AnalyseOorlog in Oekraïne
Met de slag om Donbas in aantocht staat ook het Westen voor cruciale keuzes
Russische wandaden op het slagveld beïnvloeden ook de derde speler in de oorlog: het Westen. Maar hoever is men bereid te gaan? Met de slag om Donbas in aantocht staan ook westerse landen voor cruciale keuzes.
Terwijl de beelden van de moordpartijen in Boetsja nog op het netvlies staan, is er de dodelijke beschieting van het station van Kramatorsk, de plek van waaruit Oekraïners de aankomende slag om Donbas proberen te ontvluchten.
Zo’n aanval op vluchtende burgers tart het begrip en het geweten van velen. Moskou ontkent de aanval te hebben uitgevoerd. Maar terreur zaaien is een belangrijk onderdeel van de Russische militaire logica, zoals telkens weer blijkt – in deze oorlog en eerder in Syrië, Georgië en Tsjetsjenië. Burgers tot doelwit maken is een bewuste strategie.
Of het een ‘winnende’ strategie wordt, is de vraag. Waar de Russen met zulke wreedheden in Syrië vrij spel kregen, beïnvloeden ze in Oekraïne de opstelling van een belangrijke speler: het Westen.
Von der Leyen in Kiev
In Kiev ontving president Zelensky vrijdag de Europese topvrouw Ursula von der Leyen. Een belangrijk politiek signaal, al weerspiegelen de acties van boegbeelden van de Europese Unie niet altijd de wensen van lidstaten. Toen de oorlog begon, zei Von der Leyen: “We willen Oekraïne erbij hebben.” Buitenlandchef Borrell beloofde jachtvliegtuigen aan Kiev. Beide gebaren werden genadeloos afgeschoten.
Dat soort besluiten wordt in hoofdsteden genomen. Ook als het gaat om naast steenkool wellicht ook Russische olie en gas te weren. ‘Het Westen’, verenigd in naam, bestaat uit meer dan dertig landen met aanzienlijke onderlinge verschillen.
Met de slag om Donbas in aantocht staan al die landen weer voor keuzes. Cruciale keuzes, omdat de uitkomst van de gevechten gevolgen zal hebben voor de onderhandelingstafel en omdat de aard van de strijd verandert, op het slagveld en daarbuiten. In Rusland kunnen de oorlog en de zware verliezen slechts aan de man gebracht worden met de zwaarste retorische middelen. Alsof het voortbestaan van Rusland zelf op het spel staat.
Tegelijkertijd is president Poetin de oorlog begonnen zonder casus belli en is hij de ideale persoon om de strijd te beëindigen of te bevriezen als die te weinig oplevert. Als Rusland in de Donbas wel succesvol is, zou Moskou de zege kunnen uitroepen en proberen te verzilveren in onderhandelingen. Maar het kan ook in een overwinningsroes raken en andere delen van Oekraïne (weer) aanvallen. Een combinatie van beide is ook een optie.
Dat vooruitzicht is voor Oekraïne dodelijk. Het is steeds duidelijker geworden – uit de retoriek in Moskou en de manier waarop Rusland tekeergaat op het slagveld en in bezette gebieden – dat Oekraïne en de Oekraïners voor hun voortbestaan vechten. Ze zien weinig opties.
Westerse landen bepalen niet de dynamiek van de oorlog, maar draaien wel aan knoppen die de strijd beïnvloeden. Op dit moment zijn de twee belangrijkste: wapensteun en gasimport. Het Westen biedt cruciale hulp aan Oekraïne om zich te kunnen verdedigen. Sinds ‘Boetsja’ sturen sommige landen zwaarder materieel. Zo stuurt Tsjechië nu een paar tanks en Slovakije het S300-luchtverdedigingssysteem.
Pangpang-effect
Voor Kiev dringt de tijd. Een conventionele grondoorlog in Oost-Oekraïne vraagt om zwaarder materieel. Nu gaan er Sovjetsystemen uit Centraal-Europese landen naar Oekraïne. Maar die voorraden zijn in het Westen beperkt. Zwaarder westers materieel vraagt om opleidingen en dus om tijd. En de gekrompen Europese legers, die niet langer gericht zijn op conventionele oorlogen, hebben beperkte voorraden. Dat Europese ‘pangpang’-effect kan zich wreken in Oekraïne.
Het is de bedoeling om, zoals een westerse diplomaat zei tegen The New York Times, Oekraïne militair “onverteerbaar” te maken voor Rusland en zo onderhandelingen of een staakt-het-vuren meer kans te bieden. De huidige sancties sorteren pas over enige tijd effect. Alleen het stoppen van de Europese gasimport à 1 miljard euro per dag, kan snel verschil maken. Maar de economische gevolgen daarvan zijn te groot, zegt Berlijn.
Duitsland, dat Rusland ook na 2014 voorrang bleef geven boven Oekraïne, heeft nu een ‘draai’ gemaakt. President Steinmeier erkent dat zijn “vasthouden” aan de pijpleiding Nord Stream 2 “duidelijk een vergissing” is geweest. Maar Berlijn blijft aarzelend en reactief, met wapens en over gas. Duitsland heeft nog veel tanks en raketsystemen in reserve, zei een Duitse defensiefunctionaris deze week, “maar de politieke wil is er nog niet”.
Race tegen de tijd
Zo ontstaat een race tegen de tijd, tegen de uitputting van voorraden, en tegen het gevaar dat het politieke en militaire uithoudingsvermogen van Rusland groter is dan westerse eensgezindheid. Elke gebeurtenis als ‘Kramatorsk’, elke uiting van mogelijke Russische oorlogsmisdaden, vergroot de politieke druk, ook in Berlijn, om extra stappen te zetten.
“Wij worden steeds meer de garantie van het Oekraïense vermogen om door te vechten”, zegt defensiedeskundige Frans Osinga. “Maar of dat genoeg is tegenover een Rusland met meer reserves, hangt af van te veel variabelen – politiek, economisch en militair – om nu te kunnen voorspellen.”
Russische wandaden op het slagveld zijn als cement voor westerse eenheid. “Poetin dacht zeker te weten dat Europa niet verenigd zou zijn als hij Oekraïne zou aanvallen, maar we zijn en blijven verenigd”, zei bondkanselier Scholz vrijdag, staand naast de Britse premier Johnson. Maar tot dusver heeft geen van de partijen een manier gevonden om de calculatie van de opponent doorslaggevend te beïnvloeden. En dus gaat de strijd voort.