Martin Heylen reportagemaker
"Man bijt hond was het vertrekpunt van mijn tv-carrière, een compleet nieuw begin. Ik mocht het programma mee helpen opstarten en kwam terecht in een groep jongens en meisjes die veel over tv maken wisten, maar niet zoveel over journalistiek. En dat kwam goed uit, want bij mij was het net andersom. In het begin had ik het wel moeilijk. Dan maakten we een item over de spilindex - vanuit de filosofie dat je over alles interessante tv kan maken - of over het leven van een ijscoventer. Daar stond ik dan: de bekroonde journalist die een jaar tevoren nog doorwrochte artikels schreef (lacht). 'Waar ben ik in godsnaam mee bezig?' dacht ik."
"Maar een jaar later mocht ik de rubriek Ophoven-Mariakerke maken, waarin ik Vlaanderen doorkruiste op zoek naar de mooie verhalen achter de gevels. Na een jaar wilde ik er al mee stoppen, maar Woestijnvisbaas Wouter Vandenhaute raadde me dat af. 'Er zijn tv-makers die hun hele leven op zoek zijn naar een goed idee', zei hij. 'En jij hebt er één vast en wilt er mee ophouden.' Wijze woorden waar ik gelukkig naar geluisterd heb."
De grote kracht van Man bijt hond volgens Heylen (56)? "Dat het programma erin slaagt tijdloos te zijn en tegelijk de tijdgeest bij haar nekvel heeft. Dat gold wellicht ook voor mijn stukjes. Collega Annick Bongers heeft me dat ooit nog gezegd. 'Als je je reportages binnen 20 jaar of meer terug zal zien, zal je merken dat ze typerend zijn voor het tijdvak waarin we toen leefden', zei ze."
Man bijt hond is voor de makers ook "meer nog dan een speeltuin", vindt Heylen. "Een speeltuin waarvan je de speeltuigen zelf in elkaar hebt geknutseld: misschien is dat nog de beste omschrijving", aldus de reportagemaker.