Reportage
‘Op de psychiatrische afdelingen waren er kinderen die ronduit zeiden: ‘Stop hiermee’. Dat is best heftig’
In het UZ Gent kregen de kinderafdelingen tijdens de eindejaarsperiode een ‘petite visite’ van theaterhuis Kopergietery. De helden die ze meebrachten – van Niels Destadsbader tot lokale brandweermannen – moesten vuurwerk naar het ziekenhuisbed brengen. ‘Ik heb vooral veel geluisterd eigenlijk.’
“We mogen wel zwaaien, toch?” In een klein vergaderkamertje op de vierde verdieping van het kinderziekenhuis in het UZ Gent, de pediatrische afdeling, zitten een twintigtal BV’s en brandweermannen opeen gekneld voor een briefing. Niet elke ouder staat te springen voor een bezoekje van Koen Wauters, Lize Feryn of Wim Helsen, maar die laatste probeert het begrip ‘liever niet’ toch wat op te rekken. De pedagogische medewerker knikt: zwaaien mag altijd.
Met een lijstje in de hand, waarop staat welke kamers toegankelijk zijn en hoe oud de kinderen zijn, worden de ‘helden’ uitgestuurd met een missie: een beetje warmte brengen naar kinderen die tijdens de kerstperiode aan dat kille ziekenhuisbed gekluisterd zijn.
Terwijl de groep nog wat onwennig in het gangpad staat te turen, trekken Helsen en Bruno Vanden Broecke er als twee padvinders op uit. Ze lijken klaar om, gewapend met ukelele en humor, een kamer helemaal op stelten te zetten. Maar wanneer de deur van nummer 60 opengaat, wordt een soort resetknop ingeduwd. “Ze heeft een hersenvliesontsteking”, zegt de moeder van Nore. De blikken worden wat ongerust. “Maar ze is wel aan de betere hand.” Oef.
Het tekent de bezoekjes die we doorheen de namiddag volgen. Soms ligt er een 14-jarige bakvis zoals Luna in de kamer die ‘Verover Mij’ woord voor woord meelipt met Niels Destadsbader, een andere keer kijkt een kleine peuter nogal verward naar al die de vreemde gezichten die plots een dansje opvoeren. Achter elke deur wacht een ander verhaal, en een andere sfeer. “Op de psychiatrische afdelingen waren er kinderen die ronduit zeiden: ‘Stop hiermee’. Dat is best heftig”, zegt Willem Jaques van de Kopergietery.
Helden, groot en klein
Het Gentse theaterhuis deed de zogenaamde petites visites al eens in 2012, toen enkel op de dienst kinderoncologie. Zeven jaar later bezoeken ze alle diensten, gespreid over vier dagen: van kinderpsychiatrie tot intensieve zorgen.“Elk jaar doen we een kerstvoorstelling, maar we willen ook iets doen voor de kinderen die daar niet bij kunnen zijn”, zegt Cindy Godefroi, die samen met onder meer theatermaker Joris Hessels het project coördineert.
Een grote BV-show hoeft het niet te zijn, zegt ze. “We spelen liever met het begrip ‘helden’, groot of klein.” De kleine – de brandweermannen dus – zijn op een kinderafdeling vaak de grootste hit, terwijl de bekende koppen toch licht gespannen aan de bezoekronde beginnen.
“Er zit zo’n grote intensiteit in die gesprekken”, zegt schrijfster Griet Op de Beeck. Op de psychiatrische afdeling spendeerde ze een uur met twee 16-jarige meisjes. “Ze waren heel eerlijk over wat ze hebben meegemaakt. Dat heeft mij bij de strot gegrepen, maar het was wel een écht contact dat iets betekende. Soms denken we ons er met een berichtje van af te kunnen maken, maar weten we niet waar iemand echt van wakker ligt. Wel, van die meisjes weet ik dat nu.”
Wie de bezoekjes het meest raakt – ouders, kinderen of helden – is soms moeilijk te zeggen. Maar dat ze deugd doen, lijdt geen twijfel. Zo treffen mucopatiënte Houda El Bali (17), die eigenlijk gewoon even kwam ‘hangen’ op de kinderafdeling, en Charlotte Vandermeersch elkaar voor een gesprekje.
“We hebben gewoon wat gebabbeld, over acteren en talen. Dat zijn echt happy vibes”, zegt Houda. Haar maskertje kan niet verhullen dat er een dikke glimlach achter zit. De twee hebben zelfs nummers uitgewisseld. “Zeven jaar geleden was ik er ook bij en ontmoette ik een kindje van wie ik nadien vaak dacht: hoe zou het er nog mee gaan?”, zegt Vandermeersch. “Dat zijn kleine dingen die misschien het verschil kunnen maken.”
Kippenvel
Kleine dingen, zoals een vlug uit de mouw geschud kinderliedje. In kamer 62 staat Vanden Broecke op het punt het vertrek aan te kondigen, maar Helsen zegt, na een bijzonder zwaar verhaal: ‘Speel toch maar iets.’ Chase, zo’n negen maanden oud en onophoudelijk aan het huilen, hoort zijn net in elkaar geknutseld lijflied en stopt als bij wonder met wenen. Iedereen in de kamer heeft kippenvel.
“Twee weken geleden zat ik er echt volledig door, wilde ik het uitroepen van verdriet”, zegt de moeder van Chase. Of het bezoekje deugd deed, vraag ik. Ze valt wat stil. “Ik weet niet goed hoe ik dat moet verwoorden. Maar soms doet het gewoon al wonderen eens je verhaal te kunnen doen aan iemand die geen verpleger of familie is.”
Het bezoek wordt afgerond met een Petites Visites-zangstonde in een inkomhal die ongeveer een graad warmer lijkt dan een dikke twee uur eerder. De helden nemen selfiegewijs afscheid, en terug op de benedenverdieping pakt Wim Helsen een licht verraste Niels Destadsbader bij de schouders.
“En Wim, hebt ge zo wat dingen voorgelezen of verteld”, vraagt Destadsbader. Helsen: “Ik heb vooral veel geluisterd eigenlijk.”
Zondag organiseert Kopergietery een ‘Petite Benefiet’, waarbij de kerstvoorstelling plastiekBERTRAND via livestreaming op de kinderafdelingen van het UZ Gent te zien is.