kiel- of het Middelheimpark voor de lessen lo, zoals we vaak ­deden.”

“Elke school heeft zijn eigen gewoontes en manieren om dingen te organiseren, nu moeten we op elk moment klaarstaan om de boel om te gooien. Het zal niet altijd makkelijk zijn: hoe moet je, bij een ernstig conflict tussen een leerling en een leraar, telefonisch een herstelgesprek houden? Ik krijg zo veel telefoons, ook van ouders die het gewend zijn om even binnen te springen, dat ik ze onmogelijk allemaal kan beantwoorden. Toch merk ik bij hen weinig wantrouwen, wel veel begrip.

null Beeld Damon De Backer
Beeld Damon De Backer

“De meeste praktische aanpassingen hebben we in het voorjaar al gedaan. Een heel weekend zijn we toen in de weer geweest met ducttape om looplijnen en pijlen op de vloer te plakken, de extra wasunits staan klaar. Ik heb net nog een een bestelling voor extra handgel goedgekeurd. Al die materialen kosten ons duizenden euro’s, ook voor de 70 refurbished laptops die we voor onze leerlingen hebben gekocht. Onze IT-medewerker is nu terug van vakantie, hij is webcams voor in de klas aan het kopen en testen. Donderdag heeft de leverancier vier paletten schoolboeken afgeleverd op de speelplaats. Normaal zetten ze die zelf in de kelder, maar door corona doen ze dat niet. Ik moet nog iemand vinden die die boeken naar beneden wil zeulen.

“Vorig schooljaar zijn slechts een paar klassen teruggekeerd, volgende week staan hier 550 leerlingen die afstand zullen moeten bewaren, die elke ochtend als ze aankomen en na elke speeltijd hun handen moeten wassen. Ze zullen gedisciplineerd moeten zijn, beleefd en geduldig.

“En ja, de lestijd zal daardoor korter zijn, daar is niets aan te doen. De ­leraars zullen zo efficiënt mogelijk moeten werken.

“Natuurlijk denk ik ook na over wat we moeten doen om de klassen goed te verluchten, maar we kunnen niet meer doen dan de ramen openzetten. Dat zal wel lukken tot aan de herfst­vakantie, maar wat daarna, als het gaat vriezen? Dat is nog zo’n vraag waarop we de komende weken een antwoord moeten verzinnen.”

“Zelf ben ik niet zo angstig over eventuele uitbraken, maar ik ben wel bezorgd dat we op ons tandvlees zullen zitten als leraars of leer­lingen­begeleiders uitvallen door ziekte of quarantaine. Iedereen was zo moe op het einde van het schooljaar, ik wil niet dat de veer breekt. Maar we zullen flexibel moeten zijn dit jaar, en altijd bereid om oplossingen te bedenken voor nieuwe problemen. Donderdag heb ik vier sollicitanten gezien, en ik moet zeggen: het valt me op hoe gemotiveerd ze zijn, en hoe graag ze onze jongeren vooruit willen helpen. Zou dat iets te maken hebben met corona, dat mensen vaker over zulke dingen reflecteren?

“De lockdown, dat was pure improvisatie. Maar we hebben ook goede dingen ontdekt en we geloven echt in meer afstandsonderwijs voor de hogere jaren. Voor die leerlingen is het niet altijd zinvol om 32 uur op school te zijn. Wat we nu nodig hebben, is een pedagogisch kader: hoe willen we daarmee omgaan? Daar moeten we de komende maanden echt werk van maken, maar ik merk dat zulke inhoudelijke vragen blijven liggen. We komen er gewoon niet aan toe, we hebben zo veel bordjes draaiend te houden. Die extra mile, die kan er nu echt niet bij.

“De meeste leerlingen zijn dolgelukkig dat ze weer naar school kunnen. Voor sommige jongeren heeft de afstand deugd gedaan, het gaf ze wat meer rust. Maar toen we in het voorjaar weer mochten opstarten, hebben we gemerkt dat ze hier graag zijn. We hebben ook een zomerschool georganiseerd voor leerlingen uit het stedelijk onderwijs die extra hulp nodig hadden, en dat was een groot succes: 40 jongeren hebben vrijwillig tien dagen les gevolgd, en we hebben bijna geen afwezigheden geteld.

“Heel wat leerlingen die voorheen wat schoolmoe waren, hebben zich herpakt. Als ik ze opbel, is mijn eerste vraag: hoe is ’t? En altijd zeggen ze: goed, en met u, mijnheer? Alsof de ­hiërarchie wat is weggevallen en we meer mensen onder elkaar zijn.”

‘Wat als er in mijn klas iemand besmet is? Moet dan de hele klas in quarantaine?’

Inge Verbist (45), lerares Nederlands en PR

Lerares Inge Verbist: ‘Ik ben al de hele week aan het whatsappen met een jongen die twijfelt tussen werken en terug naar school komen.’ Beeld Damon De Backer
Lerares Inge Verbist: ‘Ik ben al de hele week aan het whatsappen met een jongen die twijfelt tussen werken en terug naar school komen.’Beeld Damon De Backer

“Maandag ben ik voor het eerst weer op school geweest, om mijn klaslokaal klaar te maken voor het nieuwe schooljaar. Al jaren zet ik de banken in een U-vorm, ik geef tenslotte communicatieve vakken. Maar door corona gaat dat echt niet, er zit niets anders op dan de leerlingen in rijtjes te zetten. De alcoholgel, de keukenrol en de fles ontsmettingsmiddel staan klaar.

“De rest van de week zit ik thuis achter mijn laptop: ik werk aan een cursus voor een nieuwe richting die we opstarten, een voorbereidend jaar voor afgestudeerde bso-leerlingen die naar de ­hogeschool willen, en samen met collega’s bereid ik de eerste school­dagen voor.

“De overheid vraagt ons om voldoende stil te staan bij het mentale welzijn van de jongeren. Meestal gaan we in het begin van het schooljaar een paar dagen naar het Zilvermeer in Mol, dat werkt heel goed om banden te smeden. Zulke activiteiten mogen nu niet dus ik moet nog met collega’s bedenken hoe we het in de klas kunnen hebben over hun ervaringen en gevoelens van de laatste maanden. Ik ben ook al de hele week aan het whatsappen met een jongen die twijfelt tussen werken of terug naar school komen. Ik moet hem straks nog eens bellen.

“Eigenlijk is de aanloop naar het nieuwe schooljaar niet zo anders dan normaal. Maar in de achtergrond sluimert een grote onzekerheid over wat gaat komen. Ik was heel opgelucht toen beslist werd dat we normaal zouden opstarten, daarover heb ik me echt zorgen gemaakt deze vakantie toen ik de besmettingscijfers in Antwerpen zag stijgen. Maar het is afwachten hoelang het gaat duren. Ook al zie ik een mix tussen fysieke en onlinelessen wel zitten voor de hogere jaren. Ik zit echt niet te wachten op een nieuwe lockdown, want dan wordt het heel moeilijk om de grip op die gasten te behouden.

“Het wordt alleszins geen evident schooljaar. Maandag kreeg ik een mail van een organisatie waar jaarlijks een van onze leerlingen stage kan lopen achter de onthaalbalie. Dit jaar werkt iedereen er van thuis en is er amper werk, dus ze kunnen geen stagiair gebruiken. Als straks al onze partners zo verstek geven, zitten we met een flink probleem.”

null Beeld Damon De Backer
Beeld Damon De Backer

“Er zijn veel regels waar we op moeten letten, van handen wassen over eenrichtingsverkeer in de gangen tot mondmaskers, maar ik vind dat eigenlijk wel goed, ze geven me een veilig gevoel.

“Want hoe blij ik ook ben dat ik weer kan gaan werken, ik zit deze week met een dubbel gevoel. Thuis is het veilig, hè. Maar de school doet alles wat moet en kan, en toen we in mei al een paar klassen mochten ontvangen, merkte ik dat de jongeren die regels wel ­begrepen en zich daar ook aan hielden.

“Toch heb ik nog veel vragen: wat als er in mijn klas iemand besmet is? Moet dan de hele klas in quarantaine? En moet ik dan voor die klas overschakelen naar digitale lessen? Ik heb ook gehoord dat het CLB dan instaat voor de contacttracing. Hoe die mensen, die sowieso al compleet overbevraagd zijn, dat er nog moeten bijnemen, is me een raadsel.

“De mondmaskers in de klas, die zie ik wel zitten. Natuurlijk zou ik liever zonder lesgeven, maar als de maskers helpen om zo lang mogelijk zo veel mogelijk leerlingen op school te ontvangen, dan heb ik het er absoluut voor over. Of de leerlingen daar ook zo over denken, weet ik niet. Vooral voor de kleintjes zal het niet evident zijn. We zullen heel consequent moeten zijn, en vooral het goede voorbeeld geven.

“Ik heb me ook voorgenomen om altijd minstens één raam open te zetten in de klas, al vraag ik me af hoe dat in de winter moet. Ik zal het met de leerlingen moeten bespreken, zeker? Ze aanmanen om veel laagjes te dragen of een extra sjaal mee te nemen. Het gaat nogal een zicht zijn: een klas vol mutsen, sjaals en mondmaskers.” (lacht)

“Dit schooljaar start met 100 kilometer per uur: we moeten eerst alle leerlingen screenen om te weten waar ze staan. Ik heb taaltesten gemaakt, en bij collega’s nagevraagd welke leerdoelen de jongeren die dit jaar in mijn klassen zitten, hebben behaald. In juli hebben we voor sommige leerlingen al trajecten op maat uitgestippeld.

“Ondertussen denk ik ook na over wat ik ga doen als we weer moeten overschakelen op onlinelessen. Dat is veel werk, in korte tijd. En hoezeer ik ook genoten heb van de zomervakantie, uitgerust ben ik niet. Het is me dit jaar niet gelukt om de school en de leerlingen echt los te laten.

“De eerste weken van de lockdown waren immers heel stresserend. In het begin was het niet gemakkelijk om al mijn leerlingen te bereiken en ik maakte me zorgen over hun welzijn, want het is niet voor iedereen evident om thuis te studeren, zonder laptop of een eigen kamer.

“Ook de structuur van een normale schooldag viel helemaal weg. Er zijn altijd leerlingen die er in februari niet goed voor staan, maar die je mits een stevige duw in de rug er nog kan doorsleuren en die toch hun diploma halen. Ook dat kon plots niet meer. Maar je zag wel dat de leerlingen na verloop van tijd weer opdaagden en zelfs de school begonnen te missen.

“Zo had ik een leerling die zich nooit aanmeldde voor de digitale lessen of taken indiende. Uren heb ik met hem aan de telefoon gehangen. ‘Het lukt niet, mevrouw. Ik geraak ’s morgens niet uit bed, ik mis de school zo.’ Toen zijn klas weer fysiek naar school mocht, heb ik hem laten weten dat ik hem verwachtte. En hij stond er. In een maand tijd heeft die jongen alle werk ingehaald, en hij was geslaagd. Dat deed zo’n deugd.”

‘Het gaat sowieso uit de hand lopen. Maar ik ga mijn best doen, beloofd’

Diana Marycheva (19), zesdejaars Public Relations.

Leerlinge Diana Marycheva: ‘Ik zag dat de leraars veel moeite deden, terwijl het voor hen ook allemaal nieuw was en ze ook thuis zaten met hun kinderen.’ Beeld Damon De Backer
Leerlinge Diana Marycheva: ‘Ik zag dat de leraars veel moeite deden, terwijl het voor hen ook allemaal nieuw was en ze ook thuis zaten met hun kinderen.’Beeld Damon De Backer

“Het gaat helemaal anders zijn, hè, dit jaar. Heel afstandelijk, vrees ik, en gesloten. Ik weet niet of we allemaal tegelijk kunnen eten of op de speelplaats mogen, en of ik met iedereen ga kunnen praten. Het zal wennen zijn. Ik kan me ook niet voorstellen dat we met meer dan 500 leerlingen tegelijk onze handen moeten wassen. Ze kunnen dat wel goed plannen, maar het gaat sowieso uit de hand lopen. (lacht) Mensen gaan lopen, knuffelen of niet luisteren. Maar ik ga mijn best doen, beloofd. Ik ken iemand die op haar school elk uur haar handen moet wassen, zover gaan ze hier gelukkig niet.

“Het grote minpunt vind ik het mondmasker. Ik werk in de horeca, daar moet ik ook al een masker dragen, en op de tram. Alles wat je uit­ademt, botst terug in je gezicht. Vorige maand kreeg ik er irritatie van op mijn bovenlip. We zitten met vijf in onze richting. Sommige lessen volgen we met andere klassen, maar ik hoop echt dat we het masker mogen uitdoen als we met ons groepje alleen zijn in het klaslokaal.

“Maar ik ben vooral heel blij dat ik weer naar school kan. Ik heb een heel goede band met de meeste leraars, en als je ze maandenlang niet ziet, dan voel je dat wel. Het is niet altijd zo geweest, nee. De voorbije jaren ging ik niet graag naar school. Ik moest ook een eindje pendelen, vroeg opstaan en laat thuis.

“In februari en maart was ik met zoveel dingen bezig: ik deed af en toe modellenwerk, in het weekend werkte ik in een restaurant, op school werkten we aan een mini-onderneming. Ik was constant ziek, voelde veel druk, de school was er echt te veel aan. En bam, plots zaten we thuis. Ik kon eindelijk uitrusten, en na de paasvakantie ben ik er weer helemaal ingevlogen. Ik heb echt mijn best gedaan. Ik zag dat de leraars veel moeite deden, terwijl het voor hen ook allemaal nieuw was en ze ook thuis zaten met hun kinderen. Die periode heeft me wel de ogen geopend.

Nieuwe leerlingen schrijven zich in aan het Stedelijk Lyceum Olympiade in Antwerpen. Maar niet voordat ze hun handen hebben ontsmet. ‘Ik denk dat hoe harder je strest over corona, hoe groter de kans is dat je ziek wordt’, zegt zesdejaars Diana Marycheva. Beeld Damon De Backer
Nieuwe leerlingen schrijven zich in aan het Stedelijk Lyceum Olympiade in Antwerpen. Maar niet voordat ze hun handen hebben ontsmet. ‘Ik denk dat hoe harder je strest over corona, hoe groter de kans is dat je ziek wordt’, zegt zesdejaars Diana Marycheva.Beeld Damon De Backer

“Ik ga nu naar mijn laatste jaar, en ik vind dat ik er alles moet uithalen. Nog een laatste jaar genieten van de middelbare-schoolsfeer, nog een jaar mijn leraars en klasgenoten zien. Die heb ik ook gemist, ja, al hebben we veel gebeld over ons huiswerk. Ik ga niet zeggen dat ik het gevoel had dat ik geen sociale contacten meer had tijdens de lockdown, maar het is toch anders om mensen in het echt te zien.

“Ik hoop dat we het hele jaar naar school kunnen blijven gaan, en dat we nog op eindreis kunnen. De zesdejaars zijn vorig jaar niet kunnen vertrekken. Die taken maken thuis, dat was wel te doen, maar dit jaar moeten we veel presentaties maken en een sollicitatiegesprek voeren voor een jury als eindproef. Dat is toch allemaal niet simpel van een afstand, al heb ik de laatste maanden wel geleerd hoe ik online een presentatie moet geven. Daar ga ik later nog veel aan hebben.

“Onze stage is vorig jaar ook in het water gevallen, ik hoop echt dat het deze keer wel lukt: we moeten een maand ergens aan een balie werken. Ik hoop dat ik bij een museum terechtkan. Zo’n stage is toch belangrijk, al die theorie is een beetje nutteloos als je ze nooit kunt toepassen. Wat ik wel leuk vond aan het afstandsonderwijs, is dat we zelf een weekplanning konden opstellen. Ik ben heel zelfstandig, en ik had mijn schoolwerk echt onder controle.

“Bang om ziek te worden, ben ik niet, nooit geweest. Ik denk dat hoe harder je strest over corona, hoe groter de kans is dat je ziek wordt. Mijn ouders zijn ook niet ongerust, ze zijn vooral blij dat we terug naar school gaan, na een half jaar thuis zitten met de kinderen.”

Nu belangrijker dan ooit: steun kwaliteitsjournalistiek.

Neem een abonnement op De Morgen


Op alle artikelen, foto's en video's op demorgen.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar info@demorgen.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234