Onvoltooid maar niet onbemind
Onafgewerkte schilderijen prikkelen de verbeelding. En toch staan we er zelden bij stil. Nico Van Hout schreef er een meeslepend boek over - een schaduwgeschiedenis van de kunst.
Dood, politieke omwentelingen of desinteresse. Er zijn diverse redenen waarom schilderijen onvoltooid bleven. Vanaf het impressionisme werd het onafgewerkte bijna de essentie van een kunstwerk: de toeschouwer moet het maar zelf in zijn geest afwerken.
Nico Van Hout, conservator in het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten van Antwerpen, brengt 49 kunstenaars en hun werk samen, van Jan van Eyck tot Piet Mondriaan. Het zijn er geen 50, dat is ongetwijfeld een knipoog van de auteur: het is zijn manier om het boek 'onvoltooid' te laten. Over de oude meesters en hun zeer uiteenlopende redenen om een doek niet af te werken, vertelt Nico Van Hout menige heerlijke anekdote.
Neem nu het schilderij van Benjamin West uit 1783, waarin Amerikanen en Britten een vredesverdrag ondertekenen. Of beter: waarin de Amerikanen inmiddels al meer dan tweehonderd jaar op de Britse gezanten zitten te wachten, want het 'Britse deel' van het schilderij is nooit ingevuld. De reden is vrij eenvoudig: terwijl Benjamin West aan het doek bezig was, viel de Britse regering. De Britse gevolmachtigde Richard Oswald werd ervan beticht eerder de Amerikaanse dan de Britse belangen te dienen. Hij had, samen met zijn secretaris, in het rechterdeel van het schilderij moeten prijken. Zijn opvolger bedankte er voor om te poseren: het verlies van de Amerikaanse kolonies was voor de Britten een pijnlijke nederlaag, waaraan ze liever niet herinnerd werden.
Een minstens even boeiend verhaal is verbonden met een monumentaal schilderij van Jacques-Louis David. Hij wilde de historische Eed op de kaatsbaan vereeuwigen in een doek van 5,5 bij 9,5 meter. Op 17 juni 1789 was op die kaatsbaan een menigte Franse revolutionairen samengetroept om de burgemeester van Parijs te horen zweren dat een nieuwe, grensverleggende grondwet zou worden opgesteld. Verder dan naakte lichamen in pathetische houdingen en ingekleurde hoofden raakte David nooit. Toen hij aan het schilderij bezig was, veranderde de politieke situatie compleet: een revolutionair viel in ongenade, twee andere zochten toenadering tot de monarchisten en enkele leiders verloren hun geloofwaardigheid. Het nauwelijks begonnen doek werd opgerold en daarna versneden om het te kunnen verkopen.
Niet alleen politieke omstandigheden gooiden roet in het eten. Doeken bleven onafgewerkt door de dood van de schilder, zoals Het buitenhuisje van Jourdan (1906) van Paul Cézanne, die verrast werd door hevige regenval, op weg naar zijn atelier viel en uren in het gure weer bleef liggen. Nico Van Hout schuift de hypothese naar voren dat een ander doek van Cézanne, De tuin van Les Lauves (1906), onafgewerkt is. Door het verslechterende gezichtsvermogen van de schilder, die al enige tijd aan suikerziekte leed, zou het onvoltooid zijn gebleven.
Soms is ziekte in het spel (Apollo en Daphne uit 1664 van Poussin) of onenigheid met de opdrachtgever (Rembrandts De eed van Claudius Civilis en de Batavieren in het heilige woud uit 1661). Rubens gaf het tweede deel van de Maria de Medici-cyclus op voor een veelvoud van redenen: opdrachtgevers die het niet met elkaar eens raakten, steeds wijzigende onderwerpen en afmetingen, een labiele politieke situatie en uitbetalingen die al te lang op zich lieten wachten. We houden er wel de schitterende schets op groot formaat Hendrik IV in de slag bij Ivry aan over, die nu in het Rubenshuis hangt. Die voorbereidende compositie laat zien hoe Rubens zijn werken opbouwde. Door dit onvoltooide schilderij kunnen we als het ware meekijken over de schouder van de meester.
Sommige schilders wilden of konden hun werk niet voltooien: door zijn immer zoekende geest kón Da Vinci zijn Hiëronymus (1488-90) niet afwerken. En ook Mondriaan bleef maar werken aan zijn laatste schilderij, Broadway Boogie Woogie (1944). Tot zijn dood het werk voltooide. Vaak blijkt een 'onvoltooid werk' helemaal niet 'onvoltooid' te zijn. Van Gogh liet in zijn Straat in Auvers-sur-Oise grote delen van de blauwe lucht doelbewust onbeschilderd en liet het canvas de rol van wolken spelen: na de impressionisten werd het onvoltooide immers een artistieke strategie.
Nico Van Hout heeft het onvoltooide schilderij in al zijn vormen op de kaart gezet. En er is zelfs genoeg materiaal om een vervolg te schrijven. Maar misschien dringt zich nu eerst een tentoonstelling van al dat fraais op.
Nico Van Hout, Het onvoltooide schilderij, Ludion, 229 p., 39,90 euro