AchtergrondJustitie
Nainggolan is niet de eerste, en zeker niet de laatste voetballer die het voor de rechter mag uitleggen
Antwerp-speler Radja Nainggolan is lang niet de eerste profvoetballer die voor de politierechter moet verschijnen. Hij zal heus niet de laatste zijn. ‘Ik heb zelfs een typevonnis voor voetballers.’
Kuren. Fratsen. Sla er de berichtgeving over Radja Nainggolan op na, en je snapt meteen dat (roekeloos) rijden onder invloed een diepgeworteld maatschappelijk probleem is. De kersverse Antwerp-speler reed om 4 uur ‘s ochtends met liefst 100 km/u door centrum Antwerpen en legde een positieve ademtest af, waarop hij zijn rijbewijs voor vijftien dagen moest inleveren.
Een extra sanctie van zijn club lijkt er niet te komen. De club heeft Nainggolan ‘gezegd waar het op staat’, en apprecieert dat de speler ‘via zijn raadsman’ excuses heeft aangeboden. De uitleg van advocaat Omar Souidi: “Hij heeft zich laten onderdompelen in een warm nostalgisch bad en was omringd met vrienden van weleer. Zo’n avond beleef je meer met jouw hart dan met ratio.”
“Eenmalig en uitzonderlijk”, aldus Souidi. Dat is het eigenlijk al niet. Nainggolan blies in 2017 positief in Sint-Niklaas na een EK-wedstrijd. Op maandag wees verkeersexpert Johan De Mol (UGent) er in deze krant ook al op dat er bijna elke maand wel een profvoetballer in het nieuws komt vanwege een verkeersovertreding.
Ook Rudi Sierens, oud-politierechter in Brugge, liet het zich enkele jaren geleden al zuchtend ontvallen: “Godgeklaagd is het, de profvoetballers die met hun zware auto’s veel te snel rijden.” Er zijn de beruchte gevallen: een dronken Jonathan Legear die in 2012 in een tankstation reed, of Jordan Lukaku die al politierechtbank-bingo speelde in Brugge, Sint-Niklaas, Aalst en Dendermonde. Er zijn de tragische gevallen: Junior Malanda (2015, als passagier) of François Sterchele (2008, als bestuurder) die stierven na een ongeval met ‘onaangepaste snelheid’.
Supporters
Cijfermateriaal is niet meteen voorhanden. “In mijn ervaring is het niet zo dat voetballers eruit springen in de rechtbank, eerder de supporters”, stelt politierechter Koenraad Willebrords (Torhout). Een analyse van Vias Institute toonde effectief aan dat in de uren na de wedstrijden van de Rode Duivels op het WK voetbal van 2018 het aantal ongevallen verdubbelde, net zoals het aantal bestuurders dat positief testte.
Politierechter Dina Van Laethem (Halle-Vilvoorde) vertelt wel dat ze “een typevonnis” heeft liggen, helemaal op maat van de voetballende overtreder. “Ik leg mijn hart en ziel in het motiverende gedeelte, in de hoop hen te wijzen op hun voorbeeldfunctie voor de jeugd.” Het ‘beschikkende gedeelte’ heeft namelijk zijn limieten: de geldboete is vaak een paar dagen werken voor een profvoetballer. “En koning auto wegnemen is ook niet altijd een optie. Veel van die snelle bolides zijn leasingwagens, daar kunnen we niet aan raken.”
Heel wat experts wijzen op een alternatieve straf, zoals een bezoek aan een revalidatiecentrum voor verkeersslachtoffers. Een andere optie is sensibiliseren bij de jeugd. “Voor jonge mensen die op korte tijd naam en faam vergaren, kunnen de verleidingen wellicht groot zijn. Op dat vlak hebben clubs zeker een maatschappelijke verantwoordelijkheid”, zegt Werner De Dobbeleer (Vlaamse Stichting Verkeerskunde).
Een rondvraag leert dat het daar mankeert aan concrete projecten, al kunnen de meeste jonge profspelers wel terecht bij een sociale cel of ‘lifestyle coaches’. “Zo’n tien jaar geleden zat er ooit eens een project in de pijplijn met Club Brugge”, zegt Koen Van Wontergem (Ouders van Verongelukte Kinderen). Nadat algemeen manager Vincent Mannaert in 2011 twee keer veroordeeld werd voor rijden onder invloed, verdween het idee volgens hem van de radar.
Ook veelzeggend is de reactie van Vincent Leus, die in naam van het Fonds Emilie Leus al tien jaar lang scholen en andere zalen afschuimt om te praten over de impact van rijden onder invloed. “Of ik in al die jaren al eens ben uitgenodigd door een voetbalclub? Neen, nog nooit. Als zo’n profvoetballer na een overtreding een donatie belooft, gebeurt het wel dat die bij het fonds terecht komt.”