Dinsdag 21/03/2023

WELLESNIETES

Mogen dieren nog in gevangenschap gehouden worden?

Sander Hofman (l) en Benjamin Loison. Beeld Stefaan Temmerman
Sander Hofman (l) en Benjamin Loison.Beeld Stefaan Temmerman

Een voor- en een tegenstander gaan in duel over een hot issue. Vandaag: dieren in een dierentuin, moet dat nog wel? Sander Hofman van ZOO Antwerpen kruist de degens met Benjamin Loison van direnrechtenorganisatie Loison.

Jan Devriese en Lode Delputte

Sander Hofman: ‘In een goede zoo zijn dieren op hun plaats’

“We putten niet langer dieren uit de natuur, we doen iets voor die natuur terug”, zegt de manager dierenzorg in ZOO Antwerpen. Sander Hofman is gespecialiseerd in gorilla’s, okapi’s en olifanten.

“We zijn in de ZOO Antwerpen bezig met fundamentele biologie, gedragswetenschap, natuurbehoud, enzovoort”, zegt Sander Hofman. “En onze dieren genieten van een maximaal individueel welzijn.”

“Het idee van de dierentuin stamt uit de periode dat het dier voorgesteld werd als rariteit. Ook in Antwerpen stond tot in de jaren 70 het idee centraal dat de bezoeker prioritair was, dat je hem zoveel mogelijk dieren moest laten zien. Maar dat is lang geleden. Onze zoo, die vandaag wereldtop is, is geëvolueerd naar een instelling die – kijk op zooscience.be – met fundamentele biologie bezig is, met gedragswetenschap, natuurbehoud... We putten niet langer dieren uit de natuur, we doen iets voor de natuur terug.”

“Veel mensen verwijten ons dat dierentuinen slecht zijn, maar het is als met winkels: er zijn goede en slechte. Niemand zal het in zijn hoofd halen dat alle winkels weg moeten omdat er slechte tussen zitten, toch? Antwerpen is een progressieve zoo die mee is met zijn tijd en zijn dieren een kwalitatief hoogstaande habitat biedt, met maximaal individueel welzijn. Dat kúnnen wij omdat wij er ook ernstig onderzoek naar doen. Een zoo die niet in staat is de natuurlijke behoeften van de dieren af te dekken, verliest zijn bestaansrecht. Dieren waarvan je leert dat je ze niet op je domein kunt houden, daar moet je afscheid van nemen.”

“Maar het feit dat wij meer dan twee miljoen bezoekers aantrekken, spreekt voor zich: voor een kind dat nooit een dier gezien heeft, is het ruiken en zien ervan een educatief en psychologisch krachtige ontmoeting. Je kunt wel met zo’n virtual­reality­bril thuis zitten, dat is hetzelfde niet. Helaas hoor je nog mensen zeggen: ‘Die zoo van Antwerpen, met al dat beton, dat is toch vreselijk? Dat is een gevangenis voor beesten.’ Wel, aan die mensen vraag ik: wanneer bent u voor het laatst bij ons geweest? En dan antwoorden ze: ‘Veertig jaar geleden, toen ik kind was.’ Echt, de dingen zijn veranderd. We weten intussen dat het dan toch niet fantastisch gesteld is met de natuur, dat ze erg onder druk staat en geen pretje meer is voor dieren. Die dieren terugsturen zou als water naar zee dragen zijn: 99 procent zou sterven. We worden geïndoctrineerd door extreem mooie plaatjes in natuurdocu’s, maar voor de ene giraf die je daarop ziet, zijn er wie weet vier andere gesneuveld.”

“Om de populatie echt te kennen, is stevige wetenschap nodig. Onder de One Plan Approach werken teams die in de natuurlijke habitat van dieren aanwezig zijn, samen met partners in dierentuinen. We proberen soorten te herstellen die in de natuur bijna verdwenen zijn, maar in zoos wel nog voorhanden zijn. In Antwerpen werken we onder meer met de monniksgier, de kordofan­giraffen, de addaxen, de goudkop­leeuw­aapjes en de okapi.”

“Neem die okapi’s: daarvan zijn er nog 190 wereldwijd. Alle okapi’s die niet in Congo rondlopen, staan in een internationaal stamboek dat door samenwerkende dierentuinen wordt bijgehouden. De specialisten kunnen dus zeggen: zoveel moeten we er kweken, dat mannetje moet je bij dat vrouwtje zetten voor maximale genetische diversiteit. Stel dat zich over x jaar een verbeterde situatie aandient in Congo en we kunnen ze daar onderbrengen, dan mogen wij het hier intussen niet hebben verpest.”

“We worden soms afgedaan als boeven, maar zelf zou ik echt niet in een zoo willen werken die niet goed bezig is. Daar ben ik te idealistisch voor.”

Benjamin Loison: ‘Dieren die aan tralies likken, dat is zo triest’

Benjamin Loison van dieren­rechten­organisatie Bite Back is onverbiddelijk: sluiten, die dierentuinen. “Die dieren zitten daar in een uitzichtloze situatie. Dierentuinen draaien de mensen een rad voor de ogen. Bij hen primeert het commerciële, maar daar willen ze niet voor uitkomen.”

“Voor ons is het eenvoudig: wij zijn tegen de opsluiting van álle dieren. In een dierentuin overleven dieren hooguit. Leven, dat doen ze er niet. Omdat ze niet vrij zijn. En dus veel te weinig mentale stimulatie krijgen. Ze vervelen zich en gaan dan ook gedrag vertonen dat dat illustreert. Het woord ‘ijsberen’ komt érgens vandaan, hè. IJsberen zijn dieren die een heel groot territorium nodig hebben, ook om te zwemmen. In een zoo hebben ze dat niet, en dan krijg je dat typische, eindeloze heen en weer lopen. Andere dieren gaan bijvoorbeeld aan tralies likken of – zoals apen doen – met uitwerpselen gooien. Mensen kunnen dat dan wel grappig vinden, of vies, maar eigenlijk is het gewoon heel triest.”

“Ja maar, hoor je dierentuinen dan zeggen, wij zorgen heel goed voor onze dieren. Want ze zijn ‘ambassadeurs’ van hun soort, en wij helpen hun soort in stand houden – terwijl die dieren daar gewoon in een uitzichtloze situatie zitten. Dierentuinen zijn gericht op de beleving van de bezoeker, wij kiezen voor de beleving van het dier. En ja, we kennen het argument dat we aan antropomorfisme doen, dat we de menselijke psychologie projecteren op dieren, en dat dat geen steek houdt. Welnu, onderzoek leert net dat we het belang van psychologie bij dieren al te lang al te vaak hebben onderschat, dat we de noden en behoeften van dieren systematisch ondergeschikt hebben gemaakt. Dat heet voortschrijdend inzicht. Vergelijk het voor mijn part met het tentoonstellen van mensen: zeventig, tachtig jaar geleden deden we dat hier nog – nu zouden we dat natuurlijk nooit meer doen.”

“Wat ons vooral stoort aan de dierentuinen, is de hypocrisie. Ze draaien de mensen een rad voor de ogen. Bij dierentuinen primeert het commerciële – wel, kom daar dan voor uit. Overigens: wie goed toekijkt, kan niet anders dan dat vast­stellen. Dierentuinen pakken steevast uit met grote, indrukwekkende soorten. Insecten zie je amper. Er is tussen zoos ook een constant opbod – kijk maar naar hoe ze elkaar beconcurreren met geboortes van allerlei dieren, en dat in de media promoten. Jullie hebben een jonge giraf? Wij hebben een olifantje!”

“Maar wat ze níét laten zien, is bijvoorbeeld wat er gebeurt met oudere dieren of met de zogenaamde sur­plus­­dieren, die om kweek­redenen overbodig zijn: die worden gewoon ‘opgeruimd’. We herinneren ons allemaal hoe in een zoo in Denemarken enkele jaren geleden een jonge giraf, die de pech had een mannetje te zijn, openlijk werd gedood en aan de leeuwen gevoerd – dát is de werkelijkheid.”

“Voor wie dieren in hun natuurlijke habitat wil zien – waar ze thuishoren – zijn er tegenwoordig genoeg alternatieven, zonder dat je het vliegtuig naar pakweg Afrika moet nemen. Er is een bijzonder groot aanbod aan geweldige documentaires, er zijn knappe virtual­reality­modellen, waarbij je zo ongeveer midden in de kudde mee kunt lopen, zelfs in de film­industrie is men overgestapt naar animatronics.”

“Kijk, we twijfelen niet aan de deskundigheid en toewijding van de mensen die in dierentuinen werken, en ja, dierentuinen zijn geëvolueerd, máár: het is en blijft vrijheidsberoving, voor ons amusement, en dat is fundamenteel onrechtvaardig.”

Nu belangrijker dan ooit: steun kwaliteitsjournalistiek.

Neem een abonnement op De Morgen


Op alle artikelen, foto's en video's op demorgen.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar info@demorgen.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234