Oe is't?
Oe is't? "Ons bushok is een knooppunt van contacten"
Matthias M.R. Declercq en Jonas Lampens rijden voor deze rubriek lukraak door het land en klampen mensen aan met de simpele vraag: ‘Meneer, mevrouw, oe is’t?’ Vandaag: een bibliotheek in Lambermont.
Er is de Lambermont, de ambtswoning van de premier. Er zijn de Lambermont-akkoorden, die de vijfde staatshervorming van België vastlegden. Lambermont is ook een deelgemeente van Verviers, in de provincie Luik.
Het minst bekende Lambermont ligt aan de andere kant van de landkaart, nabij Florenville en de Franse grens. Daar is Lambermont niet eens een dorp. Het is een gehucht dat tot Muno behoort, dat dan weer een deelgemeente is van Florenville. In dit Lambermont wonen nog geen honderd mensen. “Hier valt niks te beleven”, zegt een passant.
Het is zomer. Het is warm. En er valt in Lambermont inderdaad niks te beleven. Maar dan zie je een bushok dat is omgebouwd tot een bibliotheek en tref je Pascale Lambert, de initiatiefneemster van de bib, en merk je dat Lambermont meer doet dan de plek laat zien.
Op de vraag hoe het met haar gaat, zegt Pascale: “Bijzonder goed.” Ze geeft les op de lagere school een paar kilometer verderop – Lambermont heeft geen eigen school – en geniet van de zomervakantie. Die staat kennelijk in het teken van de sociale cohesie. “Ik heb tijd om me te engageren”, zegt Pascale. “Het klopt dat hier weinig te beleven valt. Die rust heeft ook een reden: er is een groot verloop aan inwoners. De huurprijzen zijn hier bijzonder laag. Mensen komen naar hier uit economische noodzaak.
“Onze inwoners hebben het niet al te breed en hebben vaak het geld niet om op reis te gaan of een pretpark te bezoeken. Er zijn weinig middelen voor cultuur. Dus blijven mensen gewoon thuis en moet je die cultuur zelf creëren. Je moet een manier zoeken om mensen met elkaar in contact te brengen. Moeilijk is dat niet. Gewoon actie ondernemen.
“Samen met Christine Van Acker, een Brusselse schrijfster die wat verderop in de straat woont, heb ik een oude koelkast volgestouwd met boeken en die kast op het voetpad geplaatst. Je kon er zomaar boeken uitnemen, zonder enige vorm van registratie of betaling. Evengoed kon je er boeken in achterlaten. Het concept sloeg aan. De koelkast is zelfs al verleden tijd. We kregen toestemming om een oud bushokje in te palmen en creëerden zo onze eigen bibliotheek.
“En het werkt. Het bushok is een knooppunt geworden. Mensen laten boodschappen achter voor toekomstige lezers en ontdekken boeken waar ze nooit eerder van hebben gehoord.
“Kijk, je kunt vruchteloos wachten tot er iets gebeurt, je kunt hopen dat een of andere overheid actie onderneemt, maar je kunt ook gewoon iets dóén. Hoeft niks te kosten. Het vraagt niet veel tijd, alleen een beetje engagement en burgerschap. Als ik zie dat in dat bushok vreemden met elkaar praten, dan ben ik echt een gelukkige mens.”