NieuwsAanslagen Parijs
RTBF-journaliste interviewde nietsvermoedend Salah Abdeslam, enkele uren na aanslagen Parijs
Uren na het bloedbad in de Parijse concertzaal Bataclan op 13 november 2015 heeft een journaliste van de RTBF nietsvermoedend Salah Abdeslam geïnterviewd, meldt de Franstalige publieke omroep. De toen 26-jarige terrorist, die vanaf deze week terechtstaat voor zijn aandeel in de zelfmoordaanslagen waar meer dan 130 doden en bijna 400 gewonden vielen, was toen op de terugweg van de dodelijke raids.
Bij de aanslagen aan de Bataclan, een restaurant, twee cafés en het Stade de France lieten zeven zelfmoordterroristen hun bomgordels ontploffen. In tegenstelling tot zijn oudere broer Brahim (31) deed Salah Abdeslam dat niet. Hij keerde met twee handlangers terug naar Molenbeek.
De Franse veiligheidsdiensten waren in de uren na de aanslagen in de hoogste staat van paraatheid gebracht. Het leidde tot grenscontroles, onder meer aan de Frans-Belgische grens. Radiojournaliste Charlotte Legrand, die het nieuws in Henegouwen covert, kreeg de opdracht om enkele tegengehouden automobilisten te interviewen. Wat vonden die van de plotse grenscontroles? De meesten verklaarden begrip te hebben, maar klaagden dat ze zo veel tijd verloren. Zo belandde Legrand ook bij de auto van Abdeslam. De twintiger was dan nog niet de ‘publieke vijand nummer één’ en nog niet in beeld als verdachte.
Aanslagen Parijs
Reconstructie. ‘Ik keer niet terug, tenzij om een aanslag te plegen’: hoe de aanslagen in Parijs voorkomen hadden kunnen worden
Reportage. Terug naar Parijs, bij de start van het proces over de aanslagen: ‘We hebben ons niet door de terroristen laten intimideren’
“Ik herinner me het merk van de auto of de kleur niet. Er zaten drie jongemannen in die er erg moe uitzagen. Degene achterin zat gehuld in een soort anorak. De drie waren niet bijzonder vriendelijk, maar beantwoordden mijn vragen terwijl hun identiteitskaarten werden gecontroleerd”, herinnert Legrand zich. “Toen ze hun documenten terugkregen, braken ze het gesprek af en draaiden hun raam dicht. Ze brachten me wat van de wijs.”
Abdeslam zelf herinnert zich het interview ook nog. Na zijn arrestatie op 18 maart 2016 — enkele dagen voor de zelfmoordaanslagen op Brussels Airport en de metro in Maalbeek — is hij overgebracht naar de zwaarbeveiligde afdeling van de Brugse gevangenis. Hij begon er op te scheppen tegen zijn celgenoten, Mehdi Nemmouche, de terrorist van de schietpartij in het Joods Museum, en Mohammed Bakkali, die de terreurcel van Abdeslam hielp bij de organisatie van de aanslagen in Parijs. Speurders luisterden de gesprekken af, de RTBF kon de opname beluisteren.
Abdeslam: “Zij (de journaliste, red.) zei tegen mij: ‘Vind je het normaal dat er wegversperringen zijn zoals deze?’ Ik antwoordde haar: ‘Ja, dat is heel normaal, gezien de omstandigheden, na alles wat gebeurd is.’ Het was bij de derde wegversperring (de wagen van Abdeslam blijkt dus al voor de derde keer die vroege ochtend gecontroleerd te zijn, red.).”
Bakkali: “Zat je voorin of achterin?”
Abdeslam: “Ik zat vanachter.”
Bakkali: “Hoe heb je met hen gepraat?”
Abdeslam: “Ik gaf antwoorden in een microfoon.”
Bakkali: “Heb je je raam opengedaan?”
Abdeslam: “Nee, het was aan Amri’s kant. Hij gaf me de microfoon door.”
In het afgeluisterde gesprek meent hij overigens verkeerdelijk met een journaliste van RTL-TVI van doen te hebben.
Journaliste Charlotte Legrand kan het voorval nu een plaats geven. “Zonder het gepoch van Abdeslam zou ik in twijfel zijn gebleven. (... ) Ik voelde een zekere onrust. Ik was bang dat ik beschuldigingen zou krijgen dat ik niet objectief was tijdens het gesprek. Ik voelde me vreemd genoeg een beetje schuldig. En toen herinnerde ik me de feiten. Op dat moment kon ik Abdeslam gewoon niet herkennen. Noch ik, noch de politie.”