Premier De Croo verdedigt repatriëring kinderen uit kampen: ‘Slachtoffers van fatale beslissingen van hun ouders’

Eerder deze week raakte bekend dat ons land een nieuwe consulaire missie heeft georganiseerd om na te gaan of er nog Belgische kinderen in de Syrische kampen verblijven. Vorig jaar repatrieerde ons land zes moeders en tien kinderen uit Syrië. Hoewel er nog geen beslissing is gevallen, bestaat er dus een kans dat die repatriëring een vervolgstuk krijgt.

Koen Metsu (N-VA) en Barbara Pas (Vlaams Belang) herhaalden hun verzet. De moeders zijn volgens hen terroristen die niet mogen niet worden gerepatrieerd, stelden ze. De Kamerleden hekelden ook dat nog maar twee van de zes vrouwen die vorige keer werden teruggebracht in de gevangenis zitten. Ook wezen ze op de kostprijs van de vorige operatie.

Steun kwam er wel van Eva Platteau (Groen). “Het belang van het kind moet primeren”, zei ze. Daarbij mag de veiligheid niet uit het oog worden verloren. “De betrokkenheid van de moeders bij de misdaden van het kalifaat moet worden onderzocht. Ze moeten een gepaste straf krijgen. Maar kinderen mogen nooit gestraft worden voor de misdaden van hun ouders. Dat zouden Vlaams-nationalisten ook moeten weten.”

De premier herhaalde dat de vorige poging om alleen de kinderen terug te halen niet werd goedgekeurd door de Koerden, die de kampen beheren. Bovendien was het OCAD volgens de premier heel duidelijk. In het perspectief van de nationale veiligheid is het beter de kinderen georganiseerd terug te halen en de moeders systematisch op te volgen.