opinie
Rechts moet kiezen: democratie of demagogie
Justine Lacroix is professor politieke theorie aan de Université Libre de Bruxelles (ULB). Paul Magnette (PS) is burgemeester van Charleroi.
De aanval is de beste verdediging. Wat moet je doen als je regering in een impasse zit en van alle kanten kritiek krijgt? Je creëert een afleidingsmanoeuvre, trekt rookgordijnen op en start een holle polemiek. Het delicate vraagstuk van de migratie is daar ideaal voor.
Nee, mijnheer De Wever, er is niet aan de ene kant een rechts dat aan de natiestaat gehecht is, en aan de andere een naïef, 'kosmopolitisch' links dat voor de opening van alle grenzen pleit en zich niet om het voortbestaan van de sociale zekerheid bekommert.
Onze asiel- en migratiewetten zijn de vrucht van een lange geschiedenis waarin ook links een rol gespeeld heeft. Na de Tweede Wereldoorlog waren de werkgevers de eersten die 'open grenzen' vroegen om over goedkope werkkrachten te beschikken. In die tijd kwam het verzet uit de hoek van de vakbonden, die vreesden dat men de arbeiders tegen elkaar zou opzetten. Later groeide een drievoudige consensus. Eerst een internationale, over het asielrecht voor alle slachtoffers van vervolging. Daarna een Europese consensus over een aantal grondrechten voor alle mensen, ongeacht hun nationaliteit. En ten slotte een Belgische consensus over de noodzaak om de economische migratie te organiseren en een beleid te voeren dat nieuwkomers in staat zou stellen om zich maatschappelijk te integreren door toegang tot de arbeidsmarkt te krijgen, belastingen te betalen, hun kinderen naar school te laten gaan, ...
Zich op Hannah Arendt beroepen om een natiestaat met gesloten grenzen te rechtvaardigen, is niet alleen onwetend, maar ook onfatsoenlijk. Nergens in The Origins of Totalitarianism schrijft Arendt dat we de natiestaat en zijn grenzen nodig hebben. In deze tekst uit 1951 onderzoekt ze het lot van de staatlozen in het interbellum, om aan te tonen én te betreuren dat alleen het bezit van een specifieke nationaliteit je in de praktijk toegang geeft tot de mensenrechten. Ze was zelf een balling en lang staatloos, en heeft altijd de inbreuken op de rechten van burgers, vluchtelingen en minderheden aangeklaagd. Haar woorden voor de kar van de N-VA spannen zou te belachelijk voor woorden zijn, als het niet obsceen was.
Voor progressieven zijn multilaterisme en ontwikkelingssamenwerking het enige antwoord op de fenomenen van migratie. Europese en mondiale integratie moet onder toezicht van de VN de voorwaarden scheppen voor een vrede die exodussen voorkomt. De ontwikkeling van de armste landen moet hun burgers de kans geven om zich te ontplooien. Dat alles kan alleen in een Europees kader.
Maar sinds 2014 doen België en de Europese Unie net het omgekeerde. De controle van onze buitengrenzen aan Turkije toevertrouwen, is niet alleen ineffectief maar ook schandelijk, gezien de autoritaire bocht die dat land heeft genomen. We hadden de landen van het Zuiden die het grootste aantal vluchtelingen opnemen financieel moeten steunen, opdat zij het sociale beleid zouden kunnen voeren dat onontbeerlijk is voor een goed samenleven. We hadden de Conventie van Dublin moeten hervormen, die Italië en Griekenland onredelijk belast en de migranten in een uitzichtloze situatie houdt. België draagt mee verantwoordelijkheid. En verergert het probleem. De geleidelijke ontmanteling van ons ontwikkelingsbeleid bereidt de migratiegolven van morgen voor. En suggereren dat mensen zonder verblijfsvergunning 'een aangenaam leven' leiden op kosten van de nationale solidariteit, is niet alleen een karikatuur van de feiten, maar ook een gevaarlijk spel met racistische ondertoon.
Vandaag zijn het de burgers die vermijden dat migranten onder de blote hemel moeten slapen, en de lokale overheden die 's nachts voor opvang zorgen, die het plichtsverzuim van de federale regering compenseren. Als België nog geen nieuw Calais heeft, is dat niet dankzij maar ondanks het optreden van de federale regering.
De burgers en de verenigingen die in actie komen om humanitaire rampen te voorkomen, vragen de regering niet om 'een hart' te hebben. Het gaat hier niet om emoties, maar om recht. Het recht dat verbiedt dat mensen worden teruggestuurd naar een land waar ze onmenselijk worden behandeld. De burgers en de verenigingen redden de eer van een land waarvan het internationale imago door het cynisme van de staatssecretaris wordt geschaad.
Migratie is een even fundamentele als gevoelige kwestie. Ze verdient beter dan karikaturen, simplismen en manipulerende prietpraat. Wie het democratische debat door demagogische slogans vervangt, ondermijnt de kwetsbare basis van de burgergemeenschap. Dat is de echte les van Hannah Arendt.