NieuwsCoronaregels
Ouders vechten mondmaskerplicht op lagere school aan bij Raad van State: ‘Compleet buiten proportie’
De Raad van State buigt zich vandaag over de mondmaskerplicht van kinderen in de lagere school. ‘Onze grondwet en het internationale recht zijn duidelijk: kinderen krijgen meer juridische bescherming dan volwassenen wanneer ingrijpende maatregelen nodig zijn. Alle maatregelen voor volwassenen moeten eerst uitgeput zijn’, zegt acteur Mathijs F. Scheepers, een van de twee ouders die de zaak aanhangig maakten.
Sinds 6 december is een mondmasker verplicht op de hele lagere school, na een beslissing van het Overlegcomité drie dagen eerder. Enkele ouders trokken toen al naar de Raad van State, maar die verklaarde zich onbevoegd: de wettelijke basis ontbrak omdat de maatregel niet in een koninklijk besluit stond, maar enkel door middel van een nieuwsbrief was gecommuniceerd.
Minister Annelies Verlinden (CD&V) van Binnenlandse Zaken verankerde de verplichting intussen wel in een koninklijk besluit. De ouders vochten ze opnieuw aan. De Raad van State hoort vandaag hun advocaten Kris Luyckx en Joost Bosquet.
Het arrest wordt in de loop van de dag of morgen verwacht. Veegt de Raad van State de verplichting van tafel, gebeurt hetzelfde als een week geleden met de cultuursector: dan gelden opnieuw de maatregelen van vóór 6 december, en moeten kinderen van zes tot tien jaar geen masker meer dragen in de klas.
“We baseren onze argumentatie op twee pijlers: de wetenschap en de wet. Het is een rationeel discours, geen emotioneel”, zegt acteur Mathijs F. Scheepers, die een van de drijvende krachten achter de zaak is. Hij heeft een zoon van zes, die wegens medische redenen zelf geen mondmasker op school moet dragen. Maar de zaak gaat hem zodanig ter harte dat hij, samen met de andere ouder Sophie D’Hulst toch doorzette.
“We baseren ons enkel op onderzoek van Sciensano, de Risk Assessment Group en de GEMS. We wilden er geen andere wetenschappelijke studies bij halen, omdat de wetgeving bij ons ook enkel gebaseerd is op onderzoek van deze instellingen. Die zijn al duidelijk genoeg: kinderen belasten het zorgsysteem niet omdat ze niet zwaar ziek worden én de transmissie van kinderen naar volwassenen is niet bewezen. Wat wel bewezen is, zijn de negatieve gevolgen, zowel op fysiek en psychologisch als op pedagogisch vlak. Leer een kind van zes maar eens lezen met een mondmasker.”
Ook wetgevend heeft de overheid haar huiswerk niet goed gedaan, meent Scheepers, die zelf een kandidatuursdiploma in de rechten heeft. “Het is een compleet disproportionele maatregel. Onze grondwet, het Europees Verdrag van de Rechten van de Mens en het Kinderrechtenverdrag van de VN zijn duidelijk: pas als alle maatregelen voor volwassenen zijn aangewend, mogen er worden opgelegd aan kinderen. Dat is in de zaak van de mondmaskers niet het geval: mensen mogen op kantoor en op café zonder mondmasker zitten.”
Hij maakt zich sterk dat het dossier voldoende solide is. “Voor de Raad van State zijn er twee voorwaarden: de wetgeving moet juridisch bewezen verkeerd zijn en er moet onmiddellijke schade zijn. Wij denken dat ons dossier daaraan voldoet.”