Column
Rotondes: puisten van wanstaltige hoogmoed en ingekeerdheid
Nauwelijks 24 uur na het volksfeest is er de schuldvraag: moet Johan Vansummeren vervolgd worden voor het tragische ongeval waarbij een 65-jarige vrouw een schedeltrauma opliep en in kritieke toestand werd afgevoerd? Waar ligt de rechtspersoonlijkheid van vluchtheuvels: gemeente, organisatie, publiek, renners?
Vansummeren, zelf niet ongehavend uit de aanrijding gekomen, hield het zondagavond chique: "Het enige wat nog belangrijk is, is de toestand van die mevrouw. Over de schuldvraag ga ik nu niet speculeren" - woorden van gelijke strekking. Maar, wie weet, wordt hij alsnog vervolgd voor 'opzettelijke slagen en verwondingen'. Strookt dat dan met het rechtsgevoel? Summie zullen we ons altijd herinneren als de hondsvot die na zijn zege in Parijs-Roubaix zijn lief ten huwelijk vroeg.
Niks Al Capone - aimabele pantoffelheld.
Het dramatische ongeval in de Ronde wakkert mijn allergie voor vluchtheuvels en rotondes nog aan. Vooral de laatste zijn puisten van wanstaltige hoogmoed en ingekeerdheid.
Vlaanderen is een pretpark van rotondes. Als paassnoepjes in het landschap liggen ze daar. Op de meest onzinnige plaatsen. Logica? Nul! Het argument van verhoogde verkeersveiligheid is mij ook bekend.
Maar zou het?
Ik vrees eerder dat die verschrikkelijke rotondes de nimbus van een paringsdans tussen gemeenten en aannemers zijn. Betonpooiers.
Rotondes in Vlaanderen: al even pretentieus als het Centre Pompidou in Parijs. Hemelfietsers.
Hugo Camps