NieuwsDierenleed in Polen
Scheermesjes aan Poolse grenshekken houden geen mensen maar wel lynxen tegen
Polen en Wit-Rusland zijn sinds kort gescheiden door scheermesdraad. Migranten houdt het niet tegen, maar voor dieren is het een dodelijke val. De lynx dreigt helemaal te verdwijnen.
De laatste mode aan de grens tussen de EU en Wit-Rusland heet concertina. Nee, geen feestelijk orkestje maar vlijmscherpe scheermesjes aan staaldraad die over honderden kilometers wordt uitgerold om ongewenste migranten tegen te houden. Niet dat het helpt; elke dag komen een paar honderd mensen de grens over op zoek naar een beter leven in Europa. Mensen houdt het hek dus niet tegen, maar voor dieren is het een drama.
De Wit-Russische grenswacht publiceert regelmatig foto’s van herten, reeën en elanden die verstrikt in de concertina creperen. De bekende Poolse ecoloog Adam Wajrak vertelde het blad Polityka hoe deze dieren aan hun einde komen. “Ze raken gewond. Die messen rukken stukken vlees uit hun lichaam. En hoe meer zo’n dier zich probeert los te worstelen, hoe zwaarder het gewond raakt. Dat kan uren duren.”
Luilekkerland
De rollen concertina zijn niet het eerste grenshek. In 1981 begon de Sovjet-Unie met de bouw van sistjema (het systeem) om te voorkomen dat de democratische beweging Solidarnosc het communistische moederland zou aansteken. Deze hekken van gewoon prikkeldraad maakten migratie van grote dieren zoals wisenten (Europese bizons), elanden en herten moeilijk, maar daar kregen deze dieren ook wat voor terug: een strook land tussen de grens en het sistjema waar geen toerist, geen jager en geen houthakker komt. Op sommige plekken is dit luilekkerland twee kilometer breed.
Ook daarbuiten is het relatief rustig. Het gebied langs de gesloten grens is perifeer, waardoor er minder menselijke activiteit is en de natuur meer ruimte krijgt. De grens loopt door dunbevolkte gebieden, moerassen en bossen, waarvan het beroemdste het oerbos van Bialowieza is, dat op de Unesco-werelderfgoedlijst staat.
Maar het scheermeshek maakt een einde aan deze idylle. Sommige dieren hadden niet veel last van het sistjema. De wolf groef eronderdoor. De lynx klom eroverheen. Maar deze nieuwe barrière snijdt hun leefgebied in tweeën.
Fragiel ecosysteem
Het Instituut voor Zoogdierenbiologie in Bialowieza volgt al jaren nauwgezet hoe deze roofdieren zich ontwikkelen. Het is sinds twee maanden onbereikbaar voor mensen van buitenaf, omdat Bialowieza vlak aan de grens ligt en dus binnen ‘de zone’ valt: een strook van enkele kilometers breed langs de ruim vierhonderd kilometer lange grens met Wit-Rusland waar de noodtoestand is afgekondigd. Daarom is Rafal Kowalczyk naar het wisentenreservaat gekomen dat net buiten de zone ligt.
De professor laat er geen onduidelijkheid over bestaan dat het nieuwe grenshek rampzalig is voor het fragiele ecosysteem van het oerbos. “Dat hek snijdt populaties in tweeën. Dat wordt een groot probleem, vooral voor zeldzame soorten.” Het meeste gevaar loopt de lynx. Deze schuwe boskat met pluimpjes op zijn oren is een zeldzame verschijning in Europa. In het woud van Bialowieza leven er dertig à veertig.
Toen de beelden van stervende herten verstrikt in scheermessen de publieke opinie in eigen land deden opschrikken, stuurde de Poolse minister van Defensie, Mariusz Blaszczak, een Twitter-bericht de wereld in: “Binnenkort zal aan weerszijden van het grenshek gaas worden gespannen dat wild zal beschermen tegen verwonding.”
Fijn voor de herten, maar funest voor de lynx. De boskat kan prima klimmen. Met het prikkeldraad van het sistjema heeft hij weinig moeite. En het gaas van minister Blaszczak is voor hem al helemaal geen probleem. Maar die scheermessen daartussen zijn een ander verhaal. “Het is alsof een val wordt opengezet voor de lynx”, meent Kowalczyk. “Hij klimt over het gaas en valt in de scheermessen.”
Hoge muur
Maar de Poolse regering heeft alweer nieuwe, ambitieuzere en duurdere plannen. Het messendraad moet worden vervangen door een vijf meter hoge muur, zoals die aan de grens tussen Griekenland en Turkije. Volgens de hoogleraar is dat zo mogelijk nog rampzaliger. “In Wit-Rusland hebben ze echt wel ladders van zes meter. Die muur lost de vluchtelingencrisis hier aan de grens niet op, maar hij hakt wel de natuur decennialang in twee stukken.”
En opnieuw dreigt de lynx de hoogste prijs te betalen. De kat zo groot als een herdershond heeft heel veel ruimte nodig. “Een mannetje heeft soms wel een territorium van 350 vierkante kilometer”, vertelt Kowalczyk. Hij laat een kaartje zien waarop de gangen van vier lynxen zijn vastgelegd met gekleurde stipjes. Alle vier hebben ze een territorium dat zich uitstrekt aan weerszijden van de grens.
Het hek – en straks de muur – loopt dwars door hun leefgebieden. “Opeens zijn er twee gescheiden populaties.” De Poolse Bialowieza-lynxen, nog geen twintig exemplaren, zijn genetisch toch al weinig divers en dreigen nu helemaal geïsoleerd te raken. In het oosten grenst het oerbos aan andere wouden, waardoor er contact is met andere lynxenpopulaties. Maar in het westen is het bos omringd door open terrein die de lynx moeilijk kan overbruggen.
“Bij ons leven slechts twee vruchtbare vrouwtjes. Dat is heel weinig”, weet Kowalczyk. Er hoeft er maar één te sterven, bijvoorbeeld in de scheermessen, en de hele populatie wankelt op het randje van uitsterven. Maar ook zonder zo’n ongeluk is de kans groot dat ze verdwijnen.
“Hoewel de lynx al 26 jaar beschermd is in Polen is zijn situatie niet echt veranderd”, zegt Kowalczyk. “Hij is niet in aantal toegenomen en heeft zich ook niet naar westen uitgebreid zoals de wolf.” Wolven hebben de afgelopen twintig jaar heel West-Polen gekoloniseerd en zijn verder getrokken tot zelfs in België aan toe.
Prooi besluipen
Lynxen zijn, anders dan wolven, solitaire dieren en jagen op een heel andere manier. Daar is een terrein voor nodig met veel obstakels. “Een lynx moet tot heel dicht bij zijn slachtoffer sluipen, reeën of herten. Hij heeft dus dingen nodig waarachter hij zich kan verstoppen”, beschrijft Kowalczyk. “Het oerbos is daarvoor ideaal omdat er veel dode bomen liggen.”
Zelfs als de pluimoorkat zijn weg naar het westen zou vinden, dan wachten hem daar geen natuurlijke bossen. Zijn jachtstrategie werkt niet in de plankenplantages van West-Polen. Hij zal het dus moeten redden in een half oerbos.