Meester van licht en duisternis
Straks staat hij weer achter de camera op de set voor Le fidèle. Maar eerst is er Triple 9 in de bioscoop. Een meeslepende misdaadthriller met Hollywood-namen die Brusselaar Nicolas Karakatsanis van stijlvolle donkere beelden heeft voorzien.
"Ik denk dat ik gewoon niet goed genoeg ben", zegt Nicolas Karakatsanis verrassend. We zitten aan de designtafel in zijn duplexloft annex atelier in hartje Brussel. Zijn onafscheidelijke pet rust op zijn hoofd. We hebben bijna twee uur gepraat over zijn werk, Hollywood-sterren, fotografie, muziek en zijn parcours van underdog (Karakatsanis werd van de filmschool gestuurd) tot cameraman van de hoogste Vlaamse categorie en internationaal gewild toptalent. Is dit nu een staaltje valse bescheidenheid van de enige Belg ooit die Michael Mann afwimpelde, toch dé Hollywood-estheet van de moderne actiethriller?
Noem het nuchtere bescheidenheid want op een hooghartige uitspraak of pedanterie zul je Karakatsanis niet snel betrappen. "Ik weet van mezelf dat ik op heel veel dingen gewoon niet goed of niet goed genoeg ben", zo verklaart de 39-jarige Karakatsanis zich. "Mijn belichting zou bijvoorbeeld fijner kunnen. Al is het ook dubbel. Soms denk ik: is dat nu net niet mijn stijl, is het niet daarom dat mensen mij vragen? Als ik altijd mooi afgewerkte en uitgelichte beelden zou fotograferen zoals al zo veel anderen doen, waarom zou men mij dan nog vragen?"
Karakatsanis vragen om samen met hem een film te maken, dat deed anders John Hillcoat, de Australische regisseur van The Road en The Proposition, een waanzinnig goede western naar een scenario van Nick Cave. Hillcoat had Rundskop gezien en viel voor de stijl van Karakatsanis. "We hebben eerst samen een Coca-Cola-reclamefilm gedraaid, een die tijdens de druk bekeken Superbowl is uitgezonden. Zo hebben we elkaar beter leren kennen. Na twee weken vroeg hij me of ik zijn volgende langspeler wilde draaien. Door die reclamefilm moest ik de grenzen niet meer aftasten van hoeveel ik zou kunnen inbrengen of niet. John is een echte teamspeler en met hem samenwerken plus het sterke scenario, dat waren voor mij de redenen om in het Triple 9-project te stappen.
"Het was een vreemde maar interessante ervaring. Plots moest ik samenwerken met mensen die films hadden gemaakt met regisseurs als James Gray en Terrence Malick. Dat is schoon volk en het zijn allemaal mensen die heel goed weten waarmee ze bezig zijn. Tegenover hen voel ik me meer de junior. En dan moet ik plots tegen zulke mensen zeggen of een idee goed of slecht is."
Bloedrood
Duister. Dat is het woord dat nogal snel opduikt als de stijl van Karakatsanis wordt omschreven - alsof zijn bijnaam Prince of Darkness een merkbeeld is geworden. Neem de twee Vlaamse debuutfilms die hij draaide (Violet en Welp) en Roskams en Erik Van Looys eerste Amerikaanse films (The Drop en The Loft) en je bent juist verrast door hoe veelzijdig zijn stijl is: dan artistiek donker, dan fraai gepolijst, al is er vaak een impressionistisch accent (Karakatsanis werkt graag met kleine scherpte-diepte wat voor een flou of omfloerst effect zorgt). "De films die ik als cameraman gedraaid heb, hebben een inderdaad een sterke visuele identiteit maar je kunt niet zeggen dat ze er allemaal hetzelfde uitzien. Ik hou van het misdaadgenre, dat klopt. Maar bekijk de films na elkaar en je hebt niet het gevoel dat je naar een showreel van dezelfde cameraman kijkt. Elke film heeft zijn eigen identiteit."
Voor de look van het in Atlanta opgenomen Triple 9 - de titel is een verwijzing naar het codewoord voor als er een agent is neergeschoten - wilde Hillcoat terug naar de politiefilms van de jaren 70 maar dan met moderne accenten. "Veel van die films, zoals Thief van Michael Mann, hebben een specifiek blauw kleurenpalet. Dat wilde we vermijden. Mij was het opgevallen dat al de politiewagens in vroegere flikkenfilms allemaal rode lampen hadden en geen blauwe zoals nu. Ik heb voorgesteld om de kleur blauw volledig te bannen en alleen maar rood te gebruiken. We hebben al de flikkenauto's laten ombouwen zodat die alleen maar rode lampen hadden. Rood is ook de kleur van bloed, het klopte ergens met het verhaal."
Alles samen zat Karakatsanis vijf maanden in Atlanta, ooit hét centrum van de zwarte burgerrechtenbeweging. Het is echter geen stad die hij met stip op zijn lijstje van favoriete vakantiebestemmingen zet. "Het is een chaotische stad, een soort brij met drukke verkeersknooppunten waarin verschillende milieus elkaar kruisen, als een grote grijze zone met een heel ambigue sfeer. Er is geen zwart-wituitweg. Op dat gebied vind ik dat John er heel goed in geslaagd is om de sfeer van de stad te vangen."
Nee tegen Michael Mann
Op de set probeert Karakatsanis zich zelf zo min mogelijk te laten gelden. Sowieso: de look van de film, van het decor tot de kostuums, is voordien nauwgezet besproken, precies om de regisseur tijdens het échte draaien zo veel mogelijk tijd te geven om met de acteurs te werken. "Iedereen moet zijn steentje bijdragen en ik vind echt niet dat sommige mensen belangrijker zijn dan anderen, zeker niet acteurs. Dat zijn ook maar gewone mensen die hun job komen doen. Met Kate Winslet was het heel fijn om samen te werken. Woody Harrelson, dat was een ander geval. Die leeft op een andere planeet. Met Casey Affleck, een toffe gast anders, heb ik wel op een bepaald moment ruzie gemaakt omdat hij een specifiek shot niet wilde doen. Dan kan ik me kwaad maken: je hebt al niet veel tijd op een set, verdoe die dan ook niet met alles in vraag te stellen."
Van een echte Hollywood-carrière ligt Karakatsanis niet wakker. Als een interessant Europees cineast met een boeiend project komt aankloppen, is hij evengoed geïnteresseerd. "Ik heb onlangs een aanbieding gekregen om een Netflix-reeks te draaien. Het ging ook weer over maffiatoestanden. Ik moet een beetje oppassen dat ik niet altijd dezelfde films draai.
"Het enige wat nu vastligt is Le fidèle (Brusselse misdaadprent van Michaël R. Roskam met Matthias Schoenaerts, red.). Na de opnamen vertrek ik normaal naar Chicago voor het langspeelfilmdebuut van Jonathan en Josh Baker, twee jonge gasten waar ik al een kortfilm mee heb gedraaid. En dat ik neen gezegd heb tegen Mann, dat had niets met arrogantie te maken. Ik had mijn woord al gegeven aan Jonas Govaerts voor Welp. Ik ben ook nooit een grote fan van Manns werk geweest. Maar als zo iemand je vraagt, betekent het ook dat je op hun radar staat. Er bestaat inderdaad zoiets als een momentum, het is nu of nooit. Dat gevoel heb je altijd. Mann is nu bezig met een biopic over de familie Ferrari. Zijn producent heeft me gebeld voor een interview met Mann, maar het project is verschoven omdat het niet paste met de agenda van Christian Bale. We zien wel."
Samen aan een kortfilm werken met schilder Michaël Borremans of modefotograaf Willy Vanderperre schenkt Karakatsanis evenveel voldoening. En Karakatsanis is ook veel bezig met fotografie. Want schilderen met licht en duisternis: dat doet Karakatsanis ook als hij foto's neemt. Die lijken op het eerste gezicht op intuïtieve snapshots. Met dat verschil dat ze iets hebben van wazige schilderijen, als breedgeborsteld met een veeg licht. Of het nu gaat om verstilde landschappen, interieurs of portretten, vaak zijn ze zwanger van een duistere, mysterieuze sfeer waaruit een gevoel van eenzaamheid of troostende schoonheid spreekt.
"Dat ben ik, hé", lacht Karakatsanis. "Mijn foto's zijn het meest persoonlijke van wat ik doe. Dat maakt het voor mij beangstigend, net omdat ze zo persoonlijk zijn. Ik kan me er niet achter verstoppen zoals bij een film door te zeggen dat het de regisseur is die hem heeft gemaakt. Ik zoek in mijn foto's naar een emotionele connectie met mezelf en ik hoop dat ze ook iets bij de kijker losmaken, dat ze de mensen raken, dat ze er iets bij voelen of dat ze je een seconde over iets laten nadenken. Ik vind een donker beeld ook veel spannender dan een helder."
Om Michaël R. Roskam te citeren: "Nicolas beveelt het licht alsof hij op de zon zelf geboren is. Een donker licht." Karakatsanis: "Duisternis is een register waar ik graag mee speel. Er zit meer mystiek in en het vraagt meer tijd om te ontleden of om jezelf er in terug te vinden, net omdat het beeld door die donkere sfeer zich niet onmiddellijk prijs geeft. En eenzaamheid is zeker iets dat mijn dagelijks leven voedt. Het is ook gebonden aan het werk dat ik doe."
Eenzaamheid is iets schoon
Sinds Rundskop is het inderdaad snel gegaan voor de man die 'Don't sleep' op zijn onderarm heeft getatoeëerd. Werp een blik op zijn logboek van 2015 - met opdrachten in Spanje, IJsland, Senegal, Zuid-Afrika, Roemenië, Chili en de Dominicaanse Republiek - en het wordt duidelijk dat Melville's quote 'het leven is een reis die naar huis leidt' voorlopig niet aan Karakatsanis is besteed. Het is een grappig toeval: zijn Griekse vader runde een reisbureau.
"Ik breng meer tijd door in anonieme hotelkamers dan in mijn eigen huis. Ik mag dan continu met andere mensen bezig zijn, door de aard van de projecten heb je nooit de tijd om echt met iemand te binden. Hoe exotisch de plek ook is waar je bent, uiteindelijk ben je daar toch maar alleen. Die solitude is dus zeker iets waar ik mee wordt geconfronteerd. Een aantal maanden geleden ben ik uit een relatie gestapt en ik voel dat ik daar over moet nadenken, of het zin heeft om een relatie te hebben want hoe kun je iets opbouwen als je er nooit bent. Ik ga ook zelden of nooit op café. Ik werk liever of ik zit op het internet. Maar ik vind niet dat eenzaamheid perse iets negatief moet zijn. Eenzaamheid kan ook iets schoon zijn."