Nederland
Nu de politie is gestopt met 'wietvluchten', gaat de Nederlandse boerenbond het zelf maar doen
De Nederlandse Land- en Tuinbouwbond (LLTB) gaat drones inzetten om hennepplanten op te sporen die door criminelen worden geteeld tussen de maïsplanten. De boerenbond springt daarmee in het gat dat vorig jaar in Nederland is ontstaan, toen de politie stopte met de controles vanuit de lucht omdat de overlast van hennepteelt in het buitengebied tot een minimum was teruggedrongen.
"Zo'n helikopter is duur", verklaart een politiewoordvoerder. "We moeten keuzes maken. De trend was dat we steeds minder hennepplanten vonden. We controleren niet meer vanuit de lucht, alleen op de grond."
"Dit is voor ons de reden om de handschoen op te pakken en zelf vanuit de lucht controles uit te voeren", zegt LLTB-voorzitter Léon Faassen. Hij wil voorkomen dat criminelen na het stoppen van de 'wietvluchten' door de politiehelikopter hun kans weer schoon zien. "We willen geen criminaliteit in onze velden", aldus de boerenleider.
De bond koopt zelf een drone met 'ultra HD-camera's', maar roept ook leden met een drone op zich te melden. De controlevluchten zullen in september plaatsvinden. Het CDA is kritisch over de bezuinigingsmaatregel van de politie. "Boeren moeten zelf de hennepmaffia ontmaskeren, omdat de politie is gestopt met wietvluchten. Kwalijk!", twitterde het Nederlandse CDA-kamerlid Madeleine van Toorenburg.
Boeren moeten zelf de hennepmaffia ontmaskeren, omdat de politie is gestopt met wietvluchten! Kwalijk. De boeren betalen nu de prijs. pic.twitter.com/Ex6q8eiqS9
— M van Toorenburg (@MvanToorenburg) 18 mei 2017
Politie, justitie en boerenbond werken in Nederlands Limburg al jaren samen in het als succesvol omschreven hennepbestrijdingsproject. Want criminelen bleken na de eeuwwisseling steeds vaker stukken maïsakker te kraken: hennepplanten stiekem tussen de manshoge maïs laten meegroeien en ze net voor de maïsoogst oogsten. 'Guerrilla farmers' werden ze genoemd. "Het grondwater staat vrij hoog, de maïs geeft beschutting tegen wind en regen, de grond is bemest en de wietplanten zijn goed te verbergen", zei een kweekspecialist destijds in de Nederlandse krant de Volkskrant.
Guerrilla farmers
Het was een lucratieve activiteit voor criminelen, maar niet altijd. De hete zomer van 2003 bezorgde de guerrilla farmers een onverwachte strop omdat de maïs drie weken eerder werd geoogst, terwijl de hennepbloemen nog niet rijp waren. Sommige boeren hakselden de wietplanten vrolijk met de maïs mee en voerden het mengsel aan het vee. "Dat kleine beetje wiet wordt zo enorm verdund in de maïs, daar merken de koeien niks van", zei een boerin.
Mede omdat de boeren in die hete zomer tijdens de vervroegde oogst op zoveel wiet stuitten, werd in 2004 begonnen met de hennepbestrijding. Na de eerste successen in het Nederlandse Noord-Limburg werd het project in 2009 uitgebreid naar Midden-Limburg. In dat jaar werden 45.000 planten gevonden, waaronder twee enorme wietplantages van 13.000 en 15.000 planten.
Steeds inventiever
Als reactie daarop namen wiettelers hun toevlucht tot kleinere plantages op meer percelen. In 2012 werden 123 wietpercelen op maïsakkers aangetroffen, met in totaal 5.000 planten. De politie constateerde tijdens de wietvluchten ook dat de criminelen steeds inventiever werden om hun waar te verbergen: ze rooiden niet meer hele stukken maïsakker - want dat viel wel erg op vanuit de lucht - maar haalden er bijvoorbeeld steeds één maïsplant uit en tien planten verderop weer één.
Ruim 200 boeren met ongeveer 550 akkers namen de afgelopen jaren deel aan het project. Ze plaatsten allemaal oranje jerrycans op hoge stokken in het veld, ten teken dat de akker zowel over de grond (drie maal per teeltseizoen) als vanuit de lucht wordt gecontroleerd. Dat werkte ook preventief: in 2015 werd geen enkele hennepplant aangetroffen. Vorig jaar was het echter wel weer raak: een boer stuitte op wiet tussen de maïs. Hij meldde de vondst bij de politie, die de illegale planten rooide en vernietigde.