InterviewAmir Bachrouri en Alexandra Smarandescu
‘Nu moeten we zogezegd oudere mensen een koffie ‘gunnen’? Oké, maar waar blijft het gunnen van onze vrije tijd?’
Onze jongeren liggen mentaal aan het infuus. Voorzitter van de Vlaamse Jeugdraad Amir Bachrouri (18) en voorganger Alexandra Smarandescu (24) maken een stand van zaken op. ‘Was er een uitgewerkt aanbod geweest, dan was die jongen misschien niet uit dat raam gevallen.’
“Ik lijk wel mijn moeder”, lacht Alexandra Smarandescu. “Als ik weet dat Amir op televisie komt, staat dat in het rood aangeduid in mijn agenda. Ik ben zo trots als ik hem bezig zie.” Eind januari gaf ze het voorzitterschap van de Vlaamse Jeugdraad door aan Amir Bachrouri. Hij is, met 18 lentes op de teller, de jongste voorzitter ooit; het lijkt hem amper te deren. Met bravoure pendelt Bachrouri van Terzake naar De zevende dag, allemaal om een sprankel perspectief te bemachtigen voor de jeugd. En om het uit te leggen na La Boum, het feestje in het Ter Kamerenbos, of wanneer jongeren op de Antwerpse Scheldekaaien dan wel het strand van Knokke-Heist ‘clandestiene’ feestjes houden.
Maar afgelopen week is Bachrouri wat op zijn honger blijven zitten – en niet alleen door de ramadan. “Dat de tweede en derde graad na de paaspauze niet volledig opengaan, betreur ik ten zeerste”, zegt hij na het Overlegcomité. Vanaf 8 mei lonkt er wel een lichtpuntje: georganiseerde buitenactiviteiten van maximaal 25 personen voor jongeren tot en met 18 jaar. “Ik hoop het. Drie weken is nog lang en er hangt een grote virologische ‘maar’ aan vast. Ik weet niet of we nog een opdoffer aankunnen.”
De emmer lijkt bij veel jongeren tot op het randje gevuld. Sla een willekeurige krant open, en je ziet het ergens wel in grote letters staan: de jeugd kreunt, de jeugd lijdt, de jeugd is deze klotesituatie helemaal beu.
Ervaren jullie dat zelf ook?
Smarandescu: “In het begin hoorde ik nog mensen zeggen: ‘Collectief wat gas terugnemen, dat is niet per se slecht.’ Die positieve kijk is helemaal verdwenen. Ik zie het bij al mijn vriendinnen. Iemand die enkele maanden geleden aan haar eerste job is begonnen en haar collega’s nog nooit ontmoet heeft. Een andere persoon die single is en van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat alleen thuis zit. Het weegt. Al vind ik wel: er is nog een verschil tussen de jongeren die het gewoon ‘beu zijn’ en zij die zich ook nog eens zorgen moeten maken over geldzorgen of andere basisbehoeften.”
Bachrouri: “Dat klopt. Als voorzitter krijg ik heel wat DM’s (een ‘direct message’ via sociale media, MIM) binnen van jongeren die hun frustraties even kwijt willen. Daar zitten soms verhalen bij die naar de keel grijpen. Kinderen die bang zijn dat hun ouders hen zullen slaan, alcoholproblemen op het thuisfront, enzovoort. Het debat focust heel erg op het terugwinnen van de festivals, en ja, sommige studenten willen gewoon nog eens goed feesten. Maar anderen snakken gewoon naar een les in de aula omdat ze zich thuis niet kunnen concentreren of eenzaam zijn op kot. Die noden blijven te vaak onder de radar.”
Smarandescu: “Het is trouwens geen opbod: ‘Welke groep heeft het nu het allerslechtst?’ Zo lijkt het soms wel in de media.”
In onderzoeken en barometers kleurt het mentale welzijn van jongeren wel roder dan de rest. Waarom?
Smarandescu: “Er valt daar niet zomaar één etiket op te kleven. Voor elke jongere is dat een samenspel van verschillende redenen.”
Bachrouri: “De enige tendens die je kan ontwaren, is dat er een serieuze rem staat op ontwikkeling. Dat herken ik zelf ook heel erg. Ik ben nu aan mijn eerste jaar aan de UAntwerpen begonnen, maar ik heb nog quasi niemand gezien. Vorig jaar vielen de honderd dagen weg en de Italië-reis waar je je hele schoolcarrière naar uitkijkt. Er was ook geen proclamatie waar we met z’n allen ons hoedje in de lucht konden gooien. Dat zijn allemaal dingen die je nooit meer opnieuw kan doen, en het stapelt maar op.”
Smarandescu: “Veel jongeren kampen met een gemis: ‘Als ik dat wél had kunnen doen, voelde ik me nu misschien anders.’ Rationeel valt dat ook te verdedigen. Tussen je 15de en je 30ste levensjaar bevinden zich de meeste mijlpalen. Vraag aan eender wie van middelbare leeftijd: ‘Wat heeft uw galabal of eerste job betekend? Heeft het u gevormd als mens?’ Ik denk niet dat iemand dat zal ontkennen.”
Bachrouri: “Ik hoor vaak dat de jeugd mag stoppen met zich zo aan te stellen, met zeuren en zagen. Maar er zijn onderzoeken die aantonen: jongeren van 16 tot 25 jaar hebben het op cognitief vlak extra zwaar.”
‘We zien veel meer jongeren met acute zelfmoordgedachten of jongeren met eetstoornissen’, zei topmagistrate Ine Van Wymersch in deze krant (DM 10/04). Naar schatting 23.000 minderjarigen vonden de laatste maand geen gepaste psychische hulp, claimt de sector.
Smarandescu: “Dat zijn dan nog enkel de signalen die doorsijpelen, ook via jeugdwerkers. Van sommige jongeren horen we simpelweg niets meer, we horen hun noodkreten zelfs niet. Beleidsmakers wachten nu vaak op algemene cijfers om in te grijpen, maar dan is het meestal te laat. We hebben echt een maatschappelijk dashboard nodig voor die zaken, net zoals voor de besmettingscijfers.”
Bachrouri: “Niet iedereen heeft de kans om naar de zelfmoordlijn te bellen. Jongeren geven in berichtjes soms heel expliciet aan dat ze niet weten waar ze met hun zorgen terecht kunnen. ‘Ik kan de leerstof niet meer volgen en ik durf het niet zeggen aan de leerkracht.’ Ondertussen groeit de leerachterstand voor die persoon en niemand die er iets van weet. Dan zijn we als maatschappij aan het falen.”
Is het kosten-batenplaatje van deze epidemie volgens jullie in evenwicht?
Smarandescu: “Sowieso zal de echte maatschappelijke schade pas na deze crisis zichtbaar worden. Staat het nog in balans met elkaar? Dat denk ik eerlijk gezegd niet. Maar ik zou ook niet in de schoenen van de regering willen staan.”
Bachrouri: “Kijk, is een avondklok virologisch legitiem? Voor zo’n vraagstuk voel ik mij niet meteen geplaatst. Maar ik woon zelf in Borgerhout; net zoals in vele Brusselse wijken waren er daar toch wel wat opstootjes. Veel jongeren wonen er met een grote familie in een klein appartement. Die gasten hebben ruimte nodig, maar net in die dichtbevolkte wijken worden de meeste GAS-boetes gegeven. Vooral de band met de politie is onder spanning komen te staan. Het leidt tot Adil, die vlucht voor een controle. Het leidt tot een 21-jarige jongen die tijdens een lockdownfeestje uit het raam valt (vorige zondag na een interventie, MIM).
“Die spanningen zullen blijven optreden zolang we geen activiteiten in een georganiseerde context voorzien. Kleine zaken kunnen echt wel het verschil maken. Als je bijvoorbeeld toch al krijtcirkels op de grond zet zoals in Gent, zou het dan zo veel schelen als daar ook een dj of artiest optreedt? Dat soort creatieve oplossingen mis ik wel een beetje. Er wordt te snel ‘den blok’ op gelegd.”
Intussen is er al een nieuwe La Boum gepland op 1 mei. De ultieme uiting van die onderhuidse spanningen?
Smarandescu: “Het lijkt nu alsof iedereen daar met voorbedachte rade was om rellen te stoken. Die intentie had de meerderheid wellicht niet. Maar met zo’n grote groep escaleert het makkelijk, zowel voor politie als mensen in de massa is het moeilijk in te schatten wanneer de grens precies wordt overschreden.”
Bachrouri: “Ik heb na de eerste keer al duidelijk gesteld: zo’n samenkomst is niet oké, omdat er duidelijke epidemiologische risico’s aan verbonden zijn. Maar het ging niet alleen om corona-ontkenners en egoïsten. In de marge hoorde ik ook verhalen van jongeren die zeiden: ‘Het was één keer, en het was nodig. Anders zou ik er mentaal onderdoor gegaan zijn.’
“Waren er veilige alternatieven, met mondmasker zelfs, dan hadden velen daar zeker oren naar gehad. Nu gingen ze op eigen houtje samentroepen, met onveilige situaties als gevolg. Dan betrap ik mezelf toch op de gedachte: was er zo’n uitgewerkt aanbod geweest, dan was die jongen misschien niet uit dat raam gevallen.”
Smarandescu: “Zelf heb ik als voorzitter ook maanden gepleit voor georganiseerde proeftuinen, testevents die je op kleine schaal uitrolt en daarna bijstuurt en vergroot.”
Maar?
Smarandescu: “Er is ons altijd voorgehouden dat zoiets moeilijk te organiseren valt. Ik heb nooit beweerd dat het makkelijk is, maar er staan zo veel mensen klaar met goesting en ervaring om daar aan te beginnen. Ik betwijfel of er wel een geldig excuus is.”
De meeste politici hebben hun jeugdige jaren ver achter zich. Is er genoeg voeling met jullie leefwereld?
Bachrouri: “(aarzelt) Ik merk dat onze minister van Jeugd Benjamin Dalle (CD&V) echt op pad gaat om verhalen te rapen, en ook minister Ben Weyts (N-VA) heeft zich verweerd in het onderwijsdebat. Als Vlaamse Jeugdraad hebben we natuurlijk vooral contact met het Vlaamse niveau. Maar er is ook het federale niveau, en daar zit je toch wel met twee puriteinse persoonlijkheden – premier Alexander De Croo (Open Vld) en minister Frank Vandenbroucke (Vooruit) – die een strenge aanpak hanteren.
“Ik weet niet of de leeftijdskloof ons parten speelt. Je hoeft echt geen Conner Rousseau (Vooruit) te zijn om voeling te hebben met de jeugd. Het ontbreekt vooral aan concrete acties, niet aan animo of begrip. Ik hoop en denk alleszins dat we kunnen wegen op het beleid.”
Smarandescu: “Dat is ook zo, Amir. Of een minister dat nu wil of niet, binnen elke bevoegdheid hebben jongeren een voet tussen de deur. Van de toekomst van werk tot psychisch welzijn. Maar ik heb ook gemerkt: we blijven een land van compromissen. De bal aan het rollen krijgen, is vaak moeilijk. Maar eens dat gebeurt, gaat het soms snel. Kijk maar naar de vaccinatiecampagne.”
Viroloog Emmanuel André zei in deze krant (DM 12/04) dat jongeren voorrang zouden kunnen krijgen als de brede bevolking aan zet is. Op hetzelfde moment wordt er gesteld dat jongeren gevaccineerden privileges moeten gunnen. Hoe kijken jullie naar dat debat?
Bachrouri: “Met die privileges heb ik het wel wat moeilijk. Er is ons op voorhand duidelijk gezegd dat het nooit zo ver zou komen, en dan moeten we nu zogezegd oudere mensen een koffie ‘gunnen’? Oké, maar waar blijft het gunnen van onze vrije tijd? Telkens wanneer de cijfers omhoog gaan, lijken jongeren weer naar het achterplan te verdwijnen en moeten we from scratch beginnen.”
Smarandescu: “De belofte van ‘absolute prioriteit voor jongeren’ bij aanvang van de tweede golf is inderdaad niet waargemaakt. Ik hoor nu wel veel volwassenen zeggen: die vaccinatie kan gerust even wachten. Tegelijk zijn er jongeren die liefst hun ouders eerst ingeënt zien. Waarom spelen we daar niet gretiger op in en voeren we straks geen brede campagne op maat van ieders wensen, in plaats van op basis van leeftijd? Degenen die zich willen vaccineren schrijven zich in en degene die willen wachten laten dit nog even aan zich voorbij gaan.”
Bachrouri: “Wat Emmanuel André voorstelt, is alleszins een piste die we moeten verkennen. Maar er zijn meer pistes om de jeugd zo veel mogelijk ademruimte te bieden. Vooral duidelijkheid richting de zomer is nu cruciaal. Last minute een neen krijgen over de jeugdkampen, zoals voor de paaspauze het geval was, is niet voor herhaling vatbaar. Dan gaan we zwaar op tafel slaan.”
Smarandescu: “Dat zou niet mogen gebeuren. Vorige zomer hebben we al bewezen dat het kan op een veilige manier, met amper besmettingen. 0,2 procent om precies te zijn.”
Hoe mag jullie eigen zomer er uitzien straks?
Smarandescu: “Ik denk dat ik net als heel veel jongeren aan het wachten ben op een ‘go’ om opnieuw te kunnen reizen. Het hoeft niet ver te zijn, een roadtrip met twee of drie vrienden klinkt eigenlijk al fantastisch.”
Bachrouri: “Ik durf geen concrete voorspellingen meer te doen, maar ik droom natuurlijk wel. Van een hemelsblauwe zee en exotische oorden, om eventjes helemaal tot rust te komen en het voorbij jaar van me af te laten glijden.”
Smarandescu: “Maak je niet te veel illusies over tot rust komen als voorzitter, ze weten je overal te vinden. Ik was anderhalf jaar geleden met vriendinnen een vulkaan in Indonesië toen De afspraak weer maar eens belde.”
Bachrouri: “Dan neem ik mijn gsm gewoon niet mee.”